Theo van Baaren
Profiel
Achternaam: van Baaren
Roepnaam: Theo
Voornamen: Theodorus Petrus
Geboren: 13-05-1912
Te: Utrecht
Overleden: 04-05-1989
Te: Groningen
Pseudoniem(en):Theo van Baaren gebruikte soms het pseudoniem Peter Bar. Hij ondertekende bijdragen in kranten en tijdschriften ook wel met Th. P. van Baaren.
Vallende bladeren
Labyrinth van bonte beweging,
betoverend voorspel
van dood en ontbinding
(Theo van Baaren. Hoe-korter-hoe-liever, blz. 20)
Voor tweedehands boeken | Ook van Theo van Baaren |
Raban Internet Antiquariaat |
Een Raban-aanbieding:
Theo van Baaren, Hommage à Kees Buddingh', uitg. Liverse,
1e druk, 2006, gebonden, illustraties Gertrude Pape, 65 blz.,
20,5x15 cm., voorwoord door Wim Huijser, bestelnummer RABU175,
8,00 (bestellen, klik
hier)
Werk
Poëzie
|
|
- Terugkeer (in eigen beheer, 1936)
- Toegang (in eigen beheer, 1937)
- Gedichten (1939)
- Bezweringen (in eigen beheer) (ca. 1940)
- Versteend zeewier (clandestiene uitgave, 270 ex.) (1943)
- Hoe-korter-hoe-liever (1976)
- Op het water geschreven (1978)
- De leegte tussen twee lampen (1979)
- In de lussen van de taal (1980)
- Een wereld van as (1981)
- De steen vergat te bloeden (bloemlezing) (1983)
- Dromen hardop (1984)
- Ephemeriden, eerste serie (1986)
- Trommels van marmer (1986)
- Ephemeriden, tweede serie (1987)
- Ephemeriden, derde serie (1988)
- Surda, een gedicht (bibliofiel, 77 ex.) (1988)
- Een tafel in de wind (1989)
- A sheaf of simple poems (Negen bundels.) (1989)
- Poëticaal: acht gedichten over het dichten (met anderen) (bibliofiel, 125 ex.) (1997)
- Laatste gedichten (bibliofiel, 101 ex.) (1999)
- Hommage à Klee (bibliofiel, 65 ex.) (2000)
- Quasi Cadavres Exquis (met C. Buddingh') (2005)
- Hommage à Kees Buddingh' (met Gertrude Pape) (2006)
- Verses by a female Robinson Crusoe / A sheaf of simple poems (met Gertude Pape) (bibliofiel, 40 ex.) (2016)
|
|
Proza
- De koning van Madagascar: avonturenroman (1947)
- Kerstverhalen (1964)
- In mensen een onbehagen: tegendraadse notities (aforismen) (bibliofiel, 100 ex.) (1984)
- Het missaal en nog een verhaal (bibliofiel, 115 ex.) (1987)
- Schampscheuten (aforismen) (bibliofiel, 99 ex.) (2023)
Toneel:
- Een nieuw kerstspel (1938)
- Rafflesia Arnoldi (toneel, in 'De schone zakdoek')
- Der Mörder (mini-opera, in 'De schone zakdoek')
- Beter ten halve gedwaald dan ten hele gekeerd (met anderen) (bibliofiel, 100 ex.) (2010)
Overige non-fictie/wetenschappelijk werk:
- Voorstellingen van openbaring phaenomenologisch beschouwd. Proeve van inleidend onderzoek, voornamelijk aan de hand der primitieve en oude godsdiensten (proefschrift, 1951)
- Geruststellingsriten: een bijdrage tot de critiek op de gangbare opvattingen over magie (inaugurele rede, 1952)
- Uit de wereld der religie (bewerking van zijn proefschrift) (1956)
- Veranderend wereldbeeld (met anderen) (1959)
- Doolhof der goden: inleiding tot de vergelijkende godsdienstwetenschap (1960)
- Van maansikkel tot rijzende zon: de grote godsdiensten van Azië (1960)
- Wij mensen: religie en wereldbeschouwing bij schriftloze volkeren (1960)
- Dans en religie: vormen van religieuze dans in heden en verleden (1962)
- Bezielende beelden: inleiding tot de beeldende kunst der primitieve volken (1962)
- Mensen tussen Nijl en zon: de godsdienst van het oude Egypte (1963)
- Mythe en realiteit: een cyclus voordrachten gehouden voor de Bilthovense kring voor wijsbegeerte en psychologie (met anderen) (1963)
- Verbum: essays on some aspects of the religious function of words, dedicated to Dr. H.W. Obbink, professor in the history of religions and egyptology, University of Utrecht, on November 14th. 1964 (met anderen) (1964)
- Scheppingsverhalen: de schepping der wereld volgens het geloof der volken (1964)
- Korwars and korwar style: art and ancestor worship in North-West New Guinea (1968)
- Iconography of Religions (vanaf 1970)
- Religion, culture and methodology: papers of the Groningen Working-group for the study of fundamental problems and methods of science of religion (met H.J.W. Drijvers) (1973)
- Science of Religion as a Systematic Discipline (1972)
- Religion, culture and methodology. Papers of the Groningen working-group for the study of fundamental problems and methods of science of religion (met H.J.W. Drijvers (1973)
- Stamreligies, hindoeïsme, boeddhisme (met D.J. Hoens) (1974)
- Het offer: inleiding tot een complex religieus verschijnsel (1975)
- Antwoord: gestalten van geloof in de wereld van nu (met anderen) (1975)
Vertalingen/bewerkingen:
- T.S.Eliot, Braakland: een gedicht (500 ex.) (1949)
- Aurelius Augustinus, Belijdenissen (1954)
- Theo van Baaren vertaalde 'Fluistering van onsterfelijkheid' van T.S. Eliot uit het Engels, opgenomen in de 'Spiegel Internationaal, Moderne poëzie uit 21 talen' (1988)
Vertaald:
- 'Van maansikkel tot rijzende zon' werd in het Frans (Les religions d'Asie de l'Islam au Bouddhisme Zen, 1962) en Spaans vertaald.
- 'Wij mensen' werd in het Duits (Menschen wie wir, 1964) en Zweeds vertaald.
- 'Dans en religie' werd in het Duits vertaald.
- Antworten: ein Vergleich der grossen Weltreligionen in Wort und Bild (Duitse vertaling van 'Antwoorden: gestalten van geloof in de wereld van nu' door Heinrich A. Mertens e.a.) (1977)
Theo van Baaren scheef een voorwoord voor
- Portret van een kollektie: Volkenkundig Museum Gerardus van der Leeuw, Rijksuniversiteit Groningen (1974)
- Het zonnelied van Achnaton (vertaald door A. de Buck) (bibliofiel, 175 ex.) (1977)
- Fokke Sierksma, Religie, sexualiteit & agressie: een cultuurpsychologische bijdrage tot de verklaring van de spanning tussen de sexen (1979)
Bloemlezingen
Tijdschriften
- Theo van Baaren debuteerde in 1936 in het tijdschrift 'Helikon'
- Samen met Gertrude Pape vormde hij van 1941 tot 1943 de redactie van het door hem opgerichte clandestiene surrealistische 'De schone zakdoek'. Het verscheen in een oplage van één exemplaar, o.a. omdat de Duitse censuur pas actief werd bij een oplage vanaf vijf exemplaren én omdat dit de mogelijkheid gaf tekeningen en collages op te nemen.
- Uit 'De Schone Zakdoek' verscheen in 1981 een bloemlezing, verzorgd door Van Baaren met C. Buddingh', Gertrude Pape en Laurens Vancrevel .
- Hij bedacht in 1986 een 'reïncarnatie' van 'De Schone Zakdoek': 'Clean Kerchief Inc.' of kortweg CKI. Deze 'huisuitgeverij' gaf het licht aan eenenzeventig afleveringen van doorgaans kleine geschriften, die via de kopieermachine werden verveelvoudigd (1986-1989).
- Theo van Baaren werkte mee aan 'Columbus' en 'Ad Interim'.
- Theo van Baaren publiceerde in 'Opwaartsche Wegen', 'De Werkplaats', 'Elckerlyc', 'Werk', 'De Gids', 'Literair Paspoort', 'Groot Nederland', 'Het Woord', 'Criterium', 'Hollands maandblad', 'Yang', 'De poeziekrant', 'Drukkersweekblad en Autolijn', 'Het gerucht', 'Het moment'.
- In 'Criterium' en 'Ad Interim' publiceerde hij 'Journaals' (korte essays, leesnotities en aforismen).
- De laatste jaren van zijn leven (1985-1988) publiceerde Theo van Baaren over Jeroen Bosch in 'Tydskrif vir Nederlands en Afrikaans',
- Over theologie publiceerde hij in 'NRC', 'Theocreet', 'Nederlands Theologisch Tijdschrift', 'Visible Religion'.
Over Theo van Baaren
- Marielle van der Ven, 'De eenzame weg van een surrealist' (scriptie).
- 'Gerucht' gaf in maart 1989 een Theo van Baaren-nummer uit.
- Hans Renders besteedt in 'Verijdelde dromen. Een surrealistisch avontuur tussen De Stijl en Cobra' (1989) uitgebreid aandacht aan Theo van Baaren.
- Piet Calis besteedt in 'Het ondergronds verwachten. Schrijvers en tijdschriften tussen 1941 en 1945' (1989) een hoofdstuk aan 'De Schone Zakdoek'.
- 'Bzzlletin' gaf in november 1990 een 'Theo van Baaren-nummer' uit.
- 1 herinnering aan Theo van Baaren in 'Buddingh' van A tot Z: ontmoetingen met Nederlandse en Vlaamse letterkundigen', verzameld door Ares Koopman (1990)
- Gerrit Jan Zwier besteedt in 'Dagboek van een provinciaal' aandacht aan Theo van Baaren (15 februari 1991)
- Durk Huite Hak, 'Stagnatie in de Nederlandse godsdienstwetenschap, 1920-1980: de bijdrage van Gerardus van der Leeuw, Fokke Sierksma en Theo P. van Baaren aan de godsdienstwetenschap' (proefschrift) (1994)
- Een bijdrage over Theo van Baaren in 'Kritisch Lexicon van de Nederlandstalige Literatuur na 1945' door J.M.J. Sicking (februari 1995).
- L.L. Leertouwer e.a., ' The collection Van Baaren: this collection includes objects of multi-continental origins from Africa, the Americas, South- and South-East Asia and Oceania' (1998)
- 1 hoofdstuk: 'Theo van Baaren: ethische vlooien en wijfjeshagedissen' in 'Weer wankelt de boekenkast' van Hans van Straten (2000)
- Een hoofdstuk 'Een unieke literaire legende: De Schone Zakdoek 1941-1944' in 'In Luiletterland: tussen schrijvers, uitgevers en andere curieuze letterheren m/v/x' van Wim Huijser (2018)
Diversen: (Zonder een schijn van volledigheid)
- Zijn 'Ballade van de bezemsteel' is op muziek gezet en vertolkt door 'De Mastreechter Staar'.
- G. van der Leeuw, 'Goden en mensen in Hellas' (2e druk, 1955, bewerkt door Theo van Baaren).
- In zijn roman 'Onder professoren' (1975) geeft W.F. Hermans een genadeloze beschrijving van de Groningse universiteit. Theo van Baaren komt in deze roman voor als collega Stavinga.
- In Vleuten is er een straat naar Van Baaren genoemd.
- 'Commemorative figures: papers presented to Dr. Th. P. van Baaren on the occasion of his seventieth birthday, May 13, 1982' (1982)
- De Stichting Literaire Activiteiten Utrecht presenteerde in maart 2008 de Utrechtse Literaire Canon. Theo van Baaren stond op plaats 71.
- Collages van Theo van Baaren in 'Ode aan 'De schone zakdoek': decalcomanische collage voor L.Th. Lehmann', door Laurens Vancrevel (bibliofiel, 100 ex.) (2010)
Biografische opmerkingen:
- Theo van Baaren was de tweede zoon in een Utrechts katholiek middenstandersgezin (zijn vader had een winkel in feestartikelen). Na hem werd er nog een zusje geboren. Zijn broer en zus emigreerden later naar Amerika. Ze hadden weinig contact met elkaar.
- Het gezin verhuisde van Utrecht naar het Westfaalse dorp Tecklenburg (ten zuidoosten van Osnabrück). Theo van Baaren volgde van 1925 tot 1929 middelbaar onderwijs
- In zijn jeugd werd hij vrijzinnig hervormd i.p.v. katholiek.
- Na 1929 ging hij (terug in Utrecht) naar de Jan van Nassau Kweekschool. In 1938 deed hij staatsexamen gymnasium-alfa en kon toen gaan studeren: Egyptologie en theologie aan de Rijksuniversiteit te Utrecht (hij was agnost en zag het geloof vooral als een antropologisch verschijnsel).
- In 1939 ontmoette Van Baaren op een tentoonstelling van de schilder Otto van Rees zijn latere vrouw Gertrude Pape. Ze deelden een nieuwsgierige houding m.b.t. Dada en Surrealisme. Ze trouwden in 1945. Ze woonden in Utrecht op Bemuurde Weerd 5.
- Hun bovenverdieping aan de Bemuurde Weerd was op maandagavond een ontmoetingsplaats van dichters/kunstenaars/theologen. Regelmatige bezoekers waren o.a. Emile van Moerkerken, L. Th. Lehmann, Chris van Geel, C. Buddingh'. Hier ontstond ook het (legendarische) tijdschrift 'De Schone Zakdoek'.
- Van 'De Schone Zakdoek' verschenen 36 nummers, het eerste nummer in april 1941. Sommige nummers waren themanummers (Surrealisme, Limmericks). Vanaf het voorjaar van 1942 verscheen er elke twee maanden een dubbelnummer. In het voorjaar van 1944 stopte de uitgave. Door de oorlogssituatie konden de vrienden en kennissen nauwelijks meer naar de Bemuurde Weerd komen. In totaal waren er 1200 bladzijden 'Schone Zakdoek' verschenen.
- Om de Arbeitseinsatz te ontlopen dook Theo van Baaren in 1942 onder bij Gertrude Pape.
- Theo van Baaren studeerde in 1945 af. Hij deed geen kerkelijk examen. Van Baaren werd assistent bij professor Ubbink in Utrecht. Bij hem promoveerde hij in 1951.
- In 1950 trok hij zich geheel uit de literaire wereld terug, om in 1976 'opnieuw te debuteren'.
- Van 1952 tot 1980 was hij hoogleraar in de geschiedenis,
de fenomenologie en de encyclopedie van de godsdienst en in de
Egyptische taal- en letterkunde in Groningen. Ze verhuisden ook
naar Groningen (Hereweg 86a).
- Voor de positie van hoogleraar werd ook aan Fokke Sierksma gedacht (misschien lag zijn benoeming wel meer voor de hand) maar men was huiverig voor zijn openlijk atheïsme. Later (midden jaren zeventig) werd Sierksma hoogleraar in Leiden.
- Door de onorthodoxe wijze waarop Van Baaren de godsdienstwetenschap opvatte, ontwikkelde hij zich tot een belangrijk cultureel antropoloog en kenner van de kunstuitingen van de 'schriftloze volken'. Deze laatste term introduceerde hij i.p.v. 'primitieve volken' (in navolging van A.A. Gerbrands)
- Theo van Baaren was oprichter van het IGB (Instituut voor Godsdiensthistorische Beelddocumentatie).
- Ook na 'De Schone Zakdoek' maakte Van Baaren nog collages, o.a. in 1953 tentoongesteld in Le Canard aan de Zeedijk in Amsterdam op de tentoonstelling 'Photocol' en nog in maart 1989 in Alkmaar. Van Baaren combineerde in zijn collages zeer verschillende beeldelementen en gaf daaraan een vindingrijke, geestige titel.
- Theo van Baaren wordt gerekend tot de 'Criterium-groep'.
- In Groningen was Van Baaren o.a. bevriend met Belcampo en W.F. Hermans.
- Het terugkerende thema in zijn dichterlijke werk is de tegenstelling tussen de zichtbare en de onzichtbare wereld en de droom die tussen deze twee werelden de verbinding vormt. Een ander terugkerend thema is de dood.
- Hij leed aan een astmatische aandoening, die zijn dagelijkse leven sterk beperkte.
- Theo van Baaren zette in Groningen het volkenkundig museum Gerardus van der Leeuw op. Van der Leeuw was zijn voorganger als hoogleraar.
- Hij maakte, na zijn emeritaat in 1980, een uitgebreide studie over Jeroen Bosch. Het boek waaraan hij werkte heeft hij niet kunnen voltooien.
- Gertrude Pape overleed in 1988.
- I.v.m. zijn steeds erger wordende kortademigheid liet Van Baaren nog in januari 1989 een traplift aanbrengen in het huis waar hij vanaf 1952 woonde.
- Theo van Baaren overleed in zijn slaap aan longemfyseem in het Academisch Ziekenhuis in Groningen.
- Theo van Baaren werd op 09-05-1989 gecremeerd in Rouwcentrum De Boskamp in Assen (niet in het crematorium in Groningen, daar werd op dat moment gestaakt).
- Van 10 november tot 1 december 1991 werden in het Groninger Museum collages en decalcomanieën van Theo en Gertrude van Baaren tentoongesteld.
Anderen over Theo van Baaren:
- Het Baarentje. Hem viel destijds in, dat hem niets inviel en zo kwam hij tot sublieme fumisterie. Hij werd een spin met een surrealistisch kruis, of een kruis met een surrealistische spin, en hij heet het Baarentje, een prekend vogeltje, dat in zijn rechterpootje een snoezig gouden kruisje, vermanend, opheft en plotseling opschrikt en wegvliegt, omdat er in de struiken een geit of een duivel mekkert, wat hij zelf ook al weer is. Zodat er het een met het al uit ons Baarentje niet veel meer is op te maken, dan: sublieme fumisterie. (Jac. van Hattum, Verzameld werk. Verhalen, Een fauna literaria, blz. 541/542)
- Idylles moeten worden opgegeven, hoe jammer dat ook is. Van Baaren is de oorlogsverslaggever van zijn eigen leven. In het rapport van het front wordt zakelijk aangeduid wie aan de verliezende hand is. (Karel Soudijn, NRC, 22-01-1982)
- In veel van zijn gedichten toont Van Baaren hoe verschillende werelden aan elkaar grenzen. Onder het oppervlak van het dagelijkse bestaan ligt een knekelveld van vroegere ervaringen. Het is niet moeilijk om in de eigen 'onderhuidse wereld' af te dalen. Maar wat we daar zien, is nauwelijks herkenbaar. Het onderhuidse is van onszelf, maar het is ook angstwekkend vreemd. De duistere, diepe wereld staat in de gedichten van Van Baaren steeds op losbarsten. (Karel Soudijn, NRC, 13-05-1983)
- Ja, het waren mooie dagen destijds in Utrecht, in de tijd van De Schone Zakdoek, stellig het meest curieuze literaire tijdschrift dat Nederland ooit heeft gehad: in één exemplaar, met de hand vervaardigd. Het was een gebeurtenis, als daar een nieuw nummer van uitkwam: we reisden ervoor naar Utrecht om het te lezen en soms kwamen Theo en Gertrude ook wel naar Dordt, 'met het nieuwe nummer'. (C. Buddingh', Buddingh' van A tot Z, blz. 17)
- Theo van Baaren zag godsdienst als een product van de menselijke geest in de ruimste zin, van bewustzijn en onderbewustzijn tezamen, dat poogt zin en orde aan te brengen in de zichtbare en onzichtbare werkelijkheid en zich speciaal richt op dat 'randschap', waar goden en mensen aan elkaar raken. Het feit dat alle mensen van alle tijden en alle culturen een of andere vorm van godsdienst kennen, omdat in principe de menselijke geest overal op gelijke wijze functioneert, maakt hen tot Wij mensen, de titel van zijn belangrijkste boek. (Han J.W. Drijvers, Bzzlletin 180, november 1990, blz. 8)
- De manier waarop zij elkaar leerden kennen is het vermelden waard: het was een waarlijk literaire kennismaking. Beiden bezochten vaak antiquariaten. Gertrude vond en kocht bij een bepaald antiquariaat met enige regelmaat interessante boeken met op het voorblad de naam van de voormalige eigenaar: Theo van Baaren. Tijdens een receptie in Utrecht werd Gertrude aan een jongeman voorgesteld die Van Baaren heette. Zij vroeg hem: 'Bent u die meneer wiens naam ik in zoveel boeken uit Antiquariaat X tegenkom en die thans in mijn bezit zijn?' Theo moest dit wel beamen en nodigde haar vervolgens uit zijn nog niet bij het antiquariaat belande boekenschat bij hem thuis te komen inspecteren. (Dick Leutscher, Bzzlletin 180, november 1990, blz. 8)
- Van Baaren was een typische 'armchair anthropologist' - van de door hem met zoveel akribie en liefde beschreven schriftloze volken heeft hij er nooit ook maar één bezocht. Hij was zich de risico's daarvan wel bewust en het maakte hem in zijn interpretaties voorzichtig. (Lammert Leertouwer, Bzzlletin 180, november 1990, blz. 58/59)
- Even dacht ik dat Theo van Baaren uit de dood was opgestaan: langs de muur in de Oude Boteringestraat schuifelde net zo'n scheve spookgestalte met een lange zwarte jas aan als ik mij Van Baaren herinner. Toen ik dichterbij kwam, zag ik wel dat het grauwe drankgezicht van de zwerver, die zich in het winterse Groningen thuis voelde als een kat op een heet zinken dak, geen replica van het gelaat van de in 1989 overleden dichter en godsdienstwetenschapper was. Toch zou deze plotse verrijzenis gepast hebben in het straatje van Van Baaren, die verzot was op griezelfilms en occulte zaken. (Gerrit Jan Zwier, Dagboek van een provinciaal, blz. 29/30, 15-02-1991)
- Toen hij op 4 mei 1989 overleed, was hij voor de pers in de eerste plaats een dichter. Het was hem gelukt zijn literaire werk, dat na 1944 ongeveer dertig jaren was ondergedoken, te hernemen en zelfs een vorm van volledigheid te geven. Maar erkend moet worden dat zijn verlate oeuvre kennelijk niet paste in de tijd, ook al was het beslist niet 'ouderwets' te noemen. Van Baarens werk behoorde blijkbaar niet tot de hoofdstroom van de poëzie; het werd min of meer beschouwd als een curieuze, verdwaalde meteoriet uit een ander heelal. Zo bleef hij een wereldvreemde in de literatuur, uiteindelijk zelfs nog meer dan in de jaren van zijn 'eerste' debuut. Zijn werk zal zich daardoor steeds blijven lenen tot herontdekking en postume erkenning. Door zijn onthullende ongekunsteldheid en lichtheid van toon staat het zo los van alle literaire conventies van zijn eigen en latere dichtersgeneraties dat het de tijd vermoedelijk zal trotseren. (Laurens van Krevelen, Levensbericht, zie 'Links')
Mijn favoriete citaat
De grachten kruipen door de dode stad
als evenvele volgevreten slangen
en de barok verzakte huizen hangen
moe op elkaar, de kelders altijd nat
(Theo van Baaren, Utrecht (fragm.), in: Versteend zeewier)
Hij sneed een appel middendoor
om op de klok te kunnen kijken,
maar hij vond het klokhuis leeg:
de magere maden van de tijd
hadden de uren opgevreten.
(Theo van Baaren, Een wereld van as)
Bronnen o.a.
- C. Buddingh', Encyclopedie voor de wereldliteratuur (1954)
- Hoe-korter-hoe-liever (1976)
- Lexicon van de moderne Nederlandse literatuur (1978)
- Spectrum Nederlandstalige auteurs (1985)
- De Nederlandse en Vlaamse auteurs van middeleeuwen tot heden (1985)
- Bzzlletin 180 (november 1990)
- Kritisch Lexicon van de Nederlandstalige Literatuur na 1945 (februari 1995)
- Oosthoek Lexicon Nederlandse & Vlaamse literatuur (1996)
- Waar ligt Poot? (1997)
- Schrijvers. 2000 auteurs van de 20e eeuw van A tot Z (2002)
- Quasi Cadavres Exquis (2005)
- Website van de Koninklijke Bibliotheek (januari 2024)