Augustus 2010

Terug naar juli 2010

1 Augustus 2010

Vanochtend sloten we ons weekend Leuven af met nog een keer een uitstekend ontbijt in het hotel. Thuis ben ik - 's ochtends rond zeven uur - geen ontbijter. Ik krijg met moeite een bakje perzikenyoghurt naar binnen. Maar in de rust van de vakantie, zo tussen negen uur en half tien, kan ik erg van een uitgebreid ontbijt genieten: koffie, vruchtensap, een croissantje, een gekookt eitje, een sneetje krentenbrood, scrambled eggs, wat partjes tomaat en komkommer, een hard wit puntje, wat stukjes worst en kaas, nog een kop koffie, nog een glaasje vruchtensap en dan tot slot een bakje gesneden vers fruit. Laat dan de dag maar komen.

Op weg terug naar Veenendaal begon de computer in het dashboard wat verontrustende mededelingen op ons af te sturen. We moeten het ABS na laten kijken. En even later meldt hij dat we ook de transmissie na moeten laten kijken. Lidy keek het in het boekje van de auto na: 'zo gauw mogelijk bij de garage langs gaan', maar wat is zo gauw mogelijk? Als we terug zijn in Veenendaal? Of moet er onderweg een garage gezocht worden? Omdat er in lampjes- of geluidsvorm geen alarmbellen afgingen, zijn we toch maar doorgereden naar Veenendaal. En dan morgen maar de garage bellen.

3 bestellingen: Kees Stip, 'Dieuwertje Diekema, Een lied in dertig verzen waar geen woord Spaansch bij is', D. Hillenius, 'Wat is natuur nog? 24 schoolwandplaten van M.A.Koekkoek', C. Bernard Rutley, 'Dierenverhalen uit de wildernis 2'.

2 Augustus 2010

Ik kan met de auto woensdag bij de garage terecht. Vandaag en morgen rijden we dan maar niet. De kamer staat vol met oud papier, karton en weg te gooien boeken. Dat wilde ik vanochtend naar de stort brengen, maar nu staat het er een dag of drie. Het is niet anders.

Aan het begin van de middag had ik Antoinette op bezoek. Zij schrijft de bladzijden over Kees Stip voor de gemeente. Zelf werkt ze niet bij de gemeente (dat dacht ik in eerste instantie), maar voor een Veens bedrijf dat bedrijfscommunicatie verzorgt. Die hebben blijkbaar de opdracht deze bladzijden te verzorgen. Ze wist al het één en ander over Stip (o.a. via internet). Ik heb haar nog wat verteld, wat tips gegeven en haar mijn Stip-boeken laten zien. Verder heb ik haar de lesbrief en het boekje met de winnende gedichten van de scholierenwedstrijd meegegeven. Het was grappig dat ze bij het begin van het gesprek een dictafoontje op tafel legde; vrijwel dezelfde als ik zelf gebruik bij mijn interviews.

Theo Gaasbeek (een 'Veense schrijver') woont tegenwoordig in Marknesse (Noordoostpolder). Het is de vraag of dat een vooruitgang is. Hij ontdekte via Google de bladzijde die ik op Schrijversinfo over hem maakte. We hebben elkaar nu een paar keer gemaild en met zijn aanvullingen is die bladzijde nu heel volledig. Voor het boekje over Veense schrijvers (waar ik deze week hard aan wil werken) interview ik enkele schrijvers. Ik overweeg om de emailwisseling met Theo er bij wijze van interview in op te nemen (als hij dat zelf goed vindt).

Terwijl ik werk aan de Veense schrijvers, krijg ik een mailtje dat één van die schrijvers gisteren is overleden. Mik Thoomes (zoon van dr. J.G.Thoomes, vroeger heette hij Frits) leed al enige tijd aan een ongeneeslijke vorm van longkanker. Hij overleed gisteren in Groningen. Mik was ooit docent tekenen op de Koningin Juliana Mavo. Daarnaast was hij musicus. Mik Thoomes en Jaap Drupsteen werden uitgeroepen tot 'beste (jazz) rhythm sectie' van Nederland. Dit werd bekroond met de Wessel Ilcken prijs. Later was Mik o.a. nog enige tijd gemeenteraadslid voor de PvdA in Loppersum. Ik wens zijn broer Daan en verdere familie veel sterkte in de komende periode.

3 bestellingen: Barry England, 'Jacht zonder genade', Norman Mailer, 'Barbary Shore', Erskine Caldwell, 'A Woman in the House', Erskine Caldwell, 'God's little acre', Anthony van Kampen, 'Omnibus: Jungle Pimpernel, Incident op Corcsia, Prauw aan boord'.

3 Augustus 2010

Deze week sluit ik mezelf op om het boek over Schrijvende Veenendalers af te ronden. De inventarisatie op internet is op alfabetische volgorde. Nu deel ik ze in in 'soorten schrijvers'. Voorlopig zijn dat:
- Biografische schrijvers (9)
- Dominee-schrijvers (59)
- Gedenkboeken (24)
- Gemeenteraadsleden (en ambtenaren) (17)
- Journalisten (28)
- Kinderboekenschrijver (14)
- Literatoren (25)
- Meester-schrijvers (46)
- Non-fictie (26)
- Poëten (22)
- Over Veenendaal (34)
- Vertalers (10)
- Boekomslagen (3)
Elk van die hoofdstukken bestaat uit een encyclopedische opsomming van de auteurs, voorafgegaan door een inleidend verhaal en afgesloten met een interview (o.i.d.) met één van die schrijvers. Ik ben nu met de opsomming gevorderd tot Jan van Reenen. Dan heb ik zo'n zeventig procent van die klus af. Het gaat er dan ongeveer zo uitzien:

Gert Baas (Kampen)
Gert Baas is leraar Duits in Zeist. Hij is actief (als secretaris) in Qbus. Gert Baas woont in Veenendaal. Als kind woonde hij vier jaar in IJsselmuiden. Gert Baas was actief voor Midland-FM en voor Qbus-Radio, waar hij columns/cursiefje presenteerde onder het pseudoniem George Patroon. Gert Baas is recent voor een andere uitgeverij gaan werken en schrijft nu aan de Duitse lesmethode …….
Schoolboeken: Auf Deutsch! (meerdere delen) (1997) Na klar! (met Et Meijvogel en Elisabeth Lehrner-te Lindert) (meerdere delen) (2004) Mach’s gut (meerdere delen) (2005)

Hans Bakker
Hans Bakker was onderwijzer op de Rehobothschool. Hij werkt nu op de Christelijke Hogeschool Ede, afdeling pabo.
Boeken: Tussen drift en vrije wil: over christelijk geloof en psychologie (met anderen) (1993) Oog voor OGO in het christelijk onderwijs : ontwikkelingsgericht onderwijs in de lerende basisschool (2008)

J. van Barneveld
J. van Barneveld was Onderwijzer op de Borgwal in Renswoude. Hij schreef voor de rubriek 'Veensch Verleden' van de 'Veenendaalse Krant': "Veenendaalse straat- en veldnamen".
Boeken: Uit de geschiedenis van de Hervormde Gemeente van Veenendaal. (met H. Diepeveen) (1984) Meer dan honderd jaar bejaardenzorg. . (met H. Diepeveen) (1984) Dorp in het duister. Veenendaal in de bange oorlogsjaren 1940-1945 (met H. Diepeveen en M. Brink) (1985) Van spinnen, wevers, muzikanten... Veenendaalse beelden uit het verleden, met meer dan 150 foto's waarvan velen uniek. (met H. Diepeveen) (1986)

Jacob Bax
Jacob Bax was rector van het CLV van 1946 tot 1969.
Boeken: Prins Maurits in de volksmeening der 16e en 17e eeuw (proefschrift) (1940) Subjectieve geschiedschrijving: eenige opmerkingen in het bijzonder over de historiographie van het Bestand in de laatste eeuw(1943) Maurits en Oldenbarnevelt (1948) Laten we wèl zijn... : het urgenste probleem van de moderne, groeiende stad uitgebeeld in alledaagse situaties van een doodgewoon Rotterdams gezin, aan de hand van de beleidsnota van het gemeentebestuur (1970)

Bert Beckerman (zie: ‘Gemeenteraadsleden’)

 

Peter van Beek (Ridderkerk, 1958) (zie ook: ‘Kinderboeken’ en ‘Journalisten’)
Peter van Beek studeerde Nederlandse taal- en letterkunde in Nijmegen. Hij was leraar Nederlands op het CLV en op het Rembrandt College (beide in Veenendaal) en op het Groenhorst College in Barneveld. Peter van Beek woont aan de Bergweg in Veenendaal. Hij is tekstschrijver voor Hans Anders Opticiens. Peter van Beek geeft cursussen Creatief Schrijven, Journalistiek voor Academici en Redigeren van Teksten bij het Centrum voor Communicatie en Journalistiek op de Uithof in Utrecht. Zijn partner Annemarie van der Meer schrijft ook romans.
Non-fictie: Levensbericht Jan Hendrik de Groot (1993) CLV de moeite waard. Examenjaarboek 1995-1996 (met Dick Boekestein) (1996) CLV, al vijftig jaar klasse. Examenjaarboek 1996 - 1997 (met Dick Boekestein) (1997) CLV bouwt aan de toekomst. Examenjaarboek 1997/1998 (met Dick Boekestein) (1998) CLV een brug naar de tweede fase. Examenjaarboek 1998 - 1999 (met Dick Boekestein) (1999) Het CLV, de eindexamenklas en het afscheid (met Dick Boekestein) (2000)

Jan Beerten (06-11-1958)
Jan Beerten is leraar beeldende vorming en kunstcoördinator op het Rembrandt College. Hij woont op de Rembrandtlaan in Veenendaal. Hij werkte enige tijd bij het SLO.
Boeken: Culturele diversiteit in de kunstvakken in het voortgezet onderwijs: wat kunnen de kunstvakken in het voortgezet onderwijs betekenen bij het aanleren van culturele competentie van de leerlingen? (met Marijke Elzenga) (2000) Op weg naar een cultuurportfolio: voortgezet onderwijs (2002)

Mels F. v. Beusekom
Boek: Ik schrijf zo (met J. Versloot) (meerdere delen voor de basisschool) (1982/1983)

Roelof Bisschop (zie: ‘Gemeenteraadsleden’)

Johan Blaauwendraad (zie: ‘Non-fictie’)

Paul Bouw (Ede, 11-12-1965)
Paul Bouw is directeur van basisschool 'Het Baken' in Veenendaal. Paul Bouw werkt aan een boek over de historie van de molen in Harskamp. Zijn grootvader was ruim 50 jaar molenaar op die molen en hij beschrijft in het boek vijf eeuwen molenhistorie in Harskamp. Paul Bouw woont aan de Marsmanlaan in Veenendaal.
Boek: De molenaar en de meid: Meeuwis Bouw en Klaasje van Harten: leven en liefde in grootmoeders tijd (2009)

2 bestellingen: J.C. Bloem, 'Avond', Henry Charles Lea, 'De inquisitie in de Middeleeuwen'.

4 Augustus 2010

Vanochtend heb ik de auto naar de garage gebracht. Al voor elf uur is er een telefoontje: 'Kennelijk woont u in een beestrijke omgeving: twee ABS-kabeltjes zijn doorgebeten door een marter o.i.d.' Dat heb ik weer. En onder de garantie valt zoiets natuurlijk net weer niet. Er is een bos(je) tegenover ons huis en onze konijnen zijn ook al eens doodgebeten, dus het zou kunnen. Omdat de auto de melding gaf toen we uit Leuven wegreden, zou het ook in België gebeurd kunnen zijn. Dat is eigenlijk te hopen, want dan is de kans op herhaling veel kleiner (en is het wellicht op de reisverzekering te verhalen). Dit soort kabels hebben ze niet op voorraad, dus ik kan de auto morgen pas weer ophalen.

Gudbrandsdalsost Ria en Erich kwamen vanmiddag langs. Ze zijn naar Noorwegen geweest en daar horen we graag verhalen over. Noorwegen blijft ons favoriete vakantieland. We zijn er nu een paar keer geweest (ik de eerste keer in 1975 naar de Jamboree) en moeten het voor één van de komende jaren maar weer eens plannen.
Ik had nog een stapeltje Noorse kronen liggen. Die heeft Ria van ons overgenomen en voor een deel van die kronen bracht ze de bruine Noorse geitenkaas voor ons mee (Gudbrandsdalsost rund og fyldig). De rode verpakking, want de kaas in de blauwe verpakking vonden we aan de sterke kant. Ze brachten ook een doos flatbrod mee. We hebben het vanmiddag direct aangebroken ... heerlijk.

Nieuw bij 'Veense schrijvers': Jan van de Haar.

2 bestellingen; Henriëtte Gorter, 'Kabouters zien? Anders kijken!', J.C. Bloem, 'Verzamelde gedichten', J.C. Bloem,'Sintels', J.C. Bloem, 'Enkele gedichten'.

5 Augustus 2010

De Veense schrijvers zijn in hoofdstukken ingedeeld. Alles is uitgetypt in Word (Tahoma, 12). Het zijn nu wel erg veel bladzijden (vooral de dominees, maar dat is te verwachten in Veenendaal). Het aantal bladzijden per hoofdstuk:
- Biografische schrijvers (3)
- Dominee-schrijvers (25)
- Gedenkboeken (3)
- Gemeenteraadsleden (en ambtenaren) (5)
- Journalisten (7)
- Kinderboekenschrijver (4)
- Literatoren (11)
- Meester-schrijvers (12)
- Non-fictie (10)
- Poëten (8)
- Over Veenendaal (5)
- Vertalers (2)
- Boekomslagen (moet ik nog schrijven)
Nu moet ik inleidingen per hoofdstuk schrijven en de interviews uittikken (ook nog een hoop werk). De bovengenoemde bladzijden wil ik in twee kolommen zetten. Dan de naam van de schrijver vet, de biografische notities 'normaal' en de bibliografische gegevens wat kleiner. Dan is het bij sommige schrijvers nog steeds een grote lijst met boeken. Het valt te overwegen een maximum te stellen aan het aantal te noemen boeken (een stuk of tien). In het voorwoord kan ik dan uitleggen dat de volledige lijsten op Schrijversinfo te zien zijn.

Het verkleinen van de letter én het in twee kolommen zetten van zo'n hoofdstuk blijkt te werken. Het hoofdstuk over schrijvende onderwijzers (Meester-schrijvers) gaat van 12 bladzijden terug naar 7!

2 bestellingen: knipsels Hans Andreus (over 'Valentijn'), H.T. Vink, 'Hoog Catharijne, een nieuw stukje Utrecht'.

6 Augustus 2010

Eigenlijk moest ik al weken iets opzoeken bij Multatuli.
Dat is niet zonder risico,
want je blijft lezen en je weet na een tijdje niet meer wat je zoekt.
(Lo van Driel, De broek van Brahms, blz. 153)

Vanmiddag heb ik met Albert van Kooten overlegd over het boekje over Veense schrijvers (het is per slot van rekening zijn jubileumboekje). Hij kan zich gelukkig goed vinden in de opzet die ik nu heb. We hebben besproken welke schrijvers er bij voorkeur nog geïnterviewd zouden moeten worden (dat is nu eigenlijke nog het meeste werk) en hij gaat vast afspraken over het drukken maken. De jubileumactiviteiten zijn gepland tussen de kinderboekenweek en de sinterklaasinkopen. Dat is dus zo pakweg begin november. Van de presentatie van het boekje wil hij een 'avond' maken. Het begint nu allemaal wat 'body' te krijgen. Het was leuk om te horen dat er in de winkel al met enige regelmaat door klanten gevraagd wordt of het boekje er al is. Albert antwoordt dan 'De schrijver is er mee bezig'.

Met de post kwam een stapeltje knipsels van Rijk. Er gaat binnenkort ook een stapeltje zijn kant op. Het gaat allemaal om knipsels van en over Fens. Rijk is daar heel druk mee en maakt alle artikelen van Kees Fens toegankelijk via deze site. Een monnikenwerk, maar hij vordert gestaag.
Hij had me al gemaild dat er in de envelop een 'surprise' zat m.b.t. Buddingh'. En dat was een bijzonder aardige surprise! Het is een vouwblad (3 x A4) met 'Buddingh'-boutaden' van de componist Willem Vogel. In de toelichting schrijft Vogel dat hij ooit van de Amstellandse Cantorij voor zijn verjaardag het boekje 'Niets spreekt vanzelf' van C. Buddingh' kreeg. Dat is een bundeltje aforismen. In de jaren daarna vroeg men Willem Vogel enkele keren 'iets aan te dragen dat zó, a prima vista gespeeld en/of gezongen zou kunnen worden'. Hij zette dan soms zo'n aforisme van Buddingh' op muziek en speelde zo de bal terug naar de Cantorij.
De Cantorij gaf haar 'Huismuziek' uit, waarschijnlijk voor leden, en als bijvoegsel verscheen bij nummer 1984/3 dit blad met Buddingh'-boutaden. Het zijn zeven op muziek gezette aforismen:
1. Sommige principes houden er een heleboel mensen op na.
2. Er wordt meer tijd verknoeid met werken dan met niets doen.
3. Niets spreekt vanzelf.
4. Wie veel prijst, wordt veel geprezen.
5. Als je pas begint te sparen, vind je elke zegel mooi.
6. Het is niet alles goud, wat er stinkt.
7. Als er één hek van de dam is. Volgen er meer.
Ik maak een scan van de laatste drie (dat zijn qua notenbalk de simpelste). Ik ben benieuwd of Wim Huijser dit blad al eens gezien heeft. Volgende week ga ik bij hem op bezoek, ik zal het dan meenemen. Overigens moet speren in de titel van 5. natuurlijk sparen zijn:

Buddingh' door Vogel op muziek gezet

1 bestelling: Luther, 'Twaalf brieven van Luther, vertaald van inleidingen en aanteekenigen voorzien door D. Drijver'.

7 Augustus 2010

We hadden dit voorjaar nestelende mussen in de coniferen. Dat is de mussen blijkbaar goed vergaan, want nu zitten er hier tientallen mussen in de tuinen. Ik klap in mijn handen en er gaat een wolk mussen de lucht in. Tussen de veertig en vijftig vogels, schat ik. Het ging slecht met de mus in Nederland, maar als ik dit zie dan lijkt het toch wel weer mee te vallen.

Het interview met Jan Hoedeman heb ik uitgewerkt. Vanochtend zit ik dat met Stef Bos uit te tikken. Dat valt nog niet mee. We spraken in De Lampegiet in zijn kleedkamer, tijdens zijn warme maaltijd tussen de soundcheck en het optreden in. Terwijl Stef praat, zit hij aan een kippenpoot te kluiven. Dat maakt het er allemaal niet verstaanbaarder op. Bovendien denkt en praat Stef nogal associatief. Dat kan ik allemaal niet letterlijk opschrijven. Ik moet daar een vloeiend verhaal van maken. Interviewen en het uitschrijven van een interview blijkt toch ook echt een vak te zijn. Het is wel leuk om eens een keer te doen, maar het vreet tijd! Een vanochtend uitgetikt fragment van het interview:

Ik heb gezocht naar Veenendaal ín je werk, maar dat was niet te vinden, behalve bijvoorbeeld ‘als ik alle kleine ruitjes van elk kerkraam had geteld’. Als je ook in de Brugkerk heb gekerkt, dan herken je dat, maar voor een buitenstaander is dat geen Veenendaal.

Ik heb wel een nummer geschreven over Veenendaal, dat heb ik gezongen hier een keer voor de gemeenteraad in de Lampegiet, toen de Lampegiet zoveel jaar bestond, maar ik heb er nog niet aan verder kunnen werken.
Veenendaal zit wel in sommige stukken, maar ik ben nooit zo direct in verwijzingen, maar in de gelaagdheid van dingen zit het wel heel veel. Het is ook een beetje hoe ik schrijf. Ik moest daar vorige week aan denken op het moment dat ik hier aankwam. Ik was een hele tijd in Zuid-Afrika en de ontluikende lente hier, dat is iets en in een dorp als dit, als je acht, negen of tien jaar oud bent, dan gebeurt er iets. Je weet niet wat, maar de vogeltjes beginnen te fluiten, je zet een raam open ’s avonds, je draait The Eagles, je vader wordt kwaad, want dat horen ze in de Hoofdstraat. Al die dingen kwamen terug en dat zit in een reuk en dan ga je terug naar dat dorp. Maar stel dat ik daar iets over schrijf, dan ga ik meestal weg van het anekdotische, dan moet het iets universeler zijn.

Eén van de meest letterlijke nummers is ‘Reizen door de nacht’, dat staat op ‘Zien’. Daarin komt Veenendaal voor. In dat nummer staan een aantal plekken beschreven zoals de kerk bij de brug. Dat is de Brugkerk natuurlijk, maar dat moet je wel weten. Mijn moeder was overleden die nacht en haar zus had opgebeld. Ik reed Veenendaal binnen via de Rondweg en ik sloeg linksaf bij de Zandstraat en daar stond een hoer, die stond te liften. En ik stopte, toch een beetje diffuus, want je hebt net gehoord dat je moeder overleden is, en dat bleek een hoer te zijn, een tippelaarster. En ze zei: ‘Ja, ik ben net uit mijn huis gegooid door mijn man, kan ik met je meerijden, dan wil ik je wel een pleziertje doen’, en ik dacht: In Véénendaal? Midden in de nacht, in de winter? Ik zing daar: ‘Op het kruispunt / waar ik links moest gaan / stond een vrouw langs de weg’. Dat is één van de meest letterlijke nummers die ik ooit in mijn leven heb geschreven, terwijl een heleboel mensen denken dat dat één of ander surrealistisch ding is.

In je commentaren in je boek ‘Alles wat was’ komt Veenendaal wel letterlijk voor. Wat ik daar heel mooi in vind is dat je zegt: ‘Ik woonde in Antwerpen, maar ik woonde daar toch nog op mijn geboortegrond’.

Ja, dat is echt zo hè. Dat is een raar verhaal. Ik kwam in Antwerpen en ik ben altijd wel geïnteresseerd geweest in geschiedenis. Ik wil de geschiedenis van een plek kennen om de dingen te kunnen duiden en toen zag ik ineens de naam ‘Gilbert van Schoonbeeke’. En ik dacht: Fuck, dat kan toch niet dezelfde gast zijn? Ik wist van de geschiedenis van Veenendaal, uit dat boekje van Thoomes, dat er ooit een paar Vlamingen hier bij betrokken waren, maar toen ben ik daar op ingegaan, hoe ze die turf uit Veenendaal naar Antwerpen vervoerden en toen opeens besefte ik me: Fuck, ik woon hier op die Veste, dát is waar ze op dat moment die turf voor nodig hadden. Een beetje geromantiseerd natuurlijk, maar het klopt wel en dat vond ik wel grappig.
En ik weet ook van opa Bos, dat die wel eens woorden gebruikte die een Vlaamse oorsprong hebben, die woorden zitten in het Veens: gaanderij bijvoorbeeld. Dat zouden ze dan in Utrecht niet gebruiken.

Er wordt door historici nu wel getwijfeld aan juistheid van dat boek van Thoomes.

O, maar dat zal zeker. Geschiedenis is altijd een kwestie van interpreteren. Dat is hetzelfde als met die boeken van Jaap ter Haar, ‘Geschiedenis der lage landen’. Er is een verschil tussen wetenschap en orale geschiedenis. En orale geschiedenis moet je altijd een beetje peperen. Het hoeft ook niet wetenschappelijk juist te zijn. Dan moeten de wetenschappers maar uitzoeken wat er werkelijk van klopte. Maar Van Schoonbeke was een Antwerpenaar. Dat was een schepen.

3 bestellingen: Karel van het Reve, 'Uren met Henk Broekhuis', Maarten 't Hart, 'Maassluis', C.H.A. Scholte-Hoek, 'Kinderpret zwart op wit gezet: Feestjes voor kinderen en spelletjes om te spelen. Met recepten voor iets lekkers'.

8 Augustus 2010

Gerrit de Torenkraai heeft niets te maken met Gerrit Komrij. Toch denk ik, als ik de stem van Komrij hoor of bij het lezen van zijn proza zijn stem in mijn geestesoor hoor, aan Gerrit de Torenkraai. (Gerrit de Torenkraai bestaat helemaal niet, durfde iemand te beweren. Die naam is een variant op Hans de Torenkraai, een vogel uit een plaatjesboek van Verkade. Mijn reactie op het dringende verzoek dit te geloven: weigering.)
Ook Gerrit Komrij krast, ook Gerrit komrij bewoont een toren, zij het dat die niet is gemaakt van steen, maar van elpenbeen.
(Bob Frommé, Er kan een enkele harde tussen zitten, blz. 103)

Twee weken geleden zaten wij in Zeeland en kwamen Suzanne, Gijs en Tygo (met Martijn) twee nachten bij ons logeren. Nu is Suzanne op vakantie in Zeeland (Heinkenszand) en logeren wij twee nachten bij haar. Een mooi bungalowtje in 'Hof van Zeeland'.

Ik heb 'Haar naam was Sarah' van Tatiana de Rosnay meegenomen om hier te lezen. Het boek is me al van diverse kanten aangeraden, maar het kost me al zoveel moeite om de Nederlandse literatuur een beetje bij te houden dat vertaalde boeken al snel op de stapel 'nog te lezen' blijven liggen.
Dit boek vertelt het vertaal van de deportatie van een grote groep Parijse joden in 1942. Duizenden joden zaten na een razzia enkele dagen opgesloten - zonder eten en drinken - in het Vélodrome d'Hiver, een wielerstadion. Hiervandaan werden ze gedeporteerd naar Auschwitz. De Duitsers staken er geen hand naar uit, de Franse politie nam de hele zaak voor haar rekening. Mede daardoor is Vel d'Hiv iets geworden waar de Fransen het - uit schaamte - niet meer over hebben.

Op bladzijde 45 zitten de joden opgesloten in het stadion:

De dag sleepte zich voort, eindeloos, ondraaglijk. Het meisje zat tegen haar moeder aan gekropen en keek toe hoe de gezinnen rond haar langzaam hun verstand verloren. Er was niets te drinken, niets te eten. De hitte was verstikkend. De lucht was vol droog, vederlicht stof dat prikte in haar ofgen en haar keel.
De grote poorten van het stadion waren gesloten. Langs elke muur bedreigden nors uitziende politieagenten hen stilzwijgend met hun geweren. Er was geen uitweg. Niets te doen. Behalve hier zitten en wachten. Wachten waarop? Wat zou er gebeuren met hen, met haar familie, met al deze mensen?

Ik moest de vijfde zin een paar keer lezen: 'De lucht was vol droog ........ Stof dat prike in haar ogen en haar keel' las ik. De lucht was vol droog. Wat een vreemde vertaling. Pas na een paar keer lezen zag ik dat het twee bijvoeglijke naamwoorden waren, gescheiden door een komma: De lucht was vol droog, vederlicht stof ........ .

Het tienjarige meisje heeft haar vierjarige broertje opgesloten in de geheime kast op hun slaapkamer. Zij zitten in het stadion, hij zit nog altijd in die kast, met een flesje water en zijn zaklamp. Ik kan u nog niet vertellen hoe dat afloopt, want ik ben nog maar op bladzijde 45.

Vanmiddag gingen we naar Veere. Daar waren we zelf dit jaar (in onze twee weken Zoutelande) niet geweest. Het was er ontzettend druk. Suzanne en Lidy wilden naar het ouderwetse snoepwinkeltje vlakbij de grote kerk. Daarvandaan liepen we door het centrum en langs de haven. We dronken wat op een terrasje aan de haven en liepen toen via een klein straatje achterlangs de kerk terug naar de parkeerplaats. We zijn wel eerder in Veere geweest, maar door dit straatje hadden we nog nooit gelopen. In een parkje vlak bij de kerk stond een standbeeld van Valerius (van de 'Nederlantsche Gedenckclanck' uit 1646).

Valerius in Veere Valerius

2 bestellingen: CD: Toon Hermans, Wim Kan, Gerard Cox & Frans Halsema, Don Quishocking, Youp van 't Hek, Paul van Vliet, Drs. P e.a., 'De lach van Nederland. De leukste liedjes en de beste conferences' (een bestelling uit Indonesië!), Frans Weiss, /Kurt Steingans, 'Plezier met wasknijpers', M. Scharten-Antink, 'Sprotje' (Bulkboek 117).

9 Augustus 2010

Iedereen zegt dat 'Haar naam was Sarah' een prachtig boek is. Iedereen heeft gelijk. Maar het is ook een beklemmend boek. Het werpt je terug op een beeld van de mensheid dat niet zo fraai is. Het kale beeld van egoïstische overlevers, met een enkele dappere daartussen. Je weet wel dat - als puntje bij paaltje komt - dit de harde realiteit is. Maar je wilt daar niet (teveel) over nadenken. Je verdringt het, net zoals de Fransen collectief het gebeuren in en na dat wielerstadion hebben verdrongen. En daarmee ben ik terug bij het boek, vanochtend op bladzijde 141.

Vanmiddag op bladzijde 255:

Ik zei niets. Daar zat wat in. Ze stond op en zette een oude plaat van Carly Simon op.
You're so vain, met een kwelende Mick Jagger op de achtergrond.

Mick Jagger die zingt op 'You're so vain'? Nooit geweten. Nooit gehoord ook. Daar zal ik binnenkort eens goed naar luisteren.

1 bestelling: Het reiki kompendium.

10 Augustus 2010

Vanochtend reden we terug naar Veenendaal. Bij het verlaten van het 'Hof van Zeeland' maakte ik een foto van de slagboom én van het bord daarnaast:

Slagboom 'Hof van Zeeland' Slagboom 'Hof van Zeeland'

De tekst op het bord lijkt me onjuist: de slagboom is de hele dag gesloten. Bewoners van de huisjes hebben een pasje, daarmee kunnen ze de slagboom openen. Dat lukt de bewoners met dat pasje echter niet tussen 23.00 en 7.00 uur. Dan is hij vergrendeld.

De bundel 'Controversen' van Eric van der Steen werd in 1938 uitgegeven door v/h C.A. Mees. In 1944 was de bundel uitverkocht. In de kelder van de uitgeverij lagen nog dertien exemplaren zonder omslag. Eric van der Steen kreeg deze exemplaren van de uitgever. Hij liet er in maart 1944 dertien omslagen voor drukken en nummerde en signeerde deze dertien exemplaren achterin, op de binnenzijde van het omslag en gaf ze vervolgens weg aan vrienden.

De laatste dertien Controversen Handtekening Eric van der Steen

Dit gedicht over Enkhuizen is wat mij betreft het mooiste uit de bundel:

Enkhuizen

Het carillon zingt helder door den regen,
den bleeken regen van mijn vaderland,
en kleine grijze golven breken tegen
de leege schepen aan den waterkant,

en als het stil wordt nemen allerwegen
de oude dagen weder overhand:
hier hebben schepen uit den Oost gelegen,
het regent en de haven is verzand,

de lichte jaren zijn voorbij gevlogen,
nog wachten huizen in een smalle rij,
zij staren over zee met moede oogen:

de hoop laat niets, geen mensch, geen ding, meer vrij,
zij wachten en wat zingt de hoop? Een logen,
want 't regent zacht en 't is voorgoed voorbij.

Vanavond mailt mij een Veense meester-schrijfster. Ze heeft haar privé-gegevens op Schrijversinfo gevonden en vraagt me die onmiddellijk te verwijderen. Nu wil ik niet tegen iemands zin in zo'n bladzijde maken, maar tegelijkertijd vraag ik me af wat zij er tegen kan hebben. De straat waar ze woont? Haar geboortedatum? Die wil ik best weghalen, maar dat ze meegewerkt heeft aan examenjaarboeken van haar school lijkt me een algemeen bekend gegeven (haar naam staat in het boek en daar zijn er honderden van uitgedeeld). Ik wacht haar reactie op mijn vragen maar even af.

Overgezet: Hans Vervoort, Jeroen Brouwers.

1 bestelling: Knipsels Jacoba van Velde, 'Critisch bulletin', februari 1954.

11 Augustus 2010

Nu Suzanne in Zeeland is, hebben wij de hond hier. Ik wandel dus weer wat vaker dan normaal. Aan de grasbermen langs de weg te zien is de herfst begonnen. Het barst van de paddestoelen!

Stef Bos schreef een paar jaar geleden een nummer over Veenendaal. Hij zong het bij een jublileum van 'De Lampegiet', maar het verscheen nooit in druk of op een CD. Ik vroeg hem of ik de tekst mocht plaatsen in het boekje over Veense schrijvers en dat vond hij prima. Hij mailde me nu de tekst: 'Hé Mats, Het was even zoeken vandaag. Woon sinds juni voor een groot deel in Kaapstad en heb niet alles bij de hand. Maar zie hier: Hieronder De Veenendaal-tekst Met een ferme groet uit het verre zuiden, Stef'. Ik ben er heel blij mee. Baie dankie! Met dit soort aanvullingen wordt het een extra leuk boekje. Nu ik de tekst nog eens rustig overlees, valt het me op dat de inhoud van het lied wel heel veel overeenkomsten vertoont met de inhoud van het interview. Dat is dan toch weer niet zo heel gek: Stef Bos praat vanuit zijn hart en zegt wat hij vindt en dan zou het veel gekker zijn als hij de ene keer iets heel anders vindt dan de andere keer. Een fragment:

Ik heb jou ooit verlaten
En ik ging de wereld rond
Maar zag alles met de ogen
Van een jongen uit een dorp
Zo groei ik naar het licht toe
Geworteld in jouw grond
Je leert jezelf pas kennen
Als je weet van waar je komt

Veenendaal Veenendaal
De woorden die ik schrijf
Zijn een deel van jouw verhaal

Veenendaal Veenendaal
Ik kies mijn eigen woorden            
Maar ik spreek nog steeds jouw taal

De sneeuw op de reling van de brug
De windhaan op de toren van de kerk
De blauwe hel, de wolken in de verte
De graven van soldaten
Bij Rhenen op de berg
De mist boven een weiland
Voorbij de Slaperdijk
De Bron van onze toekomst
Ligt in de verleden tijd

1 bestelling: C. Golterman-van Dijk, 'Balspel'.

12 Augustus 2010

Ik ben niet zo gauw onder de indruk van de woning van een ander, maar vandaag ben ik dat... en nogal diep ook. We gingen vanochtend koffie drinken bij Wim en Marianne. Zij wonen vanaf het begin van dit jaar in Valburg, in 'De Mellard'. Een landgoed uit de vijftiende eeuw met een oude woontoren en een iets minder oud landhuis ertegenaan. Het landhuis is in bezit van een gegoede familie, die er zelf niet woont. Die kamers zijn nog ingericht zoals de laatste bewoner ze vele tientallen jaren geleden heeft achtergelaten. Wim woont, als een soort huisbewaarder, in een deel van het landhuis. Dat gedeelte is - tot op zekere hoogte - wél gemoderniseerd. Hoge kamers, luiken voor de ramen, uitzicht over de landerijen met schapen, een uil in de schuur, oude fruitbomen (o.a. een moerbei en een mispel) rond het huis. Je voelt de geschiedenis van het huis terwijl je erin rond loopt en het is geen geschiedenis die op je drukt, het is een geschiedenis die je rustig maakt.
We dronken koffie op het gras achter het huis en een tweede kopje in de werkkamer boven. Ook vanuit die werkkamer is het uitzicht prachtig. Een uitzicht op de weilanden richting Valburg, maar ook een uitzicht op alle vogels in de bomen rondom en in de dakgoot. Als ze echt door willen werken, doen ze de rolgordijnen dicht!

De Mellard

In 1804 werd de dichter en schrijver Adriaan Walraven Engelen in dit huis geboren. De bewoners hebben een kast met - ook recent nog aangeschaft - werk van Engelen. In diezelfde kast ligt ook nog een stapeltje originele handgeschreven brieven van hem. Ik voel me uitgedaagd om in ieder geval een Schrijversinfobladzijde over A.W. Engelen te gaan maken.
Meer informatie over 'De Mellard' vindt u hier en hier.

Ik had het met Wim o.a. nog over de onlangs overleden dichter Con Schröders. Die heeft de bundeling van zijn (bescheiden) dichtwerk niet meer mogen meemaken. Daar werd in Dordrecht wel aan gewerkt. Ik had recent mailcontact met de weduwe en met de broer van Schröders, waarbij ik ze o.a. om een scan van een stukje handschrift vroeg. Vandaag mailden ze me een scan van enkele notities, in het handschrift van Con Schröders, voor enkele nieuwe gedichten:

Handschrift Con Schröders

Vanavond was Gert hier. Hij heeft het hoofdstuk 'Poëten' van mijn boekje over Veense schrijvers kritisch doorgenomen en heeft er nog wel wat terechte opmerkingen over. Gelukkig niet veel echte taalfouten, maar wel niet zo mooi lopende zinnen, komma's e.d. Na het doornemen van die tekst heb ik hem voor het boekje geïnterviewd. Hij is immers een meester-schrijver met diverse lesmethodes Duits op zijn naam. Gert was in het interview heel bescheiden over zijn verzameling Louis Paul Boon en Jeroen Brouwers. Dat siert hem, maar ik kan dat zelf in mijn inleiding op het interview wel een beetje 'aandikken'. We overgoten de avond met een 'Gentse tripel '.

Plattegrond Dijkstraat 170 Tegen twaalf uur 's avonds loop ik nu een vast rondje met de hond. Over de Dijkstraat richting Rondweg, dan het Kompas in, de Monding op en dan bij de Vondellaan weer de Dijkstraat op. Op zo'n avondlijk rondje mag je vaststellen dat we in een rustige buurt wonen. De lavendel in het plantsoen op de Monding geurt heerlijk. Ik kan het niet laten er met mijn hand doorheen te gaan en dan af en toe nog even aan mijn hand te ruiken. Iets minder prettig is het gekraak onder mijn schoenzolen. Op zo'n klein rondje trap ik 's avonds toch minstens vijf huisjesslakken plat.

13 Augustus 2010

Vandaag heb ik het interview met Gert direct uitgewerkt. Daarmee is nu ook het hoofdstuk 'Meester-schrijvers' klaar.
In het voortgezet onderwijs valt het aantal publicerende rectoren op: Jacob Bax, Roelof Bisschop, Bert de Groot, Dries Koster, J.G. Thoomes, Siep Tigchelaar en H. van ’t Veld. Blijkbaar hebben rectoren wat te zeggen, ook buiten hun eigen school.
In de interviews stel ik steeds de vraag: 'Wat heb je met Van Kooten'. Gert heeft daar een prachtig antwoord op. Een fragment:

Ik woon al heel lang in Veenendaal dus en ik kwam vroeger bij een andere boekhandel. Ik heb altijd gedacht dat Van Kooten een religieuze boekhandel was. Dat de B niet voor Bellettrie stond maar voor Bijbels. En toen ging ik een keer kijken en ik wist echt niet wat ik zag: een heel groot aanbod Nederlandse letterkunde en heel erg actueel. Ze hoeven eigenlijk nooit wat te bestellen; het ligt er. Ze weten ook nog waar het ligt en ze kunnen er vaak wat over vertellen. Personeel dat ook wel uitstraalt dat het liefhebbers zijn van boeken, die het ook leuk vinden om er dingen over te vertellen. Ik heb zelfs een keer meegemaakt dat iemand mij excuses aanbood voor het feit dat ze mij een boek had aangeraden dat ik uiteindelijk toch niet zo goed vond. ‘Nachttrein naar Lissabon’ van Pascal Mercier, een heel beroemd boek. Ik ben er drie keer in begonnen en drie keer weer mee gestopt. Ik heb het ook in het Duits gekregen van een collega, daar ben ik ook in begonnen, ook mee gestopt.

Theo Gaasbeek mailt me wat scans, o.a een handschrift van een hoofdstuk uit zijn eerste boek:

Het stukje handschrift dat ik heb ingescand, is het begin van het verhaal 'De misstap' uit mijn verhalenbundel Een nieuw onderkomen. Latere boeken heb ik op de computer ingetikt, maar mijn verhalenbundel schreef ik nog met de pen . Waarschijnlijk betreft het hier al een tweede versie, want bij de eerste versie is mijn handschrift zelfs voor mijzelf nauwelijks te ontcijferen en zijn het aantal doorhalingen en verbeteringen aanzienlijk talrijker.. Zo'n eerste versie van een verhaal kon ik niet meer vinden en ik vrees dat ik die ook niet meer heb.
Ik schreef de verhalen met blauwe inkt, en verbeterde de tekst met rood. In de volgende fase werden nieuwe verbeteringen in de tekst aangebracht met groen en verbeteringen in de rode verbeteringen met zwart. Daarna werd de gehele verbeterde tekst overgeschreven met blauwe inkt, werd er opnieuw verbeterd met rood enz. Tot ik tevreden was en het resultaat werd uitgetypt op de goedkoopste typemachine die bij de HEMA verkrijgbaar was. Waarna vaak toch weer nieuwe verbeteringen volgden en het verhaal nogmaals moest worden uitgetypt enz. Eelt op mijn vingertoppen, kortom: leve de computer.

Handschrift Theo Gaasbeek

14 Augustus 2010

Vanochtend had ik een echt vakantiegevoel. We ontbeten heerlijk in de tuin, krantje erbij. Op een gegeven moment zat ik de prijspuzzel van 'De Gelderlander' in te vullen. Een Zweedse kruiswoordpuzzel. Ik 'vond' het woord en heb de oplossing telefonisch doorgegeven. Als dat geen vakantie-activiteit is, dan weet ik het niet meer.

Vanwege de bladzijden Schrijversinfo krijg ik allerlei vragen over schrijvers. Meestal weet ik de antwoorden ook niet. Wat dacht u van deze:

Dag heer. Radeloos ben ik. Ik heb een mooi ontroerend liedje van Toon Hermans gehoord op de radio ergens in juli in de auto. Ik kon niet horen welk gevoelig liedje dat was. Het ging in ieder geval over een eenzame man die een blaasinstrument speelt (ik meen een Fransman) en deze uiteindelijk in eenzaamheid sterft. Meer weet ik niet en ik kan dat liedje niet vinden omdat ik geen juiste trefwoorden of titel heb. Weet u dat voor me? Vreselijk veel dank als dat lukt. Heel vr. gr.

We barbecueden vanavond met z'n tweetjes. Ik maakte er in de tuin een fles Veenendaals tripel bij open (een Belgisch bier, maar ik realiseer me echt wel dat hetzelfde bier waarschijnlijk ook te koop is als Delfzijls tripel en Alkmaars tripel). Die fles heeft het formaat van een wijnfles en is afgesloten met een knalkurk. Het bier gist na op de fles en er staat behoorlijk druk op die kurk. Hij vloog er met een enorme knal vanaf, onder de pergola door en over de schutting in de tuin van de achterburen. Ik hoop dat ik niemand heb geraakt.

We dronken koffie bij Martijn op het balkon. Heerlijk in de avondzon. De lucht kleurde langzaam rood.

Theo is akkoord met publicatie van de emailwisseling:

Wat het afdrukken van onze e-mails betreft, heb je mijn zegen. Je verzoek kwam niet geheel onverwacht, want sinds ons hernieuwde contact gluur ik af en toe op je weblog. Die opsomming met gegevens zou ik weglaten, want die e-mailwisseling lijkt me toch vooral bedoeld als tegenwicht voor het encyclopedische gedeelte. Schroom niet om nog meer te schrappen. Er staat geloof ik niets in wat ik niet kan verantwoorden, maar huishoudelijke mededelingen als die over mijn weigerachtige scanapparaat zou ik weglaten. Maar dat laat ik aan jou over.

1 bestelling: 'Woordwerk' christelijk literair tijdschrift, jaargang 13, nummer 49, maart 1995.

15 Augustus 2010

De afgelopen dagen heb ik een mapje met knipsels van en over Mulisch (nog uit Utrecht,denk ik, dus die stonden hier al járen) aan de bladzijde op Raban toegevoegd. Daar staat nu toch ook een aardige verzameling over Mulisch.

Lach niet, je hebt er zelf de last van In juni van dit jaar vroeg ik me af wie Johan Veeninga toch was. Dat was naar aanleiding van een paar handgeschreven dagboekbladen die in een boek bleken te zitten. Vandaag kom ik een door hem vertaald boek tegen: Ogden Nash, Lach niet, je hebt er zelf de last van. Verzen van Ogden Nash gekozen en nogal vrijmoedig vertaald door Johan Veeninga (1963). Doorzoekend, o.a. op de website van de Koninklijke Bibliotheek, vind ik dat Johan Veeninga leefde van 1902 tot 1971. Daarmee is in ieder geval duidelijk dat déze Johan Veeninga niet de uitgever van o.a. Privé- domein is, want die overleed (jong) in 1966.

En weer staan er dubbele rijen boeken in de kast in de kamer. Eigenlijk zou ik er kasten bij moeten kopen. Maar dan zou ook dat een terugkerend verschijnsel zijn. Dus gaat de kast vandaag weer leeg, gaan er boeken naar boven en verdwijnen er boeken naar Raban. J.J. Voskuil gaat in de verkoop, net als Con Schröders. En ook de hele Piet Paaltjensverzameling, aangeschaft voor een lezing die nooit door ging, zet ik te koop.

In deel 4 van het Bureau: Het A.P. Beerta-Instituut zit nog een kladbriefje met aantekeningen. Er staan drie citaten op, die ik eerst nog maar aan Schrijversinfo heb toegevoegd. Bijvoorbeeld"

Maarten nam een slok en probeerde zich, rondkijkend, te concentreren.
hij had te snel gedronken, waardoor zijn omgeving voortdurend van hem wegzwom
en weer teruggehaald moest worden.

(J.J. Voskuil, Het A.P. Beerta-Instituut. Het Bureau 4, blz. 145)

In dit deel fietst Voskuil in de buurt van Veenendaal. Op bladzijde 399 staat: In Wekerom dronk hij een kop koffie in een café met Perzische tapijtjes over de tafeltjes, waar hij op dat tijdstip de enige klant was. Daarna reed hij met een vrij harde wind tegen via Lunteren en Ederveen naar Wageningen. Een dode egel en een dood, bebloed zangvogeltje op de weg maakten hem nog triester. En even verder op dezelfde bladzijde: Met zulke eenvoudige gedachten fietste hij door de gore Gelderse Vallei, tegen de wind in, naar de torenflats aan de einder. We kunnen het er weer mee doen.

1 bestelling: C. Buddingh', 'Een mooie tijd om later te worden, Dagboeknotities deel 4'.

16 Augustus 2010

Ik ben van plan zeer oud te worden.
Je kunt beter oud en ziek zijn, dan niet zijn.

(Harry Mulisch, Vrij Nederland, 10-09-1977)

Morgen ga ik met Martijn naar Den Haag. We hebben bij Albert Heijn een dagkaart gekocht. Die moet je via internet verzilveren en printen. Het is even gedoe, maar dan reis je de hele dag voor € 13,50 door Nederland. We hebben nog een cadeaukaart van de Bijenkorf liggen. Het moest dus een stad met een Bijenkorf worden. Het werd Den Haag, omdat voor ons beiden een relatief onbekende stad is. Naast de Bijenkorf zijn we van plan naar het Mauritshuis te gaan, naar museum Meermanno en ongetwijfeld naar wat cd- en boekenwinkels. Ik ben benieuwd of mijn CJP-pas nog geldig is. Die was voor het schooljaar 2009/2010. Gaan ze ervan uit dat het nog vakantie is, of begint het nieuwe schooljaar formeel op 1 augustus?

Vandaag maakte ik afspraken voor de laatste interviews: Rein Bijkerk interview ik aanstaande vrijdag, Daan v.d. Kaaden volgende week woensdag, Inge Ketelaar-Blokpoel waarschijnlijk aanstaande donderdag. Dan moet ik alleen nog een afspraak maken met Christa van Kooten.

In de stapel Piet Paaltjens / François HaverSchmidt zaten acht verschillende versies van 'Snikken en grimlachjes'. Ik houd er één zelf en de rest gaat in de verkoop. Maar ik dacht: laat ik ze eerst eens scannen:

Snikken en grimlachjes 1944 Snikken en grimlachjes 1971 Snikken en grimlachjes 1973 Snikken en grimlachjes 1975
Snikken en grimlachjes  1981 Snikken en grimlachjes 1981 Snikken en grimlachjes 1996 Snikken en grimlachjes 2005

Aangevuld en overgezet: Herman Pieter de Boer.

1 bestelling: A. Kuyper, 'De engelen Gods'.

17 Augustus 2010

Even na negen uur zaten we in de trein naar Den Haag. Ik had deze keer geen adressen van te fotograferen huizen, locaties van monumenten of gedichten megenomen, anders wordt het toch weer (een soort van) werken. Ik had wél een fototoestel meegenomen. We zouden wel zien. We wandelden door het centrum van Den Haag, gingen wat winkels binnen, bekeken de schilderijen in het Mauritshuis, zagen Rouvoet op het Binnenhof, lunchten in 'De Zwarte Ruiter' op de Grote Markt, kortom gedroegen ons als echte toeristen en we voelden ons daar prima bij. Nou prima... ik had ontzettend zere voeten. Dat had ik gisteren al een beetje en dat werd er vandaag niet beter op. Dat betekende dat we een tweede museum maar lieten zitten. Maar het was een leuke dag.

Op de muur van Perscentrum Nieuwspoort zit een kunstwerk met een gedicht van Jan H. de Groot:

Nieuwspoort Nieuwspoort

De Slegte is sterk gemoderniseerd. Het is veel minder een stoffig antiquariaat: veel licht, ruime boekenkasten, nieuwe aanwinsten prominent tentoongesteld en citaten van diverse auteurs aan de wanden:

Eric van der Steen Louis Couperus

Het is wel de vraag waarom men Eric met een 'k' schrijft. Misschien hadden ze er even één van zijn boeken bij moeten pakken. Het personeel blinkt er ook niet uit in literaire kennis. Ik hoorde iemand tegen een klant zeggen: 'Pauperparadijs zegt u? Met P-A-U ?'
Ik kocht er:
- Encyclopedie van de jeugdliteratuur (een aanrader, kost er nu maar € 7,50)
- Jac. van Hattum, Verzameld werk. Verhalen
Helemaal achterin dat laatste boek staat bij de 'Nagelaten verhalen' zijn 'fauna literaria'. Hier beschrijft hij een aantal auteurs als specimen van een bepaalde diersoort. Mijn oog viel daarop, omdat ook De Buddingh' erin voorkomt:

De Buddingh' is een uiterst fraai dier met zeer grote, melancholieke ogen. Het staat dikwijls op zijn voorste poten; slaat de achterste om de hals van de Muze, die dan op haar beurt de Buddingh' eindeloos streelt, maar tegen de draad in.
Kenners zeggen: 'De Buddingh' is er nog niet. 'Dan kijkt de Buddingh' ze met grote droeve ogen aan.
Met de Bushman en de Con, twee mindere zangers overkweelt hij het eiland van Dordrecht.
De print van zijn poten doet enigszins denken aan het menselijk schrift.

Die 'Con' zal dan Con Schröders zijn. Die duikt dan toch plotseling weer op. 'Bushman' staat ongetwijfeld voor Anthony Bosman.

De bekendste schilderijen uit het Mauritshuis staan als zandsculpturen op Het Plein. Je herkent ze direct, al begint het zand hier en daar al wat af te brokkelen. Ze staan er ook al vanaf 20 juni:

Zandsculpturen Mauritshuis Zandsculptuur Mauritshuis zandsculptuur Mauritshuis

In het Mauritshuis (waar mijn CJP nog geldig was) bekeken we aandachtig de schilderijen 'in het echt'. Ik wil dan niet zo'n koptelefoontje op. Er wordt vaste interessante (achtergrond)informatie over je heen gestort, maar het wordt allemaal zo prefab op die manier. Ik wil mijn ogen de kost geven en niet mijn oren. Ik wil goed kijken naar wat mij opvalt en niet naar waar mij opgedragen wordt naar te kijken. En bij dat kijken wil ik mijn eigen gedachten volgen. Als ik achtergrondinformatie wil, zoek ik dat later wel op; op internet, of liever nog in een boek.

'Het meisje met de parel' was kleiner dan verwacht. De parel hing onder het oor en niet, zoals ik dacht, met een clipje op het oor. Het is wel een schilderij dat onmiddellijk de aandacht trekt, vermoedelijk ook door het felle blauw. Ik vond 'Twee moren' van Rembrandt ook een heel intrigerend schilderij. Verder heb ik lang bij 'De anatomische les' staan kijken. Deftige mannen, met zwartepietenkragen om. Degeen die les geeft, heeft overigens niet zo'n kraag. Ik heb vooral naar de ogen van de figuren staan kijken. Ze kijken geen van allen naar het lijk op tafel of naar de arm waar de leraar mee bezig is. Eén figuur kijkt naar het lesboek dat aan de voeten van de dode ligt, maar waar de anderen naar kijken is een raadsel. Is de les saai en dwalen hun gedachten af?

Wat van de op internet gevonden achtergrondinformatie:
- Op het schilderij staat een les in de anatomie afgebeeld met een groep chirurgijns gehouden door Dr. Nicolaes Tulp. Het was het eerste groepsportret dat de toen 26-jarige Rembrandt schilderde.
- De anatomieles vond plaats op 16 januari 1632. Het Amsterdamse chirurgijnsgilde, waarvan Tulp deel uitmaakte, stond enkel één openbare ontleding per jaar toe. Het daarbij gebruikte lichaam moest dat van een geëxecuteerde crimineel zijn.
- Het lichaam dat ontleed wordt op het schilderij is dat van de 41-jarige Aris Kindt (Adriaan Adriaansz.). Hij was eerder die dag opgehangen voor diefstal.
- In 2006 werd in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde een artikel gepubliceerd waarin de anatomische les van dr. Nicolaes Tulp werd vergeleken met een echte dissectie. De anatomische voorstelling zoals gepresenteerd op het schilderij bleek niet reproduceerbaar. Zo bleken elementen van de musculus flexor digitorum superficialis in het schilderij van positie gewisseld te zijn.
- Een parodie op het schilderij is te vinden in het Asterixverhaal 'De ziener'.

Op het Buitenhof staat het kunstwerk 'Willem Drees' van Eric Claus. Ed wees me daar gisteren al op. Volgens Ed is het bijzondere eraan dat het erg abstract lijkt, maar dat het echt de oude Drees is, als je goed kijkt. En hij heeft gelijk. Pas in tweede instantie, als je met je neus op het kunstwerk staat, ga je naar de gebruikte materialen kijken. In eerste instantie kijk je alleen naar het beeld, het lijnenspel:

Willem Drees Willem Drees

We gingen tenslotte naar de Bijenkorf. Daar had ik nog een cadeaukaart van liggen. We schaften een voorraadje Nespressocupjes aan en kochten wat boeken, nieuw (de bovenste twee) en uit de opruiming:
- Nop Maas, Gerard Reve. Kroniek van een schuldig leven 2. De 'rampjaren' 1962-1975 (waaronder zijn 'Veenendaaljaren')
- Martin Bril, Jongensjaren (o.a. over Raspatat!)
- Hans Warren, Verzamelde gedichten (nog een aanrader: 883 bladzijden voor nog geen acht euro)
- Stefan Hertmans, Muziek voor de overtocht. Gedichten 1975-2005
- Frans Kuipers, Het illuseum van Hersenheim
- Patty Scholten, Bizonvoeten. Reisgedichten

1 bestelling: Gavin Lyall, 'Spy's honour'.

18 Augustus 2010

Vanochtend ben ik weer naar school geweest, in een poging om zin te maken. Een school zonder leerlingen doet vreemd leeg aan. Het voordeel is dat je dan wel lekker door kunt werken. Ik heb de mail doorgenomen, wat mailtjes beantwoord en alle werkwijzers, die de collega's me gemaild hebben, geprint en per klas gesorteerd. Zo is de kop er weer af. Morgenmiddag ga ik mijn eigen werkwijzers maken en aan de stapeltjes toevoegen.

Op de vraag m.b.t. Toon Hermans van enkele dagen geleden is antwoord gekomen: Ik ken niet alles van Toon uit mijn hoofd, maar uw beschrijving doet me het meest denken aan Hoempa Hoempa Hoempapa, over de bombardon van opa Hermans. Opa speelt bombardon en sterft aan het eind. U kunt het nummer vinden op de cd/dvd van de onemanshow van Toon uit 1978. Op internet vond ik ook een linkje. http://www.youtube.com/watch?v=7-F2XAhFKVs

Jan van Schaffelaar

Vanmiddag bezochten we museum Nairac in Barneveld. Het museum is gevestigd in een oude boerderij (waar vroeger ook nog bier in is gebrouwen) aan het plein bij de kerk waar het beeld van Jan van Schaffelaar staat.

Alice in Wonderland Alice in Wonderland

In dit museum, waar de geschiedenis van Barneveld centraal staat (uiteraard de sprong van Van Schaffelaar, maar er zijn ook talrijke bodemvondsten en enkele stijlkamers) is deze zomer een tentoonstelling rond het boek 'Alice in Wonderland'. Er liggen honderden uitgaven van het boek, in tientallen talen. Daarnaast is er heel veel en uiteenlopend ander materiaal te zien, van speelgoed en lachspiegels tot een vitrine met boeken die in de titel een parodie zijn op 'Alice in Wonderland'. We hebben een half uurtje erg genoten van deze tentoonstelling. U kunt er nog naartoe tot 30 oktober.

Alice in Wonderland Alice in Wonderland Alice in Wonderland Alice in Wonderland

19 Augustus 2010

In Den Haag kocht ik 'Jongensjaren' van Martin Bril. Hij haalt in dit boek herinneringen op aan zijn jeugd in Utrecht, Dieren, Drachten en 't Harde, maar ook aan vakanties bij familieleden in Groningen en Friesland (en op Ameland, waar hij raspatat at). De hoofdstukken over bepaalde plaatsen heb ik opgenomeni in de inventarisatie voor de literaire reisgids. Hij noemt ook Cor Vaandrager:

De beste blessures liggen altijd nog voor je. Daar komt het op neer,
Cor Vaandrager, de Rotterdamse dichter, zei het al.
Hij was mijn held en hij stierf op de dag dat mijn oudste dochter werd geboren.
Zo grijpen de tandwielen in elkaar.
(Martin Bril, Jongensjaren, blz. 62)

Vanochtend interviewde ik Inge Ketelaar-Blokpoel. Ze was vroeger onderwijzers in het openbaar onderwijs in Veenendaal. Daar ken ik haar nog van. Begin jaren negentig kreeg ze drie kinderen: Linda, Menno en Jelmer. Jelmer heeft in 1999 de diagnose ASS (Autisme Spectrum Stoornis)/PDD-NOS gekregen. Inge leerde in het UMC een moeder uit Ede kennen, die daar ook kwam met haar zoontje en dat klikte. De kinderen hadden veel van elkaar weg én ze woonden relatief dicht bij elkaar in de buurt. De twee jongens gingen ook samen naar Kinderhuis Reek, in dezelfde groep en ook de twee moeders gingen samen door het hele moeilijke proces van acceptatie, van stilstand in de ontwikkeling, van scholen die je kind niet willen hebben.
Ze besloten samen een boek over hun ervaringen te gaan schrijven. Eerst in de vorm van een roman, met andere namen, maar dat werkte niet. Uiteindelijk hebben ze allebei verhalen geschreven in de ik-vorm. In die tijd waren er heel veel boeken over de theorie van autisme, maar zij wilden laten zien hoe het als ouders is om een kind te hebben met een autismestoornis. Wat voor impact heeft dat op de andere kinderen in een gezin. Ze wilden de twijfels en het verdriet onder woorden brengen.
Ze hebben ervoor gekozen het boek in eigen beheer uit te brengen en het werd een succes. De pers besteedde er veel aandacht aan. Ze gaven samen lezingen door het hele land en ook in Vlaanderen. Er kwamen heel veel positieve reacties, van andere ouders, maar ook van activiteitenbegeleiders en van maatschappelijk werkers. Het bleek te werken als een eye-opener: van de theorie naar de praktijk, naar hoe het echt ís.
Toen het eerste boek er was, had Inge nog heel veel verhalen in haar hoofd over hoe Jelmer vroeger was, als baby en als peuter. Die ging ze ook opschrijven en zo ontstond het tweede boek. En dit jaar kwam haar derde boek uit.
Het eerste boek beschrijft hoe het is om je kind los te laten. Het tweede boek beschrijft wat daaraan vooraf gaat en het derde boek kijkt terug naar het proces dat je als ouder doorloopt. Ze geeft in dit boek ook adviezen aan ouders die voor vergelijkbare beslissingen staan. Het gaat ook in op vragen als: hoe bouw je een band op met de mentoren van je kind, hoe houd je rekening met andere kinderen in een gezin.

Inge Ketelaar-Blokpoel

Het bovenstaande is een deel van het interview, herschreven als 'biografische notitie'. De vragen 'Wat heb je met Veenendaal?', 'Wat heb je met boeken?' en 'Wat heb je met Van Kooten?' heb ik wél als interview uitgewerkt, maar die bewaar ik voor het boek.

Op de terug weg uit Bennekom ging ik nog even bij het graf van mijn ouders kijken: nog steeds geen steen. Ruim drie maanden is toch lang, lijkt me. Zondag moeten we maar afspreken wie er lelijke dingen tegen die steenhouwer gaat zeggen.

Aan het begin van de avond verschenen ineens Suzanne, Gijs en Tygo. Ze zouden morgen terugkomen van vakantie, maar ze hadden de boel opgeruimd en ingepakt en zijn toen maar gaan rijden. Ze zien er goed uit. Het weer was niet altijd geweldig, maar ze hebben een leuke vakantie gehad. Ik vind het heerlijk om weer even met Tygo te stoeien (arme opa's en oma's die hun kleinkinderen maar heel af en toe zien) én ik vind het heerlijk dat ze Luna weer mee naar huis hebben genomen. Het is een lieve hond, maar twee weken is voor mij lang zat.

Tygo met mijn oude bril Tygo met mijn oude bril

20 Augustus 2010

De kop van het schooljaar is er nadrukkelijk af. Gisterenmiddag en vanochtend had ik alweer een gesprek met ouders over de start in het nieuwe jaar. Toch blijven zitten om het VWO te kunnen halen? Beter van niet. Nu door op de Havo en dan eventueel - na het diploma - van H5 naar V5. Ook dan kost het een jaar, maar heb je inmiddels wel een diploma op zak (en kun je eventuele andere keuzes maken). Het is allemaal maatwerk, wat voor het ene kind beter is, hoeft dat voor het andere kind niet te zijn. Dit soort zaken is tegelijkertijd het leuke van mijn werk (je helpt kinderen en ouders de beste keuze te maken - met de wijsheid van dat moment, dat wel), als het vervelende (niet iedereen kan krijgen wat hij graag zou willen).

Vanmiddag was ik bij straatgenoot Rein Bijkerk voor een interview. Hij woont wat verder vooraan in de Dijkstraat. Een jaren dertig-huis, maar het is groter dan het lijkt, met uitbouw aan de achterkant. In die tijd hadden huizen nog échte tuinen; toen bedoeld als moestuin. Rein is een interessante plaatsgenoot, met politieke ervaring in de gemeenteraad én in de provinciale staten. Daarnaast is hij historicus, met enkele publicaties over koningshuis en krijgsmacht op zijn naam:

Oorlogen en vredesmissies
  • De krijgsmacht binnenslands: bijstand, steun- en dienstverlening door militairen: referaten uitgesproken tijdens het symposium over de binnenlands-maatschappelijke betekenis van de krijgsmacht dat op 14 september 2001 werd gehouden ter gelegenheid van het afscheid van de directeur van het Instituut Defensie Leergangen, brigade-generaal mr O. van der Wind (red., met G.F. Hut (2002)
  • Democratie en koningschap – achtergronden, spelregels en actualiteit (2005)
  • Michiel Adriaenszoon de Ruyter: van vervaagd icoon tot onderwijskundige kans (2007)
  • Herinneren en herdenken : oude en jonge veteranen en de verwerking van oorlogservaringen: bijdragen aan het op 13 december 2006 aan de Universiteit van Tilburg gehouden seminar (red. met A.H.M. van Iersel) (2007)
  • Veteranen met een missie. Humanitaire initiatieven door oud-militairen in voormalige uitzendgebieden (met Fred Lardenoye) (2008)
  • Oorlogen en vredesmissies - Ervaringen van Nederlandse veteranen 1940-2010 (met Martin Elands en Klaas Kornaat) (2010)

Het laatste boek kreeg ik na afloop van het interview van hem cadeau. Ik kon het tijdens het interview niet nalaten hem te vragen hoe het toch kan: een PSP achtergrond en dan boeken schrijven over het leger. Rein is een begenadigd spreker en kon er een fraai verwoord antwoord op geven. Dat antwoord moet ik nog uittikken, maar zijn visie op Veenendaal heb ik al wel op papier:

Met Veenendaal heb ik heel veel. Ik woon hier vanaf 1962 en ik ben er altijd blijven wonen door het toeval, omdat ik in 1979 ineens raadslid werd voor wat toen Dialoog heette en later Groen Links werd. Als raadslid moet je wonen in de plaats waar je in de gemeenteraad zit, terwijl mijn vrienden voor een groot deel naar andere plaatsen gingen om te gaan studeren en om een wat wilder leven te leiden als kamerbewoner.
Ik heb veel met Veenendaal, maar het is de bekende haat-liefdeverhouding. Aan de ene kant, als je het hebt over de minder goede dingen, ben ik vaak geschrokken van de lelijkheid van delen van deze plaats, ook wel van de bekrompenheid. Aan de andere kant is het een ontzettend leuke gemeenschap, waarin heel veel gebeurt en als je lang in een plaats woont, ken je veel mensen en kun je voor zo’n plaats – als dat je ambitie is – ook wat betekenen en zelfs tot stand brengen. Dat maakt het dan weer ontzettend leuk om er te wonen.
Veenendaal heeft bij mij altijd sterk gemengde gevoelens opgeroepen en doet dat nog, zij het in mindere mate, de mildheid komt met de jaren en Veenendaal is natuurlijk erg veranderd. Toen ik in de raad kwam, eind jaren zeventig, was er altijd nog een strijd die je kunt zien als een verlate jaren zestig, maar dan in Veenendaal. De macht was nog in handen van de oude, nogal calvinistische, conservatieve elite; er mocht een heleboel niet, er was geen theater, er was natuurlijk geen bioscoop, alles wat oud was qua gebouwen werd gesloopt en alles wat oud was qua achterhaalde gedachten werd omarmd. Dát Veenendaal is natuurlijk verdwenen en het is nu veel meer een open samenleving geworden en een veelkleurige samenleving en niet alleen omdat er ook allerlei allochtonen zijn gekomen. Ook als je kijkt naar de oorspronkelijke bevolking, die lijkt hier nu wel zijn plek te hebben gevonden. Er is niet meer een overheersende club die zegt: jij mag op zondag dit niet en jij mag op zondag dat niet. Dat is weg.
En het voorzieningenniveau is natuurlijk zeer veel beter geworden. Voor mij is altijd het omslagpunt De Lampegiet geweest. Daar is vijftien jaar over gedebatteerd en uiteindelijk is het er gekomen en daar hebben wij als Dialoog ook een rol in mogen spelen. Dat is echt een moment geweest dat Veenendaal van een industriedorp een beginnende provinciestad werd. En dat proces heeft zich doorgezet.
Het aanzien van Veenendaal wordt geleidelijk ook mooier. Als je ziet wat er op het Hollandiawolterrein allemaal tot stand komt en dat men daar die fabriek wél heeft weten in te passen. Zo hoort het! En de omgeving van Veenendaal is natuurlijk schitterend. Ik woon hier aan de goede kant en wandel zo het bos in. Dat is natuurlijk ook iets dat zeer de moeite waard is.

Dat het bos inwandelen zuigt hij niet uit zijn duim. Vrijwel dagelijks zie ik hem voorbij ons huis wandelen, op weg naar bos en Egelenmeer. Rein denkt het best als hij wandelt. Ook hij begint tijdens het interview over 'De Veense' en de voorloper daarvan 'Turf en sigaren'. In mijn gesprekken met actieve en schrijvende Veenendalers komen die blaadjes reglematig ter sprake. Daar zou iemand nog eens studie van moeten maken:

Veenendaal is een plaats die sterke gemengde gevoelens bij mij heeft opgeroepen, maar waar ik wel heel veel mee heb. Ik moest denken aan de jaren tachtig, er was toen een satirisch blaadje ‘De Veense’. Ik zat in de redactie, maar omdat ik in de gemeenteraad zat onder de naam Geesje van Geerestein, samen met een aantal anderen. Een paar jaargangen zijn dat geweest, helemaal opgemaakt door Jan de Boer, toen al, een Bild Zeitung-achtige stijl. En als je dat blaadje leest, zie je aan de ene kant het verzet tegen het calvinisme, tegen de vreselijke kleinburgerlijkheid en aan de andere kant zie je ook een soort liefde voor Veenendaal. De mensen die daarin schreven die hadden wat met deze plaats en wilden daar wat mee. Die waren niet tevreden, maar die bleven hier wonen en die wilden iets tot stand brengen, ze zagen ook de goede dingen. Dat gevoel is voor mij heel kenmerkend voor deze plaats.

1 bestelling; T. van Lohuizen ven H.B.G. Casimir, 'Een halve eeuw natuuurwetenschap / De bouw der materie'.

21 Augustus 2010

Om weer een beetje van het vakantiegevoel af te komen, mailde een collega een overzicht van fouten en grappen in toetsen. Het geheel zal wel her en der rondgemaild worden en oorspronkelijk uit Amerika komen. Maar grappig zijn ze wel. Ik knipte er drie stuks uit:

Foutje Foutje Foutje

De afgelopen nacht bedacht ik ineens dat ik de uitwisseling van leerlinggegevens tussen de mentoren van vorig jaar en die van dit jaar vergeten was voor te bereiden. Daarom ging ik aan het begin van de middag nog een uurtje op school aan het werk. In de hal voor de trap ging ik keihard onderuit. Die vloer was in de was gezet, maar niet uitgeboend en dus spek- en spekglad. Een kapotte knie, een bult op mijn kop, was op mijn kleren, het suede van mijn sandalen naar de Filistijnen. En dan bof ik nog dat ik niets gebroken heb. Van de schrik bleef ik even liggen. Toen ik merkte dat alles nog heel was (ik ben ook geen twintig meer) sleepte ik me de trap op en ging achter mijn bureau bij zitten komen. Op het moment dat ik daar zat, hoorde ik beneden in de hal iemand praten. Kort daarna hoorde ik het gepiep van het alarm dat aan werd gezet. Ik schreeuwde en kreupelde via de andere trap naar de uitgang en kon nog net op de 'escape-knop' van het alarmapparaat drukken voordat het alarm echt aan ging. Toen werd ik pas echt nijdig. Ik weet niet wie er even na mij in school was gekomen, maar mijn auto stond voor het hek en ik had het alarm afgezet, dus die persoon kon ervan uit gaan dat er iemand in school was. Stel dat ik daar met een gebroken been (of erger) had gelegen, dan had hij (aan de stem te horen was het een hij) mij daar gewoon laten liggen! Die gladde vloer zo achterlaten slaat nergens op, maar zomaar weglopen zonder controle is natuurlijk ook belachelijk. Hier is wat mij betreft het laatste woord nog niet over gezegd.

We waren met Tygo even bij Martijn op de tennisbaan. Bij TVVW was er een slaapweekend voor de jeugd. Martijn zit niet (meer) in de organisatie, maar helpt er nog wel een handje. Hij kwam al snel met twee rackets om Tygo zijn eerste tennisles te geven. Die les was nog niet echt aan hem besteed. Hij hield het racket in de ene hand en gooide de bal met de andere hand. Er komt ongetwijfeld nog wel een vervolg.

Tennisles voor Tygo Tennisles voor Tygo

3 bestellingen: Ambika Wauters, 'Chakra's ontcijferd. Ontdek uw verborgen krachten', 'Jan, Jans en de kinderen 1', Susan Smit, 'Kijk naar me'.

22 Augustus 2010

Gisterenavond hebben we tot pakweg twaalf uur buiten gezeten. Buitenhaard aan, glaasje wijn en een spelletje kaarten. Op de valreep van de vakantie toch nog zo'n heerlijke avond.

Martijn was deze week bij de pieremachocheltocht, een onderdeel van sail, in Amsterdam. Hij maakte er deze foto. Spellen blijft moeilijk:

Niet op kimmen

2 bestellingen: Max Delphi, 'Wilt u even voor me kijken? Brieven aan een helderziende', Abdelkader Benali (gastheer), 'TXT. Alles is mogelijk in zestien verhalen'.

23 Augustus 2010

Zo, de vakantie zit er nu echt op. Eén collega met longontsteking, maar de rest was er weer gezond en gebruind. Een plenaire vergadering, een vergadering met de mentoren van mijn tweede klassen, uitwisseling mentorgegevens, een groepsfoto met het hele personeel en daarna één voor één alle jaarlagen voor een kennismaking, het ophalen van de roosters en individuele foto's en een groepsfoto. Voor die individuele foto krijgen de leerlingen tegenwoordig een pasje met een barcode. Dat pasje wordt gescand en dan wordt de digitale foto gemaakt. Daarmee staat die foto ook onmiddellijk in de schooladministratie, gekoppeld aan de juiste leerling. Dan kan er morgen al, per klas, een 'smoelenboek' uitgedraaid worden.

Ik citeer een zin uit 'Zicht op Veenendaal', een onregelmatig verschijnend reclamekrantje. In een advertentie, die op een artikel moet lijken, wordt reclame gemaakt voor De Scheidingsplanner (met hoofdletters). Dat blijkt een organisatie te zijn waar een Scheidingsmediator (ook met een hoofdletter) de scepter zwaait (ik schrijf het over, ik verzin het echt niet zelf). Deze mediator vertelt over het advies en de ondersteuning aan scheidende echtparen en samenwonende partners: Zij kiezen ervoor dat respectvol en in onderlinge harmonie te doen, veelal juist in het belang van eventuele kinderen.Ik struikel hier over het gebruik van veelal en eventuele in dezelfde zin. Zij willen dat in harmonie doen, veelal in het belang van de kinderen. Die zin die snap ik, al is 'veelal' al een beetje overdreven: de andere belanghebbenden zijn zij zelf, neem ik aan. Maar dan dat 'eventuele', waar slaat dat op? Óf er zijn kinderen en dan is die harmonie in hun belang, óf er zijn geen kinderen en als je niet bestaat, heb je er ook geen belang bij!

3 bestellingen: Goran Schildt, 'De zee van Ikaros', A.B. Dijkstra, S. Karsten, e.a. (redactie), 'Het oog der natie: Scholen op rapport, Standaarden voor de publicatie van schoolprestaties', Gerard Reve, 'Verzameld werk, deel 3 (Een circusjongen/Een eigen huis/Oud en eenzaam/Moeder en zoon)'.

24 Augustus 2010

Veel school en weinig literatuur vandaag. Laat ik beginnen vast te stellen dat de schoolleiding zeer serieus is omgegaan met mijn valpartij van zaterdag. Gisterenochtend al was er een ernstig gesprek met het schoonmaakbedrijf. Het stuk vloer had met linten afgezet moeten zijn. Degeen die binnenkwam, was de conciërge die kwam controleren of de schoonmakers klaar waren. Hij dacht te constateren dat de schoonmakers vergeten waren het alarm erop te zetten. Tijdens de vakantie ligt er een intekenlijst op de balie waarop iedereen die binnen is zijn naam moet noteren. Zo'n systeem komt er nu ook in de weekeinden. En tenslotte mag ik op kosten van school nieuwe schoenen kopen. En dat binnen anderhalve dag, zonder dat ik erom gevraagd heb.

In 'INKT!', het blad dat begonnen is als digitale uitgave van 'Boekwinkeltjes', maar dat tegenwoordig een papieren uitgave is, staat steeds een dubbelinterview met een boekhandelaar en een antiquaar uit dezelfde plaats. Vandaag kreeg ik een uitnodiging voor zo'n interview samen met Albert van Kooten, mede naar aanleiding van het boekje dat ik voor het jubileum van Albert aan het maken ben. Ik heb geantwoord dat me dat erg leuk lijkt en hoop nu maar dat Albert er ook zo tegenaan kijkt.

1 bestelling:Johannes Calvijn, 'Institutie of onderwijzing in de christelijke godsdienst'.

25 Augustus 2010

Vandaag gaf ik mijn eerste lessen van dit schooljaar. Ik heb drie B2-klassen en één V3-klas. Die zag ik vandaag allemaal. Ik merkte na drie uur lesgeven (achter elkaar) dat ik het zweet op de rug had staan. Het was enorm benauwd op school, daar klaagden meer collega's over. Het was echt niet omdat ik angstig voor de leerlingen zou zijn (al speelt een beetje spanning zo'n eerste dag altijd mee).

Vanwege mijn Schrijversinfo blijf ik regelmatig als vraagbaak functioneren. Af en toe doe ik ook moeite voor zo'n vraag. Vandaag kwam deze binnen: 'Geachte heer Beek, Als verzamelaar van het werk van Leonard Roggeveen heb ik veel steun aan uw bibliografie. U vermeldt dat er vertalingen zijn van een aantal van zijn boeken in verschillende talen. Zelf bezit ik enkele boeken van Leonard Roggeveen in het Noors, Duits en Tsjechisch, en ik zou u willen vragen of u misschien weet of er een overzicht bestaat van de vertaalde boeken van Leonard Roggeveen. Ik ken helaas geen andere verzamelaars of liefhebbers van zijn werk. Hopelijk leg ik niet teveel beslag op uw tijd, met vriendelijke groet,' Ik heb hem teruggemaild: 'Er bestaat een gids voor verzamelaars van het werk van Leonard Roggeveen: N.J. Wagemaker, 'Leonard Roggeveen: 2 maart 1898-22 juni 1959' (Korte handleiding voor het verzamelen van boeken geschreven door Leonard Roggeveen) (1997). Daar zijn zelfs drie drukken van verschenen, er moeten dus wel meerdere verzamelaars zijn. De bladzijde over Leonard Roggeveen moet ik nog actualiseren en uitbreiden met behulp van de site van de Koninklijke Bibliotheek: http://opc4.kb.nl/DB=1/IMPLAND=Y/LNG=NE/SID=600ca9e3-1/SRT=YOP/CMD?ACT=SRCHA&IKT=1016&SRT=YOP&TRM=Leonard+Roggeveen Ik heb daar even gekeken en kwam al snel veel vertalingen tegen. In totaal staan daar 439 boeken van Roggeveen. Mij ontbreekt momenteel de tijd om die door te nemen, maar misschien vindt u er de informatie die u zoekt. Met vriendelijke groet,'

Vanmiddag interviewde ik Daan van der Kaaden. Ook Daan is een echte boekenman. Al vroeg een fanatiek lezer, verzamelaar, journalist, biograaf van W.G. van de Hulst, uitgever van het blad 'Ouwe Bram Leeft nog', organisator van vijf 'Ouwe Bram-dagen' en handelaar in tweedehands boeken. Dan lijkt 'boekenman' me niets teveel gezegd!

Ook Albert wil aan dat dubbelinterview meedoen. Leuk! Het zal waarschijnlijk volgende week al plaatsvinden. Het is wel 'interviewtijd' deze weken.

2 bestellingen: knipsels Boudewijn Büch, A.H. Nijhoff, 'Medereizigers'.

26 Augustus 2010

In B2b besprak ik vandaag het verschil tussen fictie en non-fictie. De Titanic is destijds echt gezonken, maar de film 'The Titanic' is toch fictie, omdat er een schrijver dingen aan het verzinnen is geweest. Op dat moment steekt er een leerling zijn vinger op. 'Meneer, weet u dat die film vier keer zoveel gekost heeft als de Titanic zelf?' Kijk, dat is het soort feitjes waar ik dol op ben!

In zo'n eerste schoolweek valt het op dat sommige leerlingen in de zomervakantie ontzettend gegroeid zijn. Vooral de leerlingen die nu in klas twee zitten. En sommige van die meisjes hebben in de vakantie een verfdoos gekocht en smeren daar nu iets te veel van op hun gezicht.

De verwarmingsketel is er vandaag mee opgehouden. Nu kunnen we het zonder centrale verwarming wel redden, maar het is een combiketel, dus we hebben ook geen warm water meer en dat is lastig. Gijs heeft er vanavond naar gekeken. Er komt geen vonk en dus geen vlam (en dus geen warm water). Die onsteker moet dan morgen vervangen worden.

Nieuw bij 'Veense schrijvers': G. van den Brink, Jo Budding, Herman Takken.

1 bestelling: Wim Kortenhoeven, 'Hamas - portret en achtergronden'.

Een Nederlander in Canada leest nog graag boeken van A.M. de Jong. Hij informeert in een mail - in het Engels - naar de mogelijkheden: 'I am an expatriate Dutchman born and raised in The Netherlands, living in Canada since 1951, and a lifelong fan of the author A.M. de Jong. I have read many of his books and just finished reading (again) the Merijntje Gijzen's series from "Het Verraad" to "A Knaap Wordt  Man". Since I have been unable to obtain de Jong's books neither in Canada nor in the USA I fortunately  found that your company deals in secondhand books including those by A.M. de Jong. I would like to know if you ship books overseas, the cost of shipping and if you accept Canadian currency. If your answers are affirmative I would be much interested in "The Rijkaard" and "Flierefluiters Tussenkomst"  as well as the total cost involved.' Mijn probleem zit in het 'accepting Canadian currency'. Dat heeft me de vorige keren veel geld gekost. Een keer met wisselen en een keer met het innen van een cheque.

27 Augustus 2010

Een H3-klas had scheikunde vandaag. Via proefjes moesten ze vaststellen wat voor vloeistof ze in een reageerbuisje hadden (het was ranja; aanmaaklimonade). Een aantal (Veense?) leerlingen kwam op papier tot de conclusie dat het 'Amaak' was. Je hoort het hun moeder vragen: 'Wie wil er nog een glaassie amaak?'

Arian is langsgeweest met een nieuw ontstekingsmechanisme: we hebben weer warm water.

Ik heb weer een hele stapel stafkaarten gevouwen en ingevoerd. Ongevouwen verkoop ik ze niet. Bij een kaart van € 5,00 komt dan € 6,75 verzendkosten. Gevouwen passen ze in een envelop en zijn de verzendkosten € 1,32.
Begin oktober is er een boekenmarkt bij de opening van het Kees Stipplein. De prijs voor de kramen is door de gemeente verlaagd van € 60,00 (wat belachelijk duur was) naar € 30,00 per kraam en twee kramen voor € 55,00. Voor die prijs doe ik mee. Ik wil er een halve kraam inrichten met stafkaarten en dan ook zorgen dat ik 'heel Nederland' bij me heb.

1 bestelling: knipsels Karel van het Reve e.a..

28 Augustus 2010

Vandaag werkte ik het interview met Daan van der Kaaden uit. Daan schreef o.a. een biografie van W.G. van de Hulst:

En toen kwam op een gegeven moment het verhaal van Van de Hulst. Ik was in de journalistiek terecht gekomen. Ik werkte bij een krant in Nijkerk, daar maakten we een verhaal over uitgeverij Callenbach; Nijkerk en Callenbach dat hoort bij elkaar. Toen kwam Van de Hulst in beeld, daar was ik natuurlijk ook mee opgegroeid, met de Kerst kreeg je een boekje van Van de Hulst en een sinaasappel en een chocoladekransje. Toen bleek – tot mijn verbazing – dat er nooit een boek aan die man gewijd was. Daar ben ik in gedoken en van het één kwam het ander en in 1994 kwam daar het boek ‘Zoeken naar de ziel: leven en werk van W.G. van de Hulst’ uit rollen.
Toen ik daar aan bezig was, ben ik ook boeken van hem gaan verzamelen en dan krijg je steeds meer contact met handelaren in het antiquariatencircuit en ik dacht op een gegeven moment: daar kan ik zelf ook wel wat in gaan doen. Dat is als hobby begonnen, maar intussen is dat toch meer dan de helft van mijn werkweek én het is werk dat ik met heel veel plezier doe.

Nog even terug naar Van de Hulst: je gaf op een gegeven moment ook ‘Ouwe Bram leeft nog!’ uit?

Ja, dat was een tijdschrift. Dat kwam een paar keer per jaar uit en dat was een blad dat zich richtte op de geschiedenis van de oudere protestantse jeugdliteratuur. Daar stonden artikelen in over auteurs, over illustratoren en over uitgevers. Daar werden lijsten in gepubliceerd van al die series, die niet meer zo bekend waren. Dat heb ik een aantal jaren gedaan, als hobby naast mijn werk.
Op een gegeven moment hadden we ook één keer per jaar een ‘Ouwe Bram-dag’, die werd hier in Veenendaal in de Poortkerk gehouden. Dat was een heel evenement, waar ook Van de Hulst junior een aantel keren geweest is, maar er waren ook gasten als de illustrator Jaap Kramer, de zonen van K. Norel, of Anne de Vries junior. Elk jaar was er zo’n gast. Dat waren leuke dagen en daar kwamen ook aardig wat mensen op af.

Er was ooit een tentoonstelling over Van de Hulst in ‘Het Kleine Veenlo’, heb jij je daar ook mee bemoeid?

Ja, wat daar stond kwam voor het grootste deel uit mijn collectie. Dat was ook niet zo gek lang na het verschijnen van mijn boek, waar er toen bij die tentoonstelling ook nog verschillende van verkocht zijn. Er was in die tijd ook een reizende tentoonstelling over Van de Hulst, daar zat ook de stoel bij waar hij altijd in zat te schrijven.
En een paar jaar daarna heb ik nog een boek samengesteld met lezingen van Van de Hulst die nog nooit uitgegeven waren: ‘Het kind en zijn boek’. Die lezingen kende ik doordat ik in die tijd veel contact had met Van de Hulst junior en ook met zijn kleindochter Rozemarijn (die naar zijn boekjes is genoemd), die nu ook de nieuwste uitgave weer redigeert. En ik heb in 1997 nog een bundeltje uitgegeven met kindergedichtjes van Van der Hulst. Die waren ook nooit eerder in boekvorm verschenen: ‘W.G. van de Hulst, Kinderversjes’.

5 bestellingen: Ab de Brouwer, 'Werken met schuimplastic', 'BoekMagazine nr. 6', september 1978, Arno Langeler, 'Zwarte Piet. Een moor in dienst van Venetië', J.J. Voskuil, 'Afgang. Het Bureau 6', A. Camus, 'De Pest'.

29 Augustus 2010

We hebben de open haard vandaag maar weer eens gebruikt. Het is weer om binnen te zitten. Voor de warmte is het niet echt nodig, maar het is gezellig (en onze open haard is toch geen wonder van rendement; de meeste warmte gaat de pijp uit).

Met een half oor hoor ik op televisie een nieuwslezer zeggen: 'De kabinetsonderhandelingen zijn definitief mislukt.' Ik denk: Dat is goed nieuws! Blijkt het over de onderhandelingen in België te gaan. Dat valt dan weer tegen.

In een stapel boeken van Anne Marie zat 'Tijdelijk nieuw' van Kees van Kooten (uit 2003). Voordat ik dat boek verkoop, lees ik het eerst maar eens zelf. Het boek ligt op mijn nachtkastje en elke avond lees ik één of twee van de 'vijftig tijdopnamen'. Het is even geleden dat ik wat van hem heb gelezen, maar het bevalt me weer goed. Een beetje ironisch en een mooie verhouding tussen zelfspot en maatschappijkritiek. Daarbij af en toe een taalvondst waar je oog aan blijft hangen en die daarna een glimlach oplevert. Een voorbeeld van bladzijde 150:

Zo ik iets ben, ben ik een impulskoper. Een etalage passeren, iets hebberigs zien liggen, op mijn schreden terugkeren en dit kopen zonder na te denken, af te dingen, te vergelijken of nog een paar winkels verderop te kijken.
In april nog. Op de fiets onderweg maar de aanschaf van iets anders, blijk ik te dun gekleed, rijd ik langs zo'n ouderwets degelijk modemagazijn en zie ik een bruinige shawl hangen, met bloemmotieven. De ene kant was van zijde en de andere zijde was van kant. Echt een zwierige kunstenaarsdas. Voor vijftien euro in de opruiming, want die winkel werd dezelfde week voorgoed gesloten.

Er vallen me drie zaken op:

1. De ene kant was van zijde en de andere zijde was van kant. (Een prachtige vondst. Ik las hem een paar keer en hij beviel me elke keer beter.)

2. Iets hebberigs zien liggen. (Daar las ik in eerste instantie overheen. Bij herlezing i.v.m. het bovenstaande viel het me pas op. Strikt genomen is het een taalfout. Van Kooten is hebberig en wat er ligt is niet hebberig. En toch is het mooi gevonden. Iets hebberigs is hier een hebbedingetje. 'Iets hebberigs' zou dan eigenlijk nog moeten worden uitgesproken door de 'Vieze man': 'Heb je dat ook wel eens, dat je iets hebberigs ziet liggen?')

3. Op de fiets onderweg maar de aanschaf van iets anders. (Ook daar las ik overheen. Ik zag het pas toen ik de zin overtikte. Er moet natuurlijk 'naar' staan en niet 'maar'. Slordig, meneer de Bezige Bij. Was zeker net bij iets anders bezig.)

Aan het eind van het verhaal blijkt Van Kooten bij dit soort impulsaankopen steeds vrouwenzaken te kopen (deze shawl, een meidenzonnebril en zelfs een handige tas met een lange draagketting). De titel van het verhaal is dan ook 'Microtravestie'.

1 bestelling: 'BoekMagazine nr. 2', mei 1978. Ooit kocht ik een stapeltje van dat tijdschrift uit de tweede helft van de jaren '70. Ik verkocht er een stuk of vier van. Vervolgens verkocht ik er vijf jaar geen enkele en nu weer in twee dagen twee. Er is geen peil op te trekken.

30 Augustus 2010

Ook dit schooljaar probeer ik mijn leerlingen weer kritisch te maken op hun eigen én op andermans taalgebruik. Dit jaar pakken ze het wel heel snel op. Vandaag al liet een leerling me een krantenknipsel met een taalfout zien en kwam een andere leerling me een foto (op haar mobieltje) van een bord met een taalfout laten zien (het was niet echt een fout, eerder een vreemde vooropplaatsing).

De brugklassers fietsten vanochtend in de stromende regen naar Leusden. Om elf uur werd het droog en het bleef verder vandaag ook droog. Dan valt het, gezien de hevige regens van de afgelopen dagen, nog behoorlijk mee.

In gesprekken i.v.m. het boek voorVan Kooten komen regelmatig de bladen/blaadjes 'Turf en sigaren' en 'De Veense' ter sprake. De bladen werden geschreven door een groepje jongelui rond de Wereldwinkel. Er zijn er maar een beperkt aantal van verschenen, maar ze weerspiegelden heel goed de tijddgeest van de jaren zeventig en zijn blijkbaar in het collectieve Veense geheugen blijven hangen. Ik vroeg er ook Jan de Boer naar:

Je was in Veenendaal betrokken bij ‘Turf en sigaren’ en bij ‘De Veense’.

Ja, bij beide. ‘De Veense’ kwam na ‘Turf en sigaren’ en was beter. Die werd bijvoorbeeld ook verkocht bij Albert Heijn. Dat blad kwam uit op groot formaat en werd op glanspapier gedrukt. Zwart op wit en dan nog steunkleuren ertussen en dan heel bewust vormgegeven zoals de Duitse roddelpers eruit zag. En we gingen enorm door de bocht met van alles. Dat was echt de leukere opvolger van ‘Turf en sigaren’. We maakten het voor een deel met dezelfde groep mensen.
‘Turf en sigaren’ ontstond toen het minder ging met de Wereldwinkel. De helft ging studeren in Amsterdam en de scholieren bleven over. Dat waren o.a. Chris Anbeek, Wim Bos, Gerard Davelaar en Arie van de Kraats, een heel klein clubje eigenlijk. En later kwam ‘De Veense’ en toen deden bijvoorbeeld ook Jeroen Wielaert en Jan Hoedeman mee. Eens in de maand hadden we een redactievergadering en om de twee maanden was er een nieuw nummer. Er zijn er in totaal een stuk of zes van verschenen. We waren allemaal opgegroeid in Veenendaal en we hadden er een soort haat-liefdeverhouding mee. Ik heb er een hele fijne jeugd gehad, maar ik heb het ook gehaat: dat verschrikkelijke Veenendaal met al die gereformeerden, waar niets mocht. Turks Fruit werd er door de burgemeester verboden! Wij wilden kabaal maken. Mijn insteek was herrie schoppen, tegen allerlei zere benen aanschoppen en tegelijk toch een leuk en leesbaar blad maken. We waren links omdat dat bij de tijdgeest hoorde. Ik ben meer een sociaal-liberaal en ik was dat toen eigenlijk ook al.

7 bestellingen: Dr. H. van der Drift, 'Existentie in licht en duister, études rondom psychiatrie en pastoraat', Gerben Hellinga, 'Kees de jongen. een toneelstuk naar de gelijknamige roman van Theo Thijssen' (Bulkboek 12), J.J. Voskuil, 'Plankton. Het Bureau 3', A.Roland Holst, 'Belijdenis van de stilte', Louis Paul Boon, 'De meisjes van Jesse, Dante Alighieri, 'De goddelijke komedie', vertaling in terzinen door Albert Verwey', 1 knipsel Kees Fens.

31 Augustus 2010

Deze week zijn de brugklassers op kennismakingskamp én zijn de vijfdeklassers op reis naar Praag, Parijs, Berlijn e.d.. Het resultaat is een leeg aandoende school en véél roosterwijzigingen. De roostermaker probeert dan ook nog de leerlingen terwille te zijn. B2e heeft het vierde uur een tussenuur en het vijfde uur nog Frans. De roostermaker verplaatst dat vijfde uur naar het vierde, dan kunnen ze daarna naar huis. De klas zwerft dat vierde uur (met nogal wat lawaai) door de school. De leraar is niet op komen dagen. Enig speurwerk levert de reden op: deze leraar begint pas het vijfde uur en is nog helemaal niet op school. Hij heeft dan ook deze roosterwijziging niet kunnen zien. Ik beslis vervolgens dat deze les Frans dus gewoon het (oorspronkelijke) vijfde uur zal plaatsvinden en dat de leerlingen daar een half uurtje in de aula op moeten wachten. Zulke beslissingen maken je niet populair.

Ik zit knipsels van auteurs waarvan de achternaam met een 'P' begint in te voeren. Het valt me weer op over hoeveel maanden de recensies van een bepaald boek uitgesmeerd kunnen worden. Een voorbeeld:

  • J.J. Peereboom, Uitbreken, dat is vrijheid, over: 'Een man aan de deur', Reinjan Mulder, NRC, 27-11-1987.
  • J.J. Peereboom, Larense spitsheid, over: 'Een man aan de deur', G.F.H. Raat, Volkskrant, 24-12-1987.
  • J.J. Peereboom, De vrijheid van Laren, over: 'Een man aan de deur', T. van Deel, Trouw, 07-01-1988.
  • J.J. Peereboom, Fatsoenlijke mensen in Het Gooi, over: 'Een man aan de deur', Jacques Post, AD, 13-02-1988.
  • J.J. Peereboom, Zouteloos en tevens overbodig geschrijf, over: 'Een man aan de deur', Ed van Eeden, UN, 26-05-1988.

Een auteur zal toch met enige spanning op die besprekingen zitten te wachten. Als de eerste in november verschijnt, dan blijft die spanning wel tot 13 februari bestaan, maar tegen eind mei zal Peereboom toch niet op nóg een recensie gerekend hebben en zeker niet op zo'n negatieve.

Vanmiddag werden Albert van Kooten en ik aan de leestafel in de boekhandel door Wim Huijser geïnterviewd voor het blad 'INKT!'. Het ging o.a. over de 'beleving' in een boekenwinkel, over E-books, over het boek dat ik voor Alberts jubileum schrijf en over de spanning tussen boeken verzamelen en boeken verkopen. Omdat we elkaar kennen was de sfeer gemoedelijk, bijna gezellig. Ik ben benieuwd naar het eindresultaat.

Na het eten had ik zin om even over de hei te wandelen. Ik fietste de Slaperdijk af en zette mijn fiets daar aan de rand van de heide. Meestal loop ik daar een rondje rechtsom, maar vandaag ging ik eens linksom. De hei ligt er prachtig bij. Tientallen zwaluwen zweefden een eindje boven de hei en in de zonnestralen zag je af en toe ook de insecten waar ze jacht op maakten. Langs de rand van het pad zijn ze aan het afplaggen geweest. Volgens mij stonden daar eerst ook struiken. Hier en daar hangt er al een eerste spinnenweb tussen de takken van de hei. De oude jeneverbes staat er nog steeds. Ik vroeg me af of het één struik met drie vertakkingen is, of drie struiken die vlak bij elkaar staan. Op het zandpad herkende ik sporen van hondenpoten. En ik zag hele gave ronde gaatjes in het zand. Een insect dat zich heeft ingegraven? Een soort mierenleeuw? Maar het waren er daarvoor wel erg veel. Toen wist ik het: het is niet van een insect, het is van de homo erectus scistoccius, de noordse variant.

Heide achter de Slaperdijk Heide achter de Slaperdijk Heide achter de Slaperdijk
Heide achter de Slaperdijk Heide achter de Slaperdijk Heide achter de Slaperdijk

Op de terugweg door het bos passeerde ik twee wandelaars met hun hond. Ik zei bij het passeren 'Goedenavond'. De vrouw draaide zich om en zei: 'Dat is Mats, ik herken de stem.' Ik dacht: 'Dat is Carla van Laar, ik herken de stem.' Carla was twintig jaar geleden een actieve ouder op mijn bassisschool. Haar kinderen zijn ongetwijfeld ook al lang het huis uit. Terwijl ik dat dacht, was ik ze alweer dertig meter voorbij. Ik had natuurlijk moeten stoppen en een praatje met ze moeten maken, maar om nou na dertig meter nog om te draaien..... dus fietste ik door. Weer een Voskuiliaans mislukt intermenselijk contact.

3 bestellingen: A. Kolsteren, 'Vreemde woordenboek', Martien Beversluis, 'De Beiaardier', Alexandre Dumas, 'De Graaf van Monte-Cristo'.

Door naar september 2010

eXTReMe Tracker