Nescio
Profiel
Naam: Nescio
Geboren: 22-06-1882
Te: Amsterdam
Overleden: 25-07-1961
Te: Hilversum
Pseudoniem(en): Nescio was het pseudoniem van Jan Hendrik Frederik Grönloh. Nescio is Latijn voor 'ik weet (het) niet'. 'De uitvreter' werd in 'De Gids' gepubliceerd onder het pseudoniem 'Koekebakker'. Verder schreef hij 'Dagboek van een lid van een schoolbestuur' (nooit uitgegeven) onder het pseudoniem 'Innocens'. Hij gebruikte het pseudoniem Philosophos voor een ingezonden brief aan het Algemeen Handelsblad (november 1905, niet geplaatst).
Bij het uitkomen van zijn eerste boeken schreven recensenten over Nescio als: De schrijver die zelfs zijn eigen naam niet weet.
Over het gebruik van zijn pseudoniem zei hij ooit tegen Carmiggelt: '...want ik heb mijn leven lang op een kantoor gezeten en als ze in zulke kringen merken, dat je zulke neigingen hebt, denken ze alleen maar, dat je niet deugt voor je werk.' (Wim Hazeu, Het literair pseudoniemenboek, blz. 11)
Voor tweedehands boeken | Ook van Nescio |
Raban Internet Antiquariaat | Klik hier ! |
Werk
Poëzie
- Weet u... (bibliofiel, 25 ex.) (1990)
Proza
- De uitvreter (De Gids, 1911)
- Titaantjes (Groot Nederland, 1915)
- Dichtertje (1918)
- Dichtertje/De uitvreter/Titaantjes (1918)
- Mene tekel (1946)
- De uitvreter/Titaantjes/Dichtertje (1947)
- De uitvreter/Titaantjes/Dichtertje/Mene tekel (1956)
- Boven het dal en andere verhalen (1961)
- Heimwee en andere fragmenten (Tiradenummer 62, 1962)
- Insula Dei (Serie 'Kort en Goed', voorwoord van Kees Fens) (1969)
- De X geboden (1971)
- Het dal der plichten (1983)
- Fullesies (bibliofiel, 50 ex.) (1987)
- Titaantjes: vroege versie (verzorgd door Lieneke Frerichs) (1987)
- Op een zomermorgen om half vijf, toen de zon prachtig opkwam, is hij van de waalbrug gestapt (bibliofiel, 40 ex.) (1990)
- De uitvreter. Historisch-kritische uitgave met commentaar over de genese van verhaal en verhaalfiguur (proefschrift van L. Frerichs) (2 delen, 1990)
- Verzameld werk (twee delen) (1996)
- Verzameld proza (1997)
- Het dal der plichten (bibliofiel, 46 ex.) (2000)
- Zomer 1947 (bibliofiel, 100 ex.) (2004)
- Verzameld proza en nagelaten werk (bezorgd door Lieneke Frerichs) (2010)
Brieven
- 8 brieven van Nescio in 'De Engelbewaarder 2' (Nescio-nummer) (1976)
- Chr. J. van Geel, Dan kom ik als het schikt. Brieven aan Nescio (bibliofiele uitgave, 300 ex.) (1979)
- Brief in handschrift over Nescio, van E. Swart-Snuyff aan A.H. Gomperts in Tirade 280/281 (sept./okt. 1982)
- Over zondagsscholen en waldhoorns (bibliofiel) (1985)
- Kyrie eleison (bezorgd door Bruno Schneppenbaum) (1986)
- 1 brief van Nescio aan Agnes Maas-van der Moer (17-02-1919) in 'Briefgeheim', samengesteld door René van Stipriaan (1993)
- Brieven uit Veere (bezorgd door Lieneke Frerichs) (2010)
- De briefwisseling tussen Nescio en Chr. J van Geel 1952-1961 (2010)
Dagboeken
- Natuurdagboek (bijgehouden vanaf 1946 (gedeeltelijk gepubliceerd in 'Tirade', nr. 276-277, 1982)
- Dagboek van een lid van het schoolbestuur (nooit uitgegeven).
- Een schitterend decor (bibliofiel, 30 ex.) (1994)
- Nescio en het voorjaar in Zuid-Limburg (samengesteld door Lieneke Frerichs) (1996)
- Natuurdagboek (eerder verschenen als deel 2 van het 'Verzameld werk') (1997)
- In Haarlem hevige regen, daarna in Amsterdam weer zon (bibliofiel, 100 ex.) (2014)
- Het geluk van in Amsterdam te leven: een keuze uit het Natuurdagboek (samengesteld door Lieneke Frerichs) (2016)
Vertalingen/bewerkingen
Vertaald:
- Andrzej Dabrowka vertaalde werk van Nescio in het Pools.
- Si Benalu (Indonesische vertaling van 'De uitvreter') (1976)
- Kleine Titanen und andere Erzählungen (Duitse vertalingen van verhalen van Nescio door Michael Bahlke e.a.) (1993)
- Le pique-assiette et autres récits (Franse vertaling van 'De uitvreter; Titaantjes; Dichtertje; Mene Tekel' door Danielle Losman) (2005)
- Little Titans (Engelse vertaling van 'Titaantjes' door Sam de Groot e.a.) (bibliofiel, 300 ex.) (2008)
- And yet, and yet... (vertaald door Sam de Groot) (bibliofiel t.g.v. de verschijning van 'Little Titans', 200 ex.) (2009)
- Titaneller: samt Snyltaren och Skalden (Zweedse vertaling van 'Dichtertje; De uitvreter; Titaantjes' door Per Holmer) (2010)
- Amsterdam Stories (Engelse vertaling van 'De Uitvreter, Titaantjes, Dichtertje' door Damion Searls) (2012)
- Storie di Amsterdam (Italiaanse vertaling van 'De uitvreter; Titaantjes; Dichtertje; Mene Tekel' door Fulvio Ferrari) (2015)
- Historias de Ámsterdam (Catelaanse vertaling van 'De uitvreter; Titaantjes; Dichtertje; Mene Tekel' door Goedele De Sterck) (2015)
- Werke (Duitse vertaling van 'De uitvreter; Titaantjes; Dichtertje; Mene Tekel' door Christiane Kuby en Herbert Post en met een nawoord van Cees Nooteboom) (2016)
Bloemlezingen
Tijdschriften
- Nescio werd in 1906 administrateur van 'De Pionier', het orgaan van de GGB.
- 'De uitvreter' en 'Dichtertje' werden in 'De Gids' gepubliceerd. Het verschijnen van 'De uitvreter' was zijn debuut.
- 'Titaantjes' werd voor het eerst gepubliceerd in 'Groot Nederland' in 1915.
- 'Mene tekel' verscheen in 1935 in 'De Stem'.
- In 1935 publiceerde Nescio het verhaal 'Een lange dag' in de almanak 'Kristal'.
- In 'Tirade' stond in 1962 'Heimwee en andere fragmenten'.
- In 1982 werden in 'Tirade' (nrs. 276 en 277) fragmenten uit Nescio's 'Natuurdagboek' gepubliceerd.
Over Nescio
- Jacques Gans, Nonchalante notities (1953)
- 1 hoofdstuk: 'Nescio - Dichtertje / De uitvreter / Titaantjes' in '1905-1955 van jaar tot jaar van boek tot boek. Hoogtepunten uit vijftig jaar nederlandse letterkunde', uitgezocht en ingeleid door dr. J. Hulsker en Dr. G. Stuiveling (1956)
- 1 hoofdstuk: 'Over Nescio' over 'Dichtertje, De Uitvreter, Titaantjes' in 'Onderzoek en vertoog 1' van Victor E. van Vriesland (1958)
- 1 hoofdstuk, 'Nescio' in 'Gegist bestek deel 1: Benaderingen en ontmoetingen' van C.J.E. Dinaux (1958)
- Simon Vinkenoog, 'Uit de doeken: (signalementen) 1957-1960' (1960)
- Tirade gaf in februari 1962 een Nescio-nummer uit (met niet eerder gepubliceerde verhalen en fragmenten).
- W. Mooyman: 'werd Nescio miskend?' in 'Hollands Maandblad 190' (mei 1963)
- G. Jaspars: 'Brief over Nescio' in 'Hollands Maandblad 198' (jnauari 1964)
- Kees Fens, 'Over Nescio's 'Dichtertje'' in 'Merlyn' (januari 1965)
- 'Nescio' (Schrijvers prentenboek, deel 14) (1969)
- 1 hoofdstuk + drie fragmenten in 'ga jij de klas maar uit' van J. Bernlef (1970)
- Gerrit Borgers e.a., 'Nescio. Schrijversprentenboek 14' (1970)
- 'Aandacht voor Nescio', een bibliografie en bloemlezing van reacties, verzorgd door Enno Endt (1972)
- Rob Bindels, 'Nescio' (Ontmoetingen nr. 109) (1974)
- 'Schrijversportretten: Boon, Campert, Heeresma, Heijermans, Hillenius, Nescio, A. Roland Holst' (1975)
- 'De Engelbewaarder' gaf in januari 1976 een Nescio-nummer uit.
- Twee hoofdstukken over Nescio in 'Boze brieven van Bijkaart' (1977) van W.F. Hermans.
- Rob Bindels, 'Nescio' (serie: Grote Ontmoetingen) (1978)
- Chr.J. van Geel, 'Dan kom ik als het schikt. Brieven aan Nescio' (1979)
- Tirade gaf in mei/juni 1982 een Nescio-nummer uit.
- Rob Bindels, 'Over De uitvreter, Titaantjes en Dichtertje van Nescio' (1982)
- Jan van Houts, 'Vrouwen van Nescio: een inpressie' (bibliofiel, 500 ex.) (1982)
- Lieneke Frerichs (redactie), 'Over Nescio: beschouwingen en interviews' (1982)
- Arno Kramer, 'Weemoed en verlangen: over Nescio, Bavink en Johannes Zwolsman' (bibliofiel, 125 ex.) (1984)
- Nol Gregoor, 'Een zwak voor Nescio' (bibliofiel, 100 ex.) (1984)
- Enno Endt, 'Mooi gebruld, leeuw: over Frederik van Eeden, W. Versluys, Nescio, Aeg. W. Timmerman, Herman Gorter' (1986)
- 1 in memoriam: 'Nescio gestorven' door G.A. van Oorschot in 'Hij is reeds aan de overzijde. Necrologieën van schrijvers', samengesteld door Jeroen Brouwers (1986)
- Igor Cornelissen, 'Nu & toen: Nescio & Ransdorp' (bibliofiel, 120 ex.) (1988)
- 1 anekdote over Nescio in 'Het literair anekdoten boek', samengesteld door John Müller (1988)
- Een hoofdstuk: 'Gevallen engelen. Nescio's Dichtertje vanuit feministisch perspectief' door Alette van Doggenaar in 'De canon onder vuur. Nederlandse literatuur tegendraads gelezen', redactie Ernst van Alphen en Maaike Meijer (1990)
- Anna Juffer, 'Nescio, De uitvreter, Titaantjes, Dichtertje' (1991)
- Willem Maas (samensteller), 'Nescio en de man die uitvreter wilde worden: acht artikelen van Jacques Gans' (1992)
- 1 uittreksel: 'Nescio - Titaantjes' in 'Prisma Uittrekselboek Nederlandse literatuur 1880-1945', door Johan van Ommen en Lizet Penson (1992)
- Maurits Verhoeff e.a. 'Van u heb ik ook een heleboel gelezen...' : tien kronkels van S. Carmiggelt over Nescio' (bibliofiel) (1993)
- Ton Anbeek: 'Hermans' oordelen over Nescio. Een groot schrijver en kleine mannetjes' in 'Literatuur' (januari/februari 1995)
- Maurits Verhoeff: 'Nescio en het unanisme van Jules Romains. Titaantjes van goede wil' in 'Literatuur' (juli/augustus 1995)
- Nol Gregoor, 'Een raar, overdadig gevoel' (bibliofiel, 30 ex.) (1995)
- Lieneke Frerichs, 'Een appel valt in de stilte: over het schrijverschap van Nescio' (1996)
- Anikó Daróczi, 'Nescio, de mystieke dichter' in 'Literatuur' (september/oktober 1996)
- 'Het Nederland van Nescio. Schrijft u over mij maar nix', Catalogus bij de gelijknamige tentoonstelling in Kasteel Groeneveld, Baarn (1997)
- Maurits Verhoeff, Is u Amsterdammer? Ja, Goddank. Een literaire wandeling door het Amsterdam van Nescio (1997)
- Ecco Staller, 'Het verzamelen van één boek - Dichtertje - De uitvreter - Titaantjes' in 'Boekenpost' (maart/april 1997)
- 1 hoofdstuk: 'Nescio, De uitvreter. Titaantjes. Dichtertje' door I. Giard-Kramer in 'Lexicon van Literaire Werken' (mei 1997)
- Wim Wennekes, 'Het Nederland van Nescio: schrijft u over mij maar nix (Nescio 1882-1961)' (catalogus) (1998)
- Anke van den Bremt: 'Een haiku-dichter in proza. Nescio's natuurdagboek' in 'Literatuur' (maart/april 1999)
- Maurits Verhoeff, 'Nescio en de Holland-Bombay' (Nescio-Cahier 4) (1999)
- Anke van den Bremt, 'Zoo maar eenvoudigweg in proza - Over Nescio's stijl' in 'Literatuur' (januari/februari 2000)
- 1 hoofdstuk: 'De uitvreter / Titaantjes / Dichtertje / Mene Tekel' in 'Gouden fictie. Het fenomeen everseller' van Marja Pruis (2001)
- 1 hoofdstuk: 'Op een zondag in september' in 'Dat oude Europa. Nieuwe keuze uit de maandagstukken' van Kees Fens (2004)
- Geert van Istendael, 1 hoofdstuk: Nescio in 'Mijn Nederland' (2005)
- Bert Vanheste, 'Nescio in Nijmegen: een onhollandse leeswandeling' (2006)
- 1 hoofdstuk: 'Nescio, Boven het dal' door Ton Brouwers in 'Lexicon van Literaire Werken' (februari 2006)
- Vincent Rottier e.a., 'In de voetsporen van Nescio : twee wandelingen door Flevopark, Diemerpark en Diemer Vijfhoek' (2007)
- Reinder Storm, 'Onderschat of overschat?: Nescio in de enquête in Het Vaderland (1934)' (2007)
- Paul Hefting, 'Nescio, Joost Swarte: De Uitvreter, Titaantjes, Dichtertje' (2007)
- 1 hoofdstuk: 'Radio' in 'Heimelijke vreugde 1' van A.L. Snijders (2007)
- Pieter Steinz bespreekt 'Titaantjes' in 'Het web van de wereldliteratuur. Welke 100 boeken hebben de literaire X-factor?' (2007)
- A.L. Snijders bespreekt in 'Heimelijke vreugde 2' een lezing voor de Nescio Leesclub (2008)
- Remco Daalder: 1 hoofdstukje: 'Nescio' in 'Amsterdam & zijn schrijvers. Literatuur op locatie' van Ko van Geemert (2008)
- Mark Iske, 'Pleidooi voor den Uitvreter' (proefschrift) (z.j.)
- 1 hoofdstuk over 'Titaantjes' in 'Grote verwachtingen: opgroeien in de letteren in 25 schema's' van Pieter Steinz (2010)
- Maurits Verhoeff, 'Verlangen zonder te weten waarnaar. Over Nescio' (2011)
- A.G.M.F. Brok, 'Wetenswaardigheden over Nescio' in 'Boekenpost' (juli/augustus 2012)
- Ype Koopmans, 'Japi en Bavink en de doorbraak van de moderne kunst: het vroege proza van Nescio in een cultuurhistorische spiegel' (2013)
- 1 hoofdstuk: 'Afscheid van het honderddingenleven' o.a. m.b.t. 'De uitvreter' van Nescio in 'Lezen met ALS. Literatuur als levensbehoefte' van Pieter Steinz (2015)
- 1 lemma: 'Nescio' in 'Steinz Gids voor de wereldliteratuur' van Jet & Pieter Steinz (2015)
- Rob Bindels, 'Nescio: de man die iets miste' (750 ex.) (2016)
- 1 hoofdstuk: 'De uitvreter' in 1001 boeken die je gelezen moet hebben', onder redactie van Peter Boxall en Ed van Eeden (2017)
- 2 zkv's over Nescio: 'Stiekem' en 'Dora 2' in 'Doelloos kijken' van A.L. Snijders (2019)
- Lieneke Frerichs, 'Buitenland is geen land: Nescio in Frankrijk' (2019)
- Perry Moore, 'Mijn naam zei niemand wat: Nescio en de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde' (bibliofiel, 30 ex.) (2019
- A/L. Snijders, 'De Nescio leesclub' (bibliofiel, 125 ex.) (2019)
- Lieneke Frerichs, 'Nescio: leven en werken van J.F.H. Grönloh' (2021)
- Onno-Sven Tromp, 'Een zonderlinge vent: sonnetten over Nescio' (bibliofiel, 40 ex.) (2020)
- Onno-Sven Tromp, 'Nescio' (2021) (bibliofiel, 30 ex.)
- 2 zkv's: 'Nepnieuws' en 'Maar dat wel' over Nescio in 'Tat Tvam Asi' van A.L. Snijders (2021)
- 1 hoofdstuk: 'Spoorbrug - Nescio' in 'Nijmeegs Luiletterland. Wandelen door het literaire landschap van Nijmegen' van Wim Huijser (2023)
Diversen: (Zonder een schijn van volledigheid)
- Henk de By maakte in 1964 voor de VARA-televisie een Nescio-portret.
- Nescio was bevriend met Chris J. van Geel. Van Geel droeg zijn bundel 'Uit de hoge boom geschreven' (1975) op aan Nescio.
- De NCRV zond op 2 september 1975 een televisiebewerking van 'Titaantjes' uit.
- Bulkboek 174 was aan Nescio gewijd, met als titel: 'De uitvreter, Titaantjes en andere verhalen'.
- 'De uitvreter'/'Titaantjes' werd door Hugo Heinen voor televisie bewerkt en uitgezonden in 1975 en opnieuw in 1982.
- Vrij Nederland hield in 1978 een onderzoek naar de boekenlijsten op middelbare scholen. Nescio stond bij de meestgenoemde schrijvers op nummer 20.
- 'Dichtertje/De uitvreter/Titaantjes' werd in 1986 door C.J. Aarts en N. van der Meulen in hun boek 'Het literair eeuwboek. Honderd jaar het boek van het jaar' uitgeroepen tot het beste boek van 1918.
- 'Vrij Nederland' vroeg auteurs om hun top-10 voor 'De leeslijst'. De lijsten stonden in het nummer van 12-09-1987.
- 'De uitvreter/Titaantjes/Dichtertje/Mene Tekel' stond op het lijstje van Vic van de Reijt op nr. 2 en op het lijstje van René Stoute op nr. 6.
- 'De uitvreter' stond op het lijstje van Digna Sinke op nr. 1, op het lijstje van Marga Minco op nr. 2 en op het lijstje van Henk Spaan op nr. 8.
- 'Titaantjes' stond op het lijstje van Jan Pen op nr. 4 - 'De gebroeders Flint' maakten een theaterprogramma gebaseerd op teksten van Nescio.
- Japi uit 'De uitvreter' werd door Inez van Eijk en Rudi Wester beschreven in hun 'Honderd helden uit de Nederlandse literatuur'.
- In 1981 nam de popgroep 'The Nits' als eerbetoon het nummer 'Nescio' op. Het nummer staat o.a. op de LP/CD 'Omsk' (1983)
- Lucebert maakte in 1983 in het Letterkundig Museum een grote wandschildering, waarin hij 36 literaire citaten verwerkte. Van Nescio is hier terug te vinden 'De rivier is sedert naar het Westen blijven stroomen en / de menschen zijn blijven voorttobben'.
- 'De uitvreter/Titaantjes/Dichtertje' verscheen in 1991 in de 'Grote lijsters-serie'.
- 'De uitvreter/Titaantjes/Dichtertje/Mene tekel' verscheen in 1996 als Grote letterboek.
- 'Vrij Nederland' had in 1999 een serie fotoreportages ' Nederland na Nescio', waarin fotograaf Bert Verhoeff de plaatsen bezocht die Nescio in zijn Natuurdagboek beschreef. Deze serie werd in boekvorm uitgegeven als: 'De boomgaard der gelukzaligen. De wereld van Nescio vijftig jaar later'. (1999)
- Max Pam maakte voor HP/De Tijd (10-09-1999) een lijst met
de 100 beste boeken van de eeuw.
Hij nam hierin van Nescio op nr. 10 'Titaantjes/De uitvreter/Dichtertje' op (Bevat de mooiste beginzin uit de Nederlandse literatuur, dus je zou denken dat zijn werk eeuwigheidswaarde heeft, maar laatst hoorde ik iemand op de radio vragen: "Hé, heette ie Grönloh? Familie van Anneke?"). - 'Het Parool' nam 'Titaantjes' op in een (internationale) lijst van De honderd mooiste boeken van de eeuw.
- Uitgeverij Rivendell brengt een T-shirt op de markt, bedrukt met het citaat 'Den uitvreter' van Nescio.
- 'Titaantjes' werd in 2005 uitgegeven als luisterboek op cd, gelezen door Alfred Schaffer.
- Het Letterkundig museum publiceerde begin 2007 een top 100 van grootste dode schrijvers. Ook Nescio was in dit 'Pantheon' opgenomen. Vanaf eind 2008 besteedt het museum met een permanente expositie aandacht aan deze schrijvers.
- 'De uitvreter', voorgelezen door Job Cohen (cd, 2008)
- 'Titaantjes', voorgelezen door Job Cohen (cd, 2010)
- 'Titaantjes/Uitvreter/Dichtertje' stond op nr. 7 in de lijst van 'De 45 beste boeken uit de Nederlandse literatuur (1900-2012)' volgens Max Pam.
Literaire prijzen
- Marianne Philips-prijs 1954 voor zijn gehele oeuvre
- Tijdens de Avond van het boek op 11 maart 2007 werd de top-tien van beste Nederlandstalige boeken aller tijden bekendgemaakt.'De uitvreter; Titaantjes; Dichtertje' stond op de achtste plaats. Er was een internetstemming aan voorafgegaan waaraan meer dan 15000 mensen meededen.
Werk van Nescio geciteerd in overlijdensberichten:
Volkskrant, 02-01-1993
Volkskrant, 08-02-1994
NRC Handelsblad, 06-01-1995
Volkskrant, 06-11-1996
Biografische opmerkingen
- Nescio werd in Amsterdam geboren (Reguliersbreestraat 49). Zijn vader was er smid en winkelier.
- Nescio volgde in Amsterdam de drie-jarige HBS. Daarna twee jaar openbare handelsschool.
- In korte tijd werkte hij op vijf handelskantoren als jongste bediende, o.a. in 1901 in Enschede.
- Nescio woonde van 1901 tot 1903 in de weekeinden in een kolonie 'Tames' in Huizen, die hij met drie vrienden opgericht had naar het voorbeeld van 'Walden', de commune van Frederik van Eeden. In 'Titaantjes' komt een beschrijving van deze kolonie voor.
- Nescio werkte tot 1948 bij de Holland-Bombay Trading Company in Amsterdam. Eerst als correspondent (vanaf 1904), later als directeur (vanaf 1926) en tenslotte als adviseur (vanaf 1937). Hij woonde ook in Amsterdam.
- Nescio debuteerde in 1918 met Dichtertje/De uitvreter/Titaantjes. Deze novellen waren eerder afzonderlijk verschenen in tijdschriften.
- Japi - De Uitvreter - is waarschijnlijk gemodeleerd naar Tom Schilperoort, een Amsterdams journalist.
- 'den man, die de Sarphatistraat de mooiste plek van Europa vond' schijnt Frederik van Eeden geweest te zijn.
- In 1929 meldt een literair handboek dat achter het pseudoniem Nescio de schrijver Nico Eissenloeffel schuil gaat. De uitgever van Necio maakte toen via de 'NRC' bekend dat Nescio 'de heer Grönloh' was, 'thans handelsman te Amsterdam'.
- In 1933 komt een tweede druk uit van 'De uitvreter/Titaantjes/Dichtertje'. Nescio breekt dan door.
- In 'Mene Tekel' dat in 1946 uitkwam, staan verhalen die voornamelijk geschreven zijn tussen 1913 en 1919.
- Nescio schrijft op een ironische manier, zonder mooidoenerij. Zijn werk is vaak autobiografisch.
- Het verlangen naar onvergankelijk en harmonie is een centraal thema in zijn werk.
- De personages in zijn werk staan buiten het leven van alledag en onttrekken zich aan de alledaagse normen.
- Hoewel het werk van Nescio alles bij elkaar maar een paar honderd bladzijden omvat, wordt hij tot de grootste schrijvers van Nederland gerekend, vooral vanwege de eenvoud van zijn taalgebruik.
- In 1956 kreeg Nescio een beroerte. Hij werd opgenomen in het Burgerziekenhuis in Amsterdam.
- Nescio overleed in 1961 in sanatorium Zonnestraal in Hilversum. Hij werd op 28-07-1961 begraven op de Nieuwe Oosterbegraafplaats in Amsterdam (graf 79-119).
- In het Oosterpark in Amsterdam staat sinds 9 oktober 1971 een beeldengroep 'Hommage aan Nescio' van Hans Bayens. Het zijn drie jongens op een bankje, aardige jongens ongetwijfeld.
- In de Amsterdamse Bijenkorf hangt op de boekenafdeling een citaat van Nescio: 'Iedere dag is 24 uur, en ieder uur gaat er meer door de hoofden van al die tobbende menschen dan je in duizenden boeken zou kunnen opschrijven'.
- In 2005/2006 is er een brug over het Amsterdam-Rijnkanaal naar Nescio genoemd. De voetgangers -e nfietsbrug van 780 meter verbindt Amsterdam en Diemen met IJburg.
Anderen over Nescio
- Er is veel verwantschap tussen de Nederlander Nescio en de Vlaming Elsschot, al zijn hun stijlmiddelen geheel verschillend; wat hen beiden verbindt, en wat het tot een voorrecht maakt over hen te schrijven, is hun reëel gevoel voor het eiland der innerlijke stemmen. (Menno ter Braak, Het Vaderland, 03-12-1933)
- En ik zou u het water, de verten en de luchten willen beschrijven, maar u kunt dan veel beter Nescio nog eens herlezen. Nescio is een levenlang naar die ondergaande zon weest kijken, om er dan een paar regels over te schrijven. (Louis Paul Boon, 16 van Louis Paul Boon, blz. 45, Amstel)
- Ja, ik geloof dat Nescio's ziel te groot is. Ze kon er niet uit, de hals van de fles was te nauw, heeft Bloem eens gezegd. Wat er uit kwam was een zucht van de wind, die door de kruinen van ons proza gaat. Op een avond dat het heel stil is. Ik houd ontzaglijk veel van Nescio. (C.J. E. Dinaux, geciteerd in VN, ?-1971)
- Voor het schrijven van dit stukje heb ik eerst een poos in twee boekjes van Nescio zitten bladeren, omdat ik wilde weten waar hij het woord 'fixeren' gebruikt. Dat wilde ik citeren. Ik heb het niet gevonden, maar ik herinner me wel de context: blauwe luchten met wolken erin die voorbijdrijven en het verlangen van de schrijver dit beeld vast te leggen. (Gerrit Krol, De tv.-bh., blz. 121)
- De levensbeschouwing van Nescio, zoals verwerkt in zijn verhalen,
komt hierop neer: de Natuur is zo overweldigend en rein, de mens
daarentegen zo nietig, dat het fatsoenlijkste wat hij doen kan,
is: er met stomheid geslagen naar te zitten staren: Nirwana.
Niet iedereen heeft daartoe de moed en zeker niet genoeg geld. Er is daarom geen andere keuze dan capituleren of het gekkenhuis. De meesten capituleren. (W.F. Hermans, Boze brieven van Bijkaart, blz. 115) - Van het departement kreeg Nescio eens het verzoek, aan een publikatie mee te werken. Zijn antwoord moest hij richten aan een postbusnummer. Het deed het en schreef erbij: 'Woont u werkelijk in een postbus?' (Simon Carmiggelt in: Jeroen Brouwers, Zachtjes knetteren de letteren, blz. 130)
- De wereld van Nescio berust op extase en ontzetting, in een uiterst geraffineerde verhouding die uiteraard aan talent moet worden toegeschreven. Boven de afgrond van de tijd zweeft de duif, de vredesvogel, op terugweg naar de arkwaar hij nooit zal aankomen. Verheerlijking en rampzaligheid zijn innig verbonden, evenals hunkering en ontgoocheling. (Adriaan Morriën, Ik heb nu weer de tijd, blz. 109)
- Zonder twijfel de klassiekste verhalen uit de Nederlandse literatuur zijn 'De uitvreter', 'Titaantjes' en 'Dichtertje'. Onverwoestbaar mooi. Rijk aan spreekwoordelijke zinnen. 'Jongens waren we - maar aardige jongens.' Wie kan Nijmegen passeren zonder weemoedig stil te staan bij Japi die van de Waalbrug stapte? (VN, 19-02-2005)
- Ik herinner me dat ik op examens altijd naar het stappen van de uitvreter vroeg. Hij stapte van de brug om er een eind aan te maken, een kalm afscheid. Zelfmoordenaars zijn - in onze verbeelding - echter vol emotie, en ze springen dus van bruggen. Bij Nescio niet. (A.L. Snijders, Heimelijke vreugde 2, blz. 111)
- De Uitvreter is een echt vertelboek, wat je kunt definiëren als een boek waarin de zinnen er haast om lijken te smeken om hardop voorgelezen te worden. (Christiaan Weijts, Volkskrant, 29-12-2006)
- Over Nescio's werk is vrijwel uitsluitend bewonderend geschreven. W.F. Hermans schreef twee stukken over hem, 'Nescio's onvolwassenen' en 'Nescio's Nirwana'. Maar die hebben aan de populariteit van Nescio geen afbreuk gedaan. (VN, over 'dwarse personages', 17-03-2007)
- Waarom is de Uitvreter uit het verhaal van Nescio zo'n heroïsche figuur? Hij poogt zich. zoals hij het noemt, 'onaandoenlijk' te maken. Hij probeert zich voortdurend aan invloeden van de buitenwereld te onttrekken. Daar zit hij op een scheepje, roerloos, en laat zich drijfnat worden. Hij kan uren, even roerloos, staren over het water. Hij poogt zichzelf te verstenen. Wat wil hij? Zich aan de werkelijkheid onttrekken (die is zo banaal dat ze alleen maar uitgevreten kan worden), de tijd tot stilstand brengen. Roerloos, in eenheid met het water, dat is eeuwigheid. Deze seculiere mysticus forceert dan de tijd en haalt de eeuwigheid naar zich toe door zich te verdrinken. (Kees Fens, Dat ben ik toevallig, blz. 21)
- Eigenaardig dat de twee grootste schrijvers uit onze literatuur, Eduard Douwes Dekker en Grönloh, zich verscholen achter huilerige, sentimentele Latijnse schuilnamen. (A.L. Snijders, Heimelijke vreugde I, blz. 170)
- Je weet het niet. Ik althans niet. Nescio wist het ook niet, maar stel je voor dat je het wel wist. Dan wist je het en daar moet je toch niet aan denken, dan ben je in ene uitgeschreven. (L.H. Wiener, Eindelijk volstrekt alleen, blz. 148)
- In de beroemdste anekdote over Nescio betitelt de oude schrijver een van de romans van zijn collega Bordewijk als 'een onboek'. Zijn vrouw reageert daarop met de woorden 'Nee pappie, dat moet je nou niet zeggen. Het pakt je toch wel aan...' Waarop Nescio antwoord: 'Ja, dat doet de cholera ook.' (Pieter Steinz citeert Carmiggelt in 'Het web van de wereldliteratuur. Welke 100 boeken hebben de literaire X-factor?', blz. 142)
- Ik houd niet van Nescio omdat het een charlatan is. Met zijn socialisme heeft dat niets te maken. Integendeel, als ik nog iets waardeer, is het wat hij daarover schrijft. (J.J. Voskuil, Capitualatie. Dagboeken 1955-1965, 14-04-1963, blz. 530)
Mijn favoriete citaat
Op deze plaats kan nu alleen maar Nescio geciteerd worden.
Ik heb het weliswaar al eens vaker gedaan,
maar Nescio kan niet stuk en daarom doe ik het nog eens.
Het is een noot bij het verhaal Kortenhoef dat omstreeks 1911 geschreven is.
De noot is van 1942.
Dit aardige wipbruggetje bestaat ook al niet meer.
De weg is over het water heen geplempt.
God zegene de verantwoordelijke autoriteiten.
Als 't kan een beetje hardhandig.
(A.L. Snijders, INRI, Gelders Dagblad, 11-10-1997)
Beginzinnen:
De eerste zinnen van de verhalen van Nescio zijn wellicht de bekendste beginzinnen uit de Nederlandse literatuur:
De uitvreter: | Behalve den man, die de Sarphatistraat de mooiste plek van Europa vond, heb ik nooit een wonderlijker kerel gekend dan den uitvreter. |
Titaantjes: | Jongens waren we - maar aardige jongens. |
Dichtertje: | Tweemaal schudde de God van Nederland zijn eerbiedwaardige hoofd en tweemaal schoven z'n eerbiedwaardige grauwe bakkebaarden heen en weer over z'n vest. |
Mene Tekel: | Weer was de langste dag voorbij. |
(Uit de Volkskrant, 01-08-1986)
Uit mijn weblog, 18 oktober 2005:
Op de terugweg naar Kamperland hebben we Veere nog even bezocht.
Daar is in de herfstvakantie niet veel te doen. Uitgestorven is
te veel gezegd, maar die kant gaat het wel op. Ik heb nog een
foto gemaakt van de Grote of Onze Lieve Vrouwekerk. Deze kerk
speelt een rol in één van de verhalen van Nescio.
hij schrijft in 'De Uitvreter':
Dat hospitaal is geen ziekenhuis, maar de Grote of Onze Lieve Vrouwekerk. Tijdens de Franse bezetting werd het gebruikt als hospitaal voor de soldaten. Zo hoog moet je ook wel zitten om al die plaatsen in de wijde omtrek te kunnen zien.Twee dagen sjouwden Bavink en Japi in Veere rond en toen jijden en jouwden ze elkaar al. Urenlang zaten ze samen op 't dak van 't Hospitaal en keken over Walcheren, over de Kreek en 't Veergat en den ingang van de Oosterschelde en de duinen van Schouwen. En daar had je dikke Jan ook weer, den toren van Zierikzee, nu in 't Noorden. En daar had je Goes en Lange Jan, den toren van Middelburg, de spil van Walcheren, het hart dier wereld. En 't tij kwam in en 't tij ging uit; 't water rees en viel.
Uit mijn weblog, 5 augustus 2008:
Van Wil kreeg ik een bladzijde uit de 'Gelderlander' (een andere streekeditie dan die wij hier krijgen) over het boekje 'Hildebrand Route. Een wandeling langs literatuur en natuur over de Nijmeegse en Beekse heuvelrug' van Thed Maas en Geert Willems. Ik had er op internet al naar gezocht, maar dit was een mooie gelegenheid om via Beek-Ubbergen te rijden en het boekje ter plekke te kopen. Een prachtige omgeving trouwens. In Ubbergen reed ik langs een beeld van een lezende figuur. Daar wilde ik een foto van hebben. Het bleek een Nescio-beeld te zijn, gemaakt door Ronald Tolman. Op de onderplaat staat de tekst: 'een groot dichter zijn en dan vallen', een regel die ook enkele keren voorkomt in Nescio's 'Dichtertje'.
Uit mijn weblog, 1 maart 2009:
Er blijkt (gelukkig) veel meer literatuur in het dagelijks leven verankerd dan je in eerste instantie denkt. Gedichten en citaten op muren, standbeelden, gevelstenen enzovoort. En ook hier geldt: hoe meer je er kent, hoe meer je erachter komt dat je ze nog lang niet allemaal kent. Vandaag krijg ik een mailtje over een citaat van Nescio: 'Beste Mats, in de Amsterdamse Bijenkorf hangt op de boekenafdeling een citaat van Nescio: Iedere dag is 24 uur, en ieder uur gaat er meer door de hoofden van al die tobbende menschen dan je in duizenden boeken zou kunnen opschrijven. Heb jij enig idee waar dit vandaan komt?' Helaas ik ken het citaat niet, maar het klinkt inderdaad heel erg naar Nescio en zo groot is dat oeuvre nou ook weer niet. Ik heb het al snel gevonden. Het staat in de vier-na-laatste alinea van 'De uitvreter'. Het gaat slecht met Japi. Hij beschrijft de brug over de Waal bij Nijmegen en alle tobbers die die brug gezien hebben. Enkele maanden en één bladzijde verder stapte Japi van die brug af, en dit fragment voorspelt dat eigenlijk al in zijn treurigheid:
'In Nijmegen liep een ouwe dokter rond, die drie-en-vijftig jaar lang 's morgens op 't zelfde uur dezelfde wandeling had gemaakt. Over 't Valkhof en aan de Noordzijde naar beneden en de Waalkade af tot aan de brug. Dat is meer dan 19300 maal. En altijd stroomde het water naar het Westen. En dat beteekende nog niets. Het heeft zeker honderd maal drie-en-vijftig jaar naar dien kant gestroomd. En langer. Nu ligt de brug er over. Nog maar kort, nog maar wat jaren. En toch heel lang. Iedere dag is 365 dagen, tien jaar is 3650 zonnen. Iedere dag is 24 uur, en iedere dag gaat er meer door de hoofden van al die tobbende menschen dan je in duizenden boeken zou kunnen opschrijven. Duizenden tobbers die de brug gezien hebben, zijn nu dood. En toch ligt i er nog maar kort. Veel, veel langer stroomde het water daar. En er was een tijd toen dat water er niet stroomde. Die tijd is nog veel langer geweest. Dood zijn de tobbers gegaan bij honderden en honderden millioenen. Wie kent ze nog? En hoeveel zullen er sterven na dezen? Ze tobben maar tot God ze wegraapt. En je zou denken: God zou ze een lol doen als i ze plotseling te grazen nam. Maar God weet beter dan jij of ik. Tobben willen ze, blijven voorttobben. En onderwijl gaat de zon op en onder, de rivier daar stroomt naar 't Westen en blijft stroomen tot daar ook een eind aan komt.'
Al heel snel krijg ik een mailtje terug: 'Hoe vond je dat zo snel? Heb je het werk van Nescio op je pc staan? Ik heb De Uitvreter natuurlijk op de plank (Dichtertje, De Uitvreter en Titaantjes, een redelijk fraaie 2e druk uit 1933) en nu ik 'm er op nasla zie ik dat hij duizende schreef, niet duizenden - zie scan. Waar heb jij je tekst vandaan dat je die n erachter schrijft, zoals ze ook bij de Bijenkorf deden? En dus eigenlijk foutief geciteerd. Interessant. Ik heb toen ik in De Bijenkorf was met m'n mobiele telefoon een foto gemaakt, had m'n apparatuur niet bij me. Onderstaand een bewerking.'
Ik bladerde in een Grote Lijster-versie. Daar staat inderdaad 'duizenden'. Dat is een beetje vreemd, want waarom dit wel veranderd en bijvoorbeeld 'beteekende' niet? De foto en de scan van Hans de Clercq (die trouwens zelf ook een fraai weblog blijkt bij te houden):
Uit mijn weblog, 29 januari 2011:
Vandaag lees ik in Nescio's natuurdagboek (Verzameld werk 2). Van 7 tot 9 september 1946 maakte Nescio een tocht naar Zeeland en zat zelf ook op het dak van 't Hospitaal:
7 September Zaterdag. 10 uur 5 van C.S., overstappen Rotterdam, 12 uur 3 naar Dordrecht. In Rotterdam kopje koffie met gebakje. In Dordrecht overstappen. Moerdijk! Ruim ½ 4 in Middelburg. Busje naar Veere. Half 5 in Veere. Goed weer. Om ½ 6 op het Hospitaal. Wijd zicht: Schouwensche duinen en Zierikzee, Zandkreek en NoordBeveland, Goes, Sraskerke, geheel Walcheren, Westerschelde en Zeeuwsch Vlaamsche kust.
Uit mijn weblog, 5 augustus 2008:
In 'De Gelderlander' stond vandaag op de voorpagina van het regiokatern:
Willeke Ravenhorst is een oud-leerling van het Rembrandt College én ze was ook een paar jaar docent Engels bij ons op school. Twee jaar geleden besloot ze alsnog de kunstacademie te gaan doen. Het leuke van het bovenstaande krantenbericht is dat zij tijdens een België-werkweek op een terrasje in een pretpark Nescio zat te lezen. We spraken toen een tijdje over Nescio en ik vertelde haar o.a. dat ik kort daarvoor foto's vanaf dat viaduct (in de richting Veenendaal) had gemaakt, ongeveer op de plek waar Nescio destijds gestaan moet hebben. Terug op school liet ik haar die foto's ook zien. Dit stond er in mijn weblog op 19 mei 2007:
Tenslotte zijn we nog even gestopt, vlak voor het viaduct in Rhenen. Ik had daar vorige maand al een fragment van Nescio over gegeven, plus een oude foto van de spoorbaan die er vroeger onderdoor liep. De trein kwam uit Utrecht, stopte o.a. in Veenendaal en ging na Rhenen de Rijn over. Auto's gingen voor de oorlog niet over die brug, alleen de treinen. Auto's moesten met pontjes de Rijn over. Pas later (na de oorlog?) is het een autoweg geworden, is de brug alleen nog voor auto's bedoeld en is de trein opzij gedrongen.
|
In Rhenen stond ik in de schemering op de brug over den spoorweg en keek naar 't Noorden. In de diepte lag de spoorlijn tot den gezichtseinder, aan beide zijden er van rees de berg steil op, begroeid met lichtgroen gras en donkergroene brem vol gele bloemen. Ik keek er naar hoe de bergwanden geleidelijk lager werden, tot ze, heel ver, overgingen in de vlakte. (Nescio, Titaantjes) |
En de situatie nu:
Bronnen o.a.
- De Engelbewaarder 2 (1976)
- Lexicon van de moderne Nederlandse literatuur (1978)
- Uitgelezen 5 (1981)
- Querido's letterkundige reisgids van Nederland (1982)
- Spectrum Nederlandstalige auteurs (1985)
- Nederlandse literaire prijzen 1880-1985 (1986)
- Winkler Prins lexicon van de Nederlandse letterkunde (1986)
- Prisma van de pseudoniemen (1992)
- Prisma uittrekselboek Nederlandse literatuur 1880-1945 (1992)
- Oosthoek Lexicon Nederlandse & Vlaamse Literatuur (1996)
- Uittreksel top-100
- Encarta '98 (1997)
- Hans Heesen e.a., Waar ligt Poot (1997)
- Schrijvers. 2000 auteurs van de 20e eeuw van A tot Z (2002)
- Behoudens deze steen. Een gids langs schrijversgraven in Nederland en Vlaanderen (2004)
- Website van de Koninklijke Bibliotheek (januari 2024)