Marie Koenen
Profiel
Achternaam:Koenen
Roepnaam: Marie
Voornamen: Marie Huberdine Jacoba Isabella
Geboren: 19-01-1879
Te: 's-Hertogenbosch
Overleden: 11-07-1959
Te: Houthem
Pseudoniem(en): Marie Koenen gebruikte het pseudoniem Anne van Zuyden.
Voor tweedehands boeken | Ook van Marie Koenen |
Raban Internet Antiquariaat | Klik hier ! |
Werk
Poëzie
- De wegen (1916)
- Jong leven (met Felix Rutten) (1920)
- Verzen (bibliofiel, 25 ex.) (1923)
- Godsvertrouwen (1930)
- De levensweg (1959)
Proza
- De Witte Burcht: zeven verhalen (1912)
- Het hofke (1913)
- Van wenschen en wonderen: sprookjes en legenden (1913)
- Sproken en legenden (1916)
- De toren van Neekum (1916)
- De wegen (1916)
- De moeder (1917)
- De wilde jager (1918)
- De andere (1919)
- De redder (1919)
- Parcival (1920)
- Het koninkje (3 delen) (1921-1924)
- Limburgsche verhalen (1922)
- Bretonsche legenden (1927)
- Het wonderenboek: zeven verhalen) (1928)
- Wat was en werd: verhalen uit Limburgs legende en historie (2 delen) (500 ex.) (1928)
- Stormenland (1929)
- De herdersknaap van Bethlehem (1929)
- Xerion, de steen der wijzen (1931)
- Ratnamma: een ware gebeurtenis uit de Britsch-Indische missie der Zusters van het Gezelschap van J.M.J. (1933)
- Het nieuwe begin (1934)
- Twaalf vertellingen (1936)
- Egmond-verhalen (1937)
- Breiz-Izel (1941)
- De korrel in de voor (1941)
- Wassend graan (1947)
- Agab's Hooglied (1947)
- Trouw zal blijken (1951)
- In dit teken (1954)
- De stralende kroon (1954)
- Bloesem van Bourgondië (1955)
- Uit Limburgs legende en historie (1957)
- Kerstboek (1958)
- De levensweg (1959)
- Maria de Rijke (1959)
- Verzamelde werken (14 delen) (1948-1953)
- De werken van Marie Koenen
- 1: De korrel in de voor, Wassend graan (1948)
- 2: De moeder, De andere (1949)
- 3: Limburgsche novellen (De toren van Neekum, Sint-Marcoensberg, Het Hofke, Het nieuwe begin) (1950)
- 4: Limburgsche verhalen (1950)
- 5: Het koninkje (1950)
- 6: Stormenland, en historische verhalen (1951)
- 7: De wilde jager en historische verhalen (1952) - Verhalen (1964)
- Marie Koenen vertelt aan de kinderen (1933)
Toneel
- In hoc signo vinces: kruishulde in rhythmische koren (1925)
- Quid vidisti in via? (1928)
- Parcival (1930)
- De sterrenzoon: spel in zes tafereelen met reien (voor jongere spelers) (1934)
- Davids overwinning: openluchtspel met gesproken koren (1934)
- Vier rhythmische koren (1934)
- Sint Geertes Minne (1939)
- Rorate Caeli (1940)
Overig non-fictie
- Melania de Jongere (1922)
- St. Bonifacius: een herder van volken (1928)
- Het leven van Jeanne d'Arc (1929)
- Quem mittam?: uit het levensverhaal van Petrus Canisius Noviomagus (1932)
- Het Godsoordeel (1932)
- Vrouwe Armoede (1933)
- Birgitta van Zweden (1939)
- Leg aan de wapenrusting Gods: het leven van Sint Lambertus, bisschop van Maastricht 636-709 (1947)
- Sint Radboud (1948)
- Sint Franciscus van Sales als schrijver (1956)
Vertalingen/Bewerkingen
- Hendrik van Veldeke's Sint Servatius legende (1912)
- Gustave Flaubert, Drie vertellingen (1913)
- Eugène Demolder, Vertrelsels van Yperdamme (1918)
- Enrica von Handel-Mazetti, God met ons (1935)
- Henri-Dominique Noble, De bekeering van Ernest Psichari: kleinzoon van Renan (1935)
- Joseph Conrardy, Astrid: koningin der Belgen (1936)
- George Sand, De kleine Fadette (1948)
- M.M. Philipon, God in ons: levensloop en levensleer van Soeur Elisabeth de la Trinité, Carmelites te Dijon (1880-1906) (ca. 1950)
- Der wilde Jäger (Duitse vertaling door Hans Almeroth) (1929)
- Die Andere (Duitse vertaling door Hans Almeroth) (1931)
- Parzival (Duitse vertaling door Hans Almeroth) (1931)
- La sunkrono: (el: sproken en legenden - fabeloj kaj legendoj) (vertaling in het esperanto van 'De zonnekroon' door P.Ch.M. van de Vijver) (1937)
- Die Mutter (Duitse vertaling door Th. Metzler-Steyl) (z.j.)
Marie Koenen schreef een voorwoord voor
- Legende van Sint Servaas (1948)
- Kent u Geulle? (1949)
Bloemlezingen
Tijdschriften
- Ze debuteerd met het verhaal 'Tot inkeer gekomen' in drie afleveringen in de 'Katholieke Illustratie' (jaargang 1900-1901). Ze gebruikte hiervoor het pseudoniem Anne van Zuyden.
- Marie Koenen was (een gewaardeerd) medewerker van 'Van Onzen Tijd'.
- Marie Koenen publiceerde in 'Roomsche Jeugd', 'De Beiaard', 'Jong Leven', 'De Gids', 'Roeping', 'One Eeuw', 'De Gemeenschap', 'Dietsche Warande en Belfort'.
Over Marie Koenen
- Jul. Persyn, 'Albertine Steenhoff-Smulders en Marie Koenen' (1931)
- 'Roeping' gaf in 1949 een themanummer over Marie Koenen uit: 'Marie Koenen: 1879 - 19 januari - 1949' met bijdragen van o.a. André Demedts, Anton van Duinkerken, Jef Notemans en Mathias Kemp.
- Jef Notermans, 'Marie Koenen' in 'Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde (1960-1961)
- Adri Gorissen, 'De abdis en de zwerver: Marie Koenen en Felix Rutten en hun huwelijksjaren in Geulle' (2005)
Diversen
- Marie Koenen schreef in 1898 een cantate t.g.v. de kroningsfeesten voor Koningin Wilhelmina, die op het Vrijthof door de verzamelde schoolkinderen van Maastricht werd gezongen.
- ''t Kinderleven: twaalf kinderliedjes', met begeleiding van piano, muziek van G.F. de Pauw, woorden van Marie Koenen (z.j.)
- 'Zingen: drie tweestemmige liederen voor de jeugd', muziek Jos de Klerk, tekst Marie Koenen (1955)
- 'Het Hofke' verscheen in 1977 als Grote letterboek.
Literaire prijzen
- Brand-van Gent-prijs 1948 voor 'Wassend graan'
- Eredoctoraat in de letteren en wijsbegeerte aan de Katholieke Universiteit van Nijmegen (1949)
Opmerkingen
- Marie Koenens vader was de taalkundige M.J. Koenen (van het woordenboek).
- Het gezin ging toen Marie nog geen twee jaar oud was in Maastricht wonen, waar haar vader leraar werd aan de Rijksnormaalschool.
- Marie Koenen ging naar de Rijksleerschool en daarna naar de Rijksnormaalschool (waar ze ook bij haar vader in de klas zat). Ze haalde daarna ook nog de lagere akte Frans. Ze heeft nooit voor de klas gestaan.
- Marie Koenen trouwde op 22-02-1919 met de schrijver Felix Rutten. Ze gingen in Geulle wonen. In 1929 werd het huwelijk ontbonden.
- Na de scheiding woonde ze op diverse plekken in Nederland en reisde door Frankrijk, Zwitserland, Italië en België.
- In 1939 ging ze op de Heilig Land Stichting in Nijmegen wonen.
- Marie Koenen woonde voor de Tweede Wereldoorlog enkele jaren in een pension op Vijvervreugd in de Beekstraat in Epe.
- In haar werk komen het landschap van en het leven in Zuid-Limburg vaak terug.
- Haar werk getuigt van haar katholieke levensovertuiging.
- In 1950 ging ze in een kloosterpension in Houthem-St. Gerlach (bij Valkenburg) wonen.
- Ze kreeg een hartaanval en overleed in het ziekenhuis Sint Annadal in Maastricht.
- Zij werd begraven in het familiegraf op de Begraafplaats aan de Tongerseweg 292 in Maastricht (vak H 747).
stempel en handschrift van Marie Koenen
(op envelop aan redactiesecretaris 'De Gemeenschap')
Anderen over Marie Koenen
- Vrij kort voor haar heengaan kwamen tachtig gedichten van de pers, die een panorama bedoelden te zijn van De Levensweg door Marie Koenen in tachtig jaar op dit ondermaanse afgelegd. Het slotvers is een belijdenis en geloof in 't hiernamaals. 't Is gedicht naar een oud Bretons volkslied (ar Baradoz) en legt getuigenis af van het rotsvast vertrouwen, dat zij zelf stelt in Jezus'goedheid als Hart van 't Paradijs. (Jef Notermans, Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde 1961, blz. 11)
- Naast fijnzinnige novellen en (historische) romans, waarvan De moeder (1917) wel de bekendste is, zijn vooral van belang haar verdichtingen van sagen en legenden, bijv. Sproken en legenden (1916) en Bretonsche legenden (1927). Minder belangrijk zijn haar religieuze verzen (De levensweg, 1959) en toneelstukken. (G.J. van Brk en P.J. Verkruijsse, De Nederlandse en Vlaamse auteurs)
(De Tijd, 20-01-1953)
Mijn favoriete citaat
Teleurgesteld, aldoor neerslachtiger keek ze den kant uit van de twee vensters,
in diepe kozijnen onder de lage balkenzoldering.
Regen. Regen. 't Water spoelde langs de ruiten.
Loodgrijs hing de dag over de zwartglimmende leiendaken
van stal en schuren aan den overkant.
Geen glimp van licht ergens meer, buiten of binnen.
(Marie Koenen, De korrel in de voor, blz. 57)
Links
Bronnen o.a.
- Lexicon van de moderne Nederlandse literatuur (1978)
- Spectrum Nederlandstalige auteurs (1985)
- Hun laatste rustplaats (1985)
- A. Gorissen, Limburgs Literatuur Lexicon (2007)
- Website van de Koninklijke Bibliotheek (september 2023)