Klik hier om te printen

D.A. Tamminga

Profiel

Achternaam: Tamminga
Roepnaam: Douwe
Voornamen: Douwe Annes
Geboren: 22-11-1909
Te: Winsum
Overleden: 05-04-2002
Te: Leeuwarden

Pseudoniem(en): D.A. Tamminga gebruikte het pseudoniem Tysker. Hij gebruikte het pseudoniem Taelwarder in de Leeuwarder Courant..

Voor tweedehands boeken Ook van D.A. Tamminga
Raban Internet Antiquariaat Klik hier !

Werk

Poëzie

Proza

Toneel

Hoorpel

Overig non-fictie

Vertalingen


vertaald:

D.A. Tamminga schreef een inleiding/biografische schets voor

Bloemlezingen

Tonen

Tijdschriften

Over D.A. Tamminga

Diversen

Literaire prijzen


D.A. Tamminga was lid van de jury voor

Werk van D.A. Tamminga geciteerd in overlijdensberichten

rouwadvertentie met tekst D.A. Tamminga

Volkskrant, 07-09-1993

rouwadvertentie met tekst D.A. Tamminga

Volkskrant, 13-12-1994

Opmerkingen

Anderen over D.A. Tamminga

Mijn favoriete citaat

Als door die ruimt', drieschepig en verheven,
het orgel ruist als een gedreven wind,
dan komen oude eeuwen tot nieuw leven,
schoonheid én huivering, gevreesd, bemind.
(D.A. Tamminga, Martinikerk te Bolsward (fragm.),
in: Het land der letteren, blz. 140)

Uit mijn weblog, 30 april 2009:

Op de dijk in Moddergat staat een monument ter herinnering aan drieëntachtig in 1883 omgekomen vissers uit Peasens-Moddergat. Op het middelste gedeelte van het monument staat o.a. een kwatrijn van D.A. Tamminga: As de dea it skip birint / Dan is der gjin ûntkommen / O wetter, o wif elemint / De sé hat jown, hat nommen. Op vier lage vrijstraande muurtjes, die deel van het monumtent als geheel uitmaken, staan de namen van de omgekomen vissers, per vissersboot bij elkaar. Zóveel namen, daar word je stil van.

Tegenover het monument is een klein museum dat in vijf gerenoveerde vissershuisjes herinnert aan die ramp én aan het harde leven van de vissersgezinnen. Men viste met netten en fuiken, maar ook met lijnen van meer dan een kilometer lengte met daaraan duizenden haken. Het was de taak van de vissersvrouwen om op het drooggevallen Wad zeepieren te steken. Deze werden aan die haken gedaan. Voor één boot waren er voor één keer vissen zesduizend (!) van die zeepieren nodig. Wat een beulswerk! Het opgraven van die pieren én het aan de haken doen van die pieren. En dat in een zich steeds herhalende regelmaat. Als er dan vis gevangen was, gingen de vissersvrouwen lopend met twee emmertjes aan een juk (tien kilometer) naar Dokkum om die vis uit te venten. Wat een onvoorstelbaar zwaar leven was dat. Als je zo'n verhaal tot je door laat dringen (nog los van alle verdronken zeelui) weet je weer waarom je in je hart socialist bent.

Links

Bronnen o.a.

 

Met dank aan Teake Oppewal

eXTReMe Tracker