
C.C.S. Crone
Profiel
Achternaam: Crone
Roepnaam: Kees
Voornamen: Cornelius Carolus Stephan
Geboren: 26-12-1914
Te: Utrecht
Overleden: 09-11-1951
Te: Arnhem
Pseudoniem(en): C.C.S. Crone gebruike de pseudoniemen K.C. en Stephan van Oudtwijck.
C.C.S., waar jij nu wandelt
zijn de bomen altijd groen,
daar wordt kunst noch zij verhandeld
en geen hek is om't plantsoen.
(Jan Engelman, bidprentje C.C.S. Crone)
Voor tweedehands boeken | Ook van C.C.S. Crone |
Raban Internet Antiquariaat | Klik hier ! |
Werk
Proza
- Stephan en Lizette (in eigen beheer) (1933)
- Gymnasium en liefde (1936)
- Het feestelijke leven (1939)
- Muziek over het water (1940)
- Drie in de pan (1943)
- De schuiftrompet (verzameld proza) (1947)
- Crones Utrecht (door Frans Crone, Tommie Hendriks, Arjaan van Nimwegen) (1979)
- Terug in Utrecht (bibliofiel, 150 ex.) (1979)
- Latijnsche les (bibliofiel, 150 ex.) (1980)
- De ware geschiedenis van Herman Schuddelever of hoe men als provinciaal wakker wordt (bibliofiel) (1980)
- Stephan en Lizette (facsimile-uitgave) (1981)
- Fragment (bibliofiel, enkele ex.) (1985)
- Het feestelijke leven/Muziek over het water (2005)

Brieven
- Onze fatale geboortestad. Utrecht (Brief van Crone met het antwoord van Ritter) (bibliofiel, 150 ex.) (1985)
- Mijn geheime verstandhouding met u: Briefwisseling C.C.S. Crone-Dr. P.H. Ritter Jr., in 'Hollands Maandblad' mei 1995.
Vertalingen/bewerkingen
- Horst Alm, Herrie om Rosita (z.j., ca. 1942)
- Horst Alm, Wie is J.H. Oldenbroek? Een Amsterdamse speurdersroman (1943)

Vertaald:
- Werk van Crone werd in het Duits vertaald.
- Gimnasi e amôr (vertaling van 'Gymnasium en liefde' door Gorg Faggin) (1993)

Bloemlezingen
Tijdschriften
- C.C.S. Crone schreef gedichten voor de schoolkrant van 'Otriëns' van Lilbosch, ook toen hij hier al weer weg was.
- C.C.S. Crone was redacteur van de schoolkrant 'Stemmen' van het Bonifatius-lyceum.
- C.C.S. Crone werkte vanaf 1937 mee aan 'De Nieuwe Eeuw'.
- C.C.S. Crone publiceerde in 'Opwaartsche wegen', 'Roeping', 'Criterium', 'De Libel', 'Geïllustreerd Stuiversblad', 'Thijm-almanak', 'Ad Interim', 'De Tijd' en 'Vrijdag'.
- C.C.S. Crone schreef veel boek- en filmbesprekingen.
- C.C.S. Crone verzorgde voor de AKU het personeelsblad 'Spindop' en het (externe) blad 'Rayon Revue'.
- C.C.S. Crone was redacteur van 'De Korenbeurs'.
- In 1949 verscheen 'De ware geschiedenis van Herman Schuddelever' in 'De korenbeurs', het tijdschrift van de Werkgemeenschap Arnhemse Kunstenaars.
Over C.C.S. Crone
- S. Vestdijk, 1 hoofdstuk over C.C.S. Crone: 'Navrante rarekiek' in 'Muiterij tegen het etmaal. Deel 1. Proza' (1941)
- 1 hoofdstuk: 'Gecommentarieerde humor' over 'Gymnasium en liefde' in 'Onderzoek en vertoog 2' van Victor E. van Vriesland (1958)
- 1 bladzijde over C.C.S. Crone in 'Lezersmemorie. Vierentachtig auteurs met hun boeken bij Querido - gekiekt, belicht en in lijstjes gezet' (1977)
- Eddy Mielen, 'C.C.S. Crone. Kroniek van een Utrechtse schrijver (Engelbewaarder, 1978)
- 1 anekdote over C.C.S. Crone in 'Het literair anekdoten boek', samengesteld door John Müller (1988)
- Een bijdrage over C.C.S. Crone in 'Kritisch Lexicon van de Nederlandstalige Literatuur na 1945' door Rudi van der Paardt (augustus 1990).
- 1 hoofdstuk: 'C.C.S. Crone. De schuiftrompet' door J.M.J. Sicking in 'Lexicon van Literaire Werken' (1991)
- Frans Crone, 'Het Utrecht van C.C.S. Crone - Vijf wandelingen' (2001)
- Kees Crone, 1 hoofdstuk: 'C.C.S. Crone (1914-1951). Dood overrompelde literator Crone in Arnhem' in 'Arnhemse schrijvers' (themanummer 'Arnhems Historisch tijdschrift') (2010/4)
- Marijke van Dorst, 'C.C.S. Crone, een schrijver van weinig woorden' in 'Boekenpost 133' (september/oktober 2014)
Diversen: (Zonder een schijn van volledigheid)
- 'Het feestelijke leven' werd in 1986 door C.J. Aarts en N. van der Meulen in hun boek 'Het literair eeuwboek. Honderd jaar het boek van het jaar' uitgeroepen tot het beste boek van 1939.
- Op de Begijnenkade/hoek van Asch van Wijckskade in Utrecht staat de tekst 'Het werd een kille avond' van C.C.S. Crone op een muur (van het vroegere Gemeentelijk Lyceum). Ook in de Nicolaasdwarsstraat (nr. 5, zijgevel) staat een tekst (Het Klaasje had veel noten op zijn zang...) van Crone op een muur. Op een muur van Nieuwegracht 185 staat een tekst van Crone over de kastanjebomen. Op Lichte Gaard 8 staat een tekst van ehm over 'naar de sterren kijken'.
- De Stichting Literaire Activiteiten Utrecht presenteerde in maart 2008 de Utrechtse Literaire Canon. Hiëronymus van Alphen stond op plaats 7.
- In het Stadhuid van Utrecht was begin 2014 een tentoonstelling over C.C.S. Crone.
Werk van C.C.S. Crone geciteerd in een overlijdensbericht
NRC Handelsblad, 31-01-1992
Opmerkingen
- C.C.S. Crone werd geboren in Utrecht, op Oudkerkhof 26. Zijn moeder - Theodore Engelman (zus van de dichter Jan Engelman) - had hier een lingeriewinkel.
- Zijn vader was als veertienjarige uit Duitsland naar Nederland gekomen. Hij werkte zich op tot chef bij 'Dijkhof Herenmode'.
- Hij was het zesde kind in het katholieke gezin. Hij had vier zussen en vijf broers.
- C.C.S. Crone ging naar de lagere school van de fraters aan de Kromme Nieuwegracht.
- Crone ging naar het gymnasium van de Cisterciënzer Abdij Lilbosch bij Pey-Echt in Limburg, na een jaar (er was geen 'roeping') ging hij naar het Bonifatius-lyceum in Utrecht. Hij was er redacteur van de schoolkrant, maar maakte ook deze opleiding niet af.
- C.C.S. Crone legde zich op het schrijven toe onder begeleiding (slechts weinig en na lang aandringen, dat wel) van zijn oom, Jan Engelman.
- Zijn stijl wordt omschreven als: zakelijk-droog, navrant en zeer persoonlijk.
- Het werk van C.C.S. Crone speelt grotendeels in Utrecht.
- Hij schreef het voornamelijk op de zolderkamer van zijn ouderlijk huis - Van der Duijnstraat 2. In Utrecht woonde hij ook op Begijnekade 2 en Nicolaas Beetsstraat 4bis.
- C.C.S. Crone werkte vanaf eind 1940 bij uitgeverij Bruna. Tijdens de Tweede Wereldoorlog vertaalde hij Duitse boeken voor Bruna (De Duitsers oefenden druk uit op uitgevers om boeken uit het Duits te vertalen). In 1944 ging hij voor uitgeverij Strengholt werken.
- Hij woonde korte tijd in Amsterdam aan de Weesperzijde.
- Hij trouwde op 27 april 1943 met Jopie Markenhof. Ze kregen twee dochters en twee zonen. Na zijn trouwen schreef hij nauwelijks meer.
- Vanaf 1946 tevens verzorgde hij film- en boekrecensies voor de AVRO-radio.
- C.C.S. Crone werkte daarna (vanaf 1947) in Arnhem als voorlichtingsfunctionaris bij de AKU. Hij ontwierp o.a. reclames voor Enka-sponzen. De beroemde slogan `Haal de ENKA-spons er over!' werd door hem bedacht. Ook schreef hij het scenario voor de AKU-bedrijfsfilm 'Viscose, een product van speurzin en energie' uit 1949
- Hij woonde aan de Hulkesteinseweg 25 in Arnhem.
- C.C.S. Crone was lid van de Werkgemeenschap Arnhemse Kunstenaars (WAK).
- In 1949 werd hij lid van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde.
- C.C.S. Crone overleed aan een acute kinderverlamming (polio) in het Sint-Elizabethziekenhuis in Arnhem. Op vier november voelde hij zich grieperig, op negen november overleed hij. Hij werd op 13-11-1951 begraven op de begraafplaats Moscowa (Waterbergseweg) in Arnhem (graf RK-II-760).
- Jan Engelman schreef het vers voor het bidprentje van C.C.S. Crone.
- In zin nalatenschap vond men een kasregister met 1553 ingeplakte aantekeningen voor een nieuw boek waarvan de titel 'Dansen met de bruid' of 'Dansend met de bruid' moest worden. Het eerste hoofdstuk had Crone af.
- Zijn zoon Frans Crone - geboren een jaar voordat C.C.S. Crone overleed, schreef 'Het Utrecht van C.C.S. Crone - Vijf wandelingen' (2001).
- In de tuin van de Bruntenhof in Utrecht staat een bronzen beeldje van C.C.S. Crone (een man uit wiens jasje een bronzen schuiftrompet komt piepen), gemaakt door Hans Bayens. Het werd onthuld op 1 juli 1979. Het geld was verzameld via een inzamelingsactie van het Utrechts Monumentenfonds, gestart op 17 juni 1978. Op de sokkel van het beeldje staat: 'Hoe verder hij ging des te langer was zijn terugweg'. Een zin uit zijn verhaal 'Het feestelijk leven'.
- In de bestrating voor zijn geboortehuis (Oudkerkhof 26) werd op 5 oktober 2001 een gedenksteen onthuld.
- Sinds 2002 kent de gemeente Utrecht de C.C.S. Crone-prijs. De eerste prijs ging naar Manon Uphoff.
- Zijn echtgenote overleed in 1992.
Anderen over C.C.S. Crone
- Crone had in zijn ogen, eigenlijk in zijn hele wezen iets, dat aan een droomstaat denken deed. De mensen zag hij aan, alsof hij zich iets herinneren moest. (Barend de Goede, Maatstaf, Utrecht-nummer, 4e jrg, nr. 7/8, 1956)
- Crone schrijft een uiterst kortademig, jachterig soort proza, met veel enkelvoudige zinnen. Hij gunt je nauwelijks de tijd om thuis te raken in een situatie, en een observatie over te nemen, want intussen zit hij alweer een straatje verder. (Wam de Moor, De Tijd, 28-10-1972)
- Bernlef schrijft dat 'wie niet van Carmiggelt, Elsschot, Nescio of Mary Dorna houdt er maar niet aan moet beginnen'. Een goed bedoelde, maar ten onrechte negatief uitgevallen stelling. Wie wel van auteurs als Carmiggelt, Elsschot en Nescio houdt en dat zijn er honderdduizenden, zal de sublieme detail-kunst van C.C.S. Crone zeker kunnen genieten. (Alfred Kossmann (1972), geciteerd in 'Het literair eeuwboek. Honderd jaar het boek van het jaar')
- Croens produktie is grotendeels ontstaan tussen 1936 en 1940. Na zijn huwelijk verdween de compensatiebehoefte die hem tot schrijven dreef en als p.r.-man bij AKU hd hij het bovendien te druk. Zijn oeuvre is piepklein - 151 pagina's in druk. (Paul Marijnis, NRC, 08-09-1978)
- Hij verzamelde zijn invallen, zinnen, woorden, dubbele punten en punt komma's op smalle reepjes papier die hij alfabetisch rangschikte en vervolgens samenstelde tot hechte collages. Een paar bladzijden proza kostten hem soms weken van rangschikken en opplakken tot het gewenste resultaat bereikt was. Op een zomermiddag, met een bries die wat verfrissing bracht, trad ik, zonder te kloppen, zijn kamer binnen. Zijn raam stond open en een hevige tochtstoot waaide zijn strookjes proza als confetti door de kamer. Hoe vriendelijk hij doorgaans ook was, nu brulde hij woedend: 'Doe die deur dicht godverdomme. Je hebt in één seconde een week werk naar de bliksem geholpen!' (Ab Visser in: Jeroen Brouwers, Zachtjes knetteren de letteren, blz. 199)
- Met de beperkte omvang van het werk en de grote aandacht die Crone besteedde aan stilistische perfectie valt het niet te verwonderen dat zijn thematiek vrij beperkt is. Crone's novellen en schetsen hebben één duidelijk onderwerp: het trieste leven van kleinburgers (kantoorbedienden, ambtenaartjes, leraren) in de crisistijd, die met ontslag worden bedreigd en voortdurend met de dood worden geconfronteerd. (Rudi van der Paardt, Kritisch literatuur lexicon, augustus 1990)
- Tien verhalen en drie novellen schreef de meest Utrechtse
van alle Utrechtse schrijvers, samen goed voor 150 pagina`s.
Kleiner kan een oeuvre haast niet zijn. Maar het uiterst precieze,
geconcentreerde, persoonlijke en strak gecomponeerde proza waaruit
dit kleine oeuvre bestaat, bezorgde de naamgever
van de literaire prijs van de Gemeente Utrecht een blijvende plaats in de Nederlandse letteren. (Omschrijving Crone in Utrechts Literaire Canon)
Uit mijn weblog van 9 augustus 2007
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
Het graf van Crone ligt op het katholieke gedeelte (wandelen tot je ergens veel graven met een kruis ziet). Blijkbaar is het graf enige tijd geleden nog bezocht door een bewonderaar, want er ligt een - sterk verdroogd - bosje rozen op de steen.
Uit mijn weblog van 28 februari 2008
Op internet vond ik de mededeling dat er vanaf het Centraal Station van Utrecht een tekst van C.C.S. Crone op een muur te zien is. Het was even zoeken, want de tekst gaat tegenwoordig half schuil achter een geluidsscherm. Het is wel een toepasselijke tekst, zo bij het uitrijden van het station. Om hem goed te kunnen zien, moet je het station uit via de uitgang Sijpesteijn/Leidseveer, dan loop je er zo tegenaan. Het is de zijgevel van het pand op Van Sijpesteynkade 35. Op een muurtje voor het pand zit de tekst nogmaals, nu op een koperen plaquette. Als extraatje staan de tekst en de naam van Crone er ook nog eens in braille op. De hoofdletter H op de plaquette lijkt me een vergissing. De zin komt uit zijn verhaal 'Het feestelijk leven'.
![]() |
![]() |
Oudkerkhof 26 is het geboortehuis van C.C.S. Crone. Zijn moeder - Theodore Engelman (zus van de dichter Jan Engelman) - had hier een lingeriewinkel. Crone geldt als een op en top Utrechtse schrijver, maar gezien de tekst op de tegel die in de stoep voor het huis is aangebracht was zijn liefde voor de stad niet onvoorwaardelijk:
"Utrecht
stad van zachte idioten
ik werd er zelf geboren"
CCS Crone
schrijver
1914-1951
![]() |
![]() |
Mijn favoriete citaat
Door de Maliebaan liep een man onder zijn bolhoedje en verbeeldde zich,
dat de storm en de regen het alleen op hem gemunt hadden.
Na een heftige windvlaag hield hij een ogenblik stil,
maar daar hij niet wist, wat hij bedenken wilde, ging hij verder.
(C.C.S. Crone, Dopman krijgt weer minder (fragment), uit: 'De Schuiftrompet)
Bronnen o.a.
- Lezersmemorie (1977)
- Lexicon van de moderne Nederlandse literatuur (1978)
- De Tijd (14-07-1978)
- Querido's letterkundige reisgids (1983)
- Spectrum Nederlandstalige auteurs (1985)
- Hun laatste rustplaats (1985)
- Winkler Prins lexicon van de NederlandselLetterkunde (1986)
- Kritisch Lexicon van de Nederlandstalige Literatuur na 1945 (augustus 1990)
- Oosthoek lexicon Nederlandse & Vlaamse literatuur (1996)
- Hans Heesen e.a., Waar ligt Poot? (1997)
- Behoudens deze steen. Een gids langs schrijversgraven in Nederland en Vlaanderen (2004)
- Website van de Koninklijke Bibliotheek (september 2019)