R.J. Peskens
Profiel
Achternaam: Peskens
Initialen: R.J.
Geboren: 15-08-1909
Te: Vlissingen
Overleden: 18-12-1987
Te: Baambrugge
Pseudoniem(en): R.J. Peskens was het pseudoniem van de uitgever G.A. (Gerardus Adrianus) van Oorschot.
Hij gebruikte het pseudoniem R.J. Peskens voor het eerst in 'Tirade' in 1958. Met zijn pseudoniem 'Peskens' verwees Geert van Oorschot naar de Vlissingse anarchist Peskens. De voorletter 'R' is gekozen voor Richard Minne, de voorletter 'J' voor Jan van Nijlen. Met deze schrijvers was Van Oorschot bevriend.
Geert van Oorschot gebruikte ook de pseudoniemen Karel Blomkwist, Mozes Cohen en Kees Milot.
In januari 1979 publiceerde hij acht gedichten in 'Tirade' onder het pseudoniem Gerrit Smallegange (Nico Scheepmaker sprak naar aanleiding hiervan van een nieuwe J.C. Bloem). Hij ontleende dit pseudoniem aan de familienaam van zijn moeder. De foto op het omslag van 'Tirade' is van zijn grootvader van vaderskant!
Voor tweedehands boeken | Ook van R.J. Peskens |
Raban Internet Antiquariaat | Klik hier ! |
Werk
Poëzie
- De turfgravers (1930)
- Gevangenis (1932)
- Van Oudegeest tot revolutie (1935)
Er was een tijd dat ik mij dichter vond,
om welke reden wou ik dat toch wezen?
want elke regel die in mij ontstond
kon men veel mooier bij een ander lezen.
(Gerrit Smallegange = R. J. Peskens,
Tirade 242, januari 1979, blz. 9)
Proza
- Uitgestelde vragen en andere verhalen (1964)
- Twee vorstinnen en een vorst (verhalen) (1975)
- Mijn tante Coleta (1976)
- Mijn moeder was eigenlijk een Italiaanse (herziene, uitgebreide uitgave van 'Uitgestelde vragen') (1977)
- De Vlissingse verhalen van R.J. Peskens (Twee vorstinnen en een vorst/Mijn tante Coleta/verspreide verhalen/ongebundeld werk) (1979)
- De man met de urn (verhalen) (1981)
- Uitgestelde vragen en andere verhalen (bloemlezing) (1984)
- Rede uitgesproken ter gelegenheid van het aanvaardenvan de titel van doctor honoris causa, op 10 novemmber 1986 verleend door de Kathulieke Universiteit Brabant (1987)
- Twee vorstinnen en een vorst, Mijn tante Coleta en andere verhalen (heruitgave van 'De Vlissingse verhalen t.g.v. het 50-jarig bestaan van Uitgeverij Van Oorschot) (1995)
- Verzameld proza (2015)
Dagboeken
- 1 bijdrage: '31 december 1975 t/m 6 januari 1976' in 'Hollands Dagboek 1974-1984. Een keuze uit tien jaar Hollands Dagboek, de wekelijkse rubriek van het Zaterdags Biijvoegsel van NRC Handelsblad' (1985)
Brieven
Geert van Oorschot schreef bij benadering 15.000 brieven. Het overgrote deel daarvan ontstond tussen 1945 - jaar van oprichting van zijn uitgeverij - en 1987, het jaar van zijn dood. Correspondentie van een dergelijke omvang is een zeldzaamheid in het twintigste-eeuwse Nederland. Het beheer over zijn epistolaire nalatenschap droeg hij op aan een stichting en het uitgaverecht behield hij voor aan zijn opvolgers. Deze zijn voornemens op termijn een keuze uit zijn correspondentie te doen verschijnen. (Geert van Oorschot, Brieven van een uitgever, voorwoord, blz. 5)
- Leo Vroman, Brieven uit Brooklyn (o.a. aan Geert van Oorschot) (1975)
- 1 brief van Jeroen Brouwers aan Geert van Oorschot in: 'Kroniek van een karakter deel 1 1976-1981, de Achterhoek' (1986)
- 26 brieven van Jan Hanlo aan G.A. van Oorschot in Jan Hanlo, 'Brieven 1931-1962' (1989)
- 44 brieven van Jan Hanlo aan G.A. van Oorschot in Jan Hanlo, 'Brieven 1963-1969' (1989)
- Geert van Oorschot, Brieven van een uitgever (1995)
- 'Hierbij de hele God in proef' (brieven van Van Oorschot aan W.F. Hermans) (2003)
- 'Een handdruk en een vuist' (Correspondentie tussen L.H. Wiener en zijn uitgever Geert van Oorschot) (2003)
- W.F. Hermans, 'Je vriendschap is werkelijk onbetaalbaar - Brieven aan Geert van Oorschot' (2004)
- 4 brieven van Geert Lubberhuizen aan Geert van Oorschot in 'Ik heb er slechts één nul af gedaan. Brieven van en aan Geert Lubberhuizen' (2004)
- 3 brieven van Geert van Oorschot aan Geert Lubberhuizen in 'Ik heb er slechts één nul af gedaan. Brieven van en aan Geert Lubberhuizen' (2004)
- 14 brieven aan Geert van Oorschot in 'Een aangename postumiteit. Brieven 1965-1997' van Herman de Coninck (2004)
- Briefwisseling 1951 - 1987 (met Gerard Reve) (2005)
- Briefwisseling 1951 - 1987 (met M. Vasalis) (2009)
- 1 brief aan Geert van Oorschot in 'Liefs van Annie: de mooiste brieven van Annie M.G. Schmidt' (2011)
- 8 brieven aan Geert van Oorschot in 'Zelfportret in brieven' van Willem Wilmink (2014)
- 14 brieven aan Geert van Oorschot in 'Fallen leaves. Brieven 1966-2016' van L.H. Wiener (2018)
- 2 brieven van Ischa Meijer aan Geert van Oorschot in 'Ik heb niets tegen antisemieten, ik lééf ervan' (2020)
- 3 brieven aan Geert van Oorschot in 'Martelaarschap. Dagboeken 1965-1974' van J.J. Voskuil (2023)
Toneel
- Van 'Uitgestelde vragen' is een toneelbewerking gemaakt, gespeeld door de toneelgroep Centrum in 1978-1979.
Vertalingen
- Verrassend Stellingwarfs: Johan Veenstra vertaelt verhaelen van Marga Minco, R.J. Peskens, Marjan Berk, Maarten 't Hart, Margriet de Moor, Cees Nooteboom, Lieve Joris, S. Carmiggelt, Vonne van der Meer, Rudi van Dantzig, Rascha Peper, Adriaan van Dis (1998)
Bloemlezingen
Tijdschriften
- Als jonge jongen publiceerde hij in 'De jonge onthouder' en 'Weg en doel'.
- Geert van Oorschot was betrokken bij de oprichting van 'Links Richten'. Hij stapte hier uit toen het tijdschrift zich landelijk ging manifesteren én vanwege de CPN-invloed.
- Samen met Jacques de Kadt gaf hij van 1934 tot 1940 'De Nieuwe Kern' uit.
- Tijdens de Tweede Wereldoorlog begon hij met het illegale 'De Baanbreker'. Het blad bestond tot 1948.
- Geert van Oorschot richtte de tijdschriften 'Libertinage' (1948-1955) en 'Het Pamflet' (1948-1950) op.
- Geert van Oorschot richtte in 1957 het literaire tijdschrift 'Tirade' op.
- Hij publiceerde in deze tijdschriften zelf onder verschillende pseudoniemen. Hij was behalve oprichter ook redacteur, soms zelfs de enige redacteur.
- Geert van Oorschot publiceerde in 'De Vrijdenker', 'Hollands Diep'.
|
In vele 'Tirades' maande Geert van Oorschot de abonnees tot betaling van hun abonnementsgeld aan. Na zijn overlijden begon Tirade 314 met het hienaast staande briefje. De redactie had erboven gezet: Geert van Oorschot stelde het op prijs dat de volgende mededeling opgenomen zou worden: Ondergetekende is nu gestorven en gecremeerd. Ik vraag de zeer vele wanbetalers eindelijk het fatsoen op te brengen om hun achterstallige schulden (soms van meerdere jaren) eindelijk te betalen. En ik vraag iedere abonnee die op Tirade gesteld is eèn abonnee te winnen, want Tirade komt er enkele honderden te kort om te kunnen blijven voortbestaan. Minzaam aanbevelende Dr. G.A. van Oorschot |
Over R.J. Peskens
- 1 hoofdstuk: 'G.A. van Oorschot. Van boeken-negotie tot de Russen' in 'Boekmakers: portretten van uitgevers' van R. Boltendal (1965)
- Paul Mattens, 'Voorschot op Van Oorschot' (doctoraalscriptie, niet gepubliceerd) (1983)
- Jan Croes en Steffen Westra, 'Uit he volk, voor het volk. De ontwikkeling van de politieke en literaire ideeën en activiteiten van G.A. van Oorschot, vanaf zijn jeugd tot de oprichting van zijn uitgeverij' (1985)
- Een bijdrage over R.J. Peskens in 'Kritisch Lexicon van de Nederlandstalige Literatuur na 1945' door August Hans den Boef (november 1984/november 1997)
- 2 anekdoten over Geert van Oorschotl in 'Het literair anekdoten boek', samengesteld door John Müller (1988)
- Jeroen Brouwers, 'Het tuurtouw. Ter herinnering aan Geert van Oorschot' (1989)
- 1 hoofdstuk: 'R.J. Peskens - Twee vorstinnen en een vorst' door August Hans den Boef in 'Lexicon van Literaire Werken' (april 1989)
- R.J. Peskens, Schrijversmap, bibliotheekwinkel (1992)
- 1 bespreking: 'R.J. Peskens - Twee vorstinnen en een vorst' in 'Panorama van de Nederlandse letterkunde. Beknopte besprekingen van 75 Nederlandse literaire werken' van C. Gerritsma (1993)
- Ruud A.J. Kraayeveld, 'Over R.J. Peskens Twee vorstinnen en een vorst en Mijn tante Coleta' (1994)
- Gert Jan de Vries, 'Ik heb geen verstand van poëzie. G.A. van Oorschot als uitgever van poëzie' (1995)
- 1 hoofdstuk: 'R.J. Peskens - Mijn tante Coleta' in 'Boekenlijst Nederlands. Vragen en antwoorden bij de 50 meest gelezen Nederlandse boeken' van Frans Lennaerts (2000)
- 1 gedicht: 'I.M. Geert van Oorschot' in 'De kam' van Rogi Wieg (2007)
- 1 hoofdstuk: 'Het tuurtouw. Ter herinnering aan Geert van Oorschot' in 'Gezichten, gestalten' van Jeroen Brouwers (2011)
- Een hoofdstuk ''Ik ben geworden, die ik was' Geert van Oorschot, uitgever' in 'In Luiletterland: tussen schrijvers, uitgevers en andere curieuze letterheren m/v/x' van Wim Huijser (2018)
Diversen: (Zonder een schijn van volledigheid)
- 'Twee vorstinnen en een vorst' werd in 1979 uitgegeven als Grote letterboek.
- 'Twee vorstinnen en een vorst' en 'Mijn tante Coleta' werden in 1981 samen verfilmd door Otto Jongerius, met als titel: 'Twee vorstinnen en een vorst'.
- In 1982 kwam het drieluik 'Het verleden' uit. Bas van der Lecq, Bram van Erkel en Roy Logger baseerden zich op de verhalen 'Uitgestelde vragen', 'Mevrouw Katrien' en 'Mevrouw Van der Putte'.
- De memoires van Geert van Oorschot werden gestolen uit de kofferbak van zijn auto. Ze zijn nooit meer gevonden.
- Bulkboek 136 was aan R.J. Peskens gewijd, met als titel: 'Uitgestelde vragen en andere verhalen' (1984)
- Moeder uit 'Twee vorstinnen en een vorst' werd door Inez van Eijk en Rudi Wester beschreven in hun 'Honderd helden uit de Nederlandse literatuur'.
- 'Twee vorstinnen en een vorst' werd in 1986 door C.J. Aarts en N. van der Meulen in hun boek 'Het literair eeuwboek. Honderd jaar het boek van het jaar' uitgeroepen tot het beste boek van 1975.
- 'Mijn Tante Coleta' verscheen in 1984 als Grote letterboek.
- 'Mijn Tante Coleta' verscheen in 1989 als Bulboek nr. 182.
- Voor 'De Bijenkorf' maakten Jan Croes, Jos Paardekooper, Jan Geerlings en Gerard Heijnen in 1990 'De Ideale Bibliotheek. 100 boeken die iedereen gelezen moet hebben'. Van R.J. Peskens namen zij op: 'Mijn tante Coleta' (op nr. 17) en 'Twee vorstinnen en een vorst' (op nr. 69).
- In de 'top-100' van boeken die scholieren in 1997 op hun lijst zetten staat 'Mijn tante Colette' op nummer 38.
- 'Mijn tante Coleta' werd in 1998 uitgegeven als Penta-pocket.
- 'Mijn tante Coleta' werd in 2000 uitgegeven in de 'boektoppers-serie'.
- 1 portret van Geert van Oorschot in '222 schrijvers. Literaire portretten' van Eddy en Tessa Posthuma de Boer (2005), met het citaat 'Elk verhaal wint bij rigoureuze schrappingen. De meeste verhalen kunnen beter helemáál geschrapt worden, hetgeen ik tot mijn verlichting de laatste jaren veelvuldig gedaan heb.'
- Een portret (olieverf op doek) van G.A. van Oorschot door Hans Bayens, gemaakt in 1982, in 'Schrijversportretten', samengesteld door Sjoerd van Faassen, Pauline Bloemsma en Hester Quist (2010)
Literaire prijzen
De prijzen die Van Oorschot kreeg waren meestal niet voor zijn literaire werk, maar voor zijn activiteiten als uitgever.- D.A. Thieme-prijs 1953
- Prozaprijs van de gemeente Amsterdam 1963 voor het verhaal 'Mevrouw de Valdon'
- 'Twee vorstinnen en een vorst' was in de verkoopoverzichten van 'HP/De Tijd' het best verkochte boek van 1976
- Laurens Jansz. Coster-prijs 1977 voor zijn verdiensten voor de wereld van het boek
- Jaap van Praag-prijs van het Humanistisch Verbond 1979
- Eredoctoraat in de Letteren aan de Katholieke Universiteit
Brabant (november 1986)
Je zult ondertussen al wel de uitnodiging voor het 'ere-doctoraat-feest' ontvangen hebben. Het is eigenlijk allemaal een beetje overdreven vind ik. Een arbeider behoort zijn werk goed te doen en dat heb ik geprobeerd. Het is natuurlijk wel plezierig als je waardering voor je werk ondervindt, maar moet dat extra 'beloond of geprezen' worden?
Het is ook een beetje een vreemd huis waarin ik nu terecht ben gekomen, maar een katholieke universiteit die een atheïst, een sociaal democraat met anarchistische afwijkingen, een dwarsligger met zo'n doctoraat 'eert' is eigenlijk niet katholiek meer.
(Geert van Oorschot in een brief aan Ant ter Braak, 05-11-1986, Brieven van een uitgever, blz. 22)
Biografische opmerkingen
- Geert van Oorschot komt uit een 'rood' nest. Zijn vader was voor de SDAP gemeenteraadslid in Vlissingen. Na de Tweede Wereldoorlog was hij dat voor de PvdA. Ook was hij wethouder van Vlissingen.
- Zijn broer Adrie (1920-2004) was goochelaar en acteur en was van 1965 tot 1985 de nationale Sinterklaas van wie de intocht op televisie te zien was.
- Geert van Oorschot volgde de lagere school en de HBS in Vlissingen. Hierna ging hij (op de fiets) naar Rotterdam, waar hij als bootwerker in de haven ging werken, omdat hij niet via een beurs wilde studeren.
- Al jong was hij in Vlissingen (bestuurs)lid van diverse socialistische verenigingen.
- Hij had links-radicale denkbeelden. In totaal zat hij zo'n tien maanden in de gevangenis, o.a. wegens dienstweigering en belediging van de minister-president Colijn en het bevriende staatshoofd Hitler.
- Geert van Oorschot was hoofdbestuurder van de Jeugdbond van Onthouding, een socialistische vereniging die het alcoholgebruik bestreed. Hij hield veel lezingen en was bekend als een getalenteerd spreker. Zijn afkeer van sterke drank heeft hij later overwonnen.
- In 1932 werd hij, met zijn vriend Jacques de Kadt, lid van de Onafhankelijke Socialistische Partij. Van Oorschot werd voorzitter van de federatie in Rotterdam. Hij stapte uit de partij toen deze opging in de Revolutionair Socialistische Partij.
- In 1934 ging hij huis-aan-huis boeken verkopen.
- Hij werkte bij enkele grote uitgevers. Vanaf 1936 bij Stols en vanaf 1939 bij Querido.
- Geert van Oorschot is twee keer getrouwd geweest. In 1933 en in 1943. Hij kreeg vier zoons (Geert, Levien, Guido en Wouter).
- Na de Tweede Wereldoorlog (in augustus 1945) begon hij met zijn tweede vrouw een eigen uitgeverij, toen al op Herengracht 613.
- Geert van Oorschot was uitgever van een groot en belangrijk fonds. Hij gaf o.a. uit: het complete werk van couperus, Menno ter Braak, Multatuli. Ook gaf hij vertalingen uit van vrijwel alle belangrijke Russische schrijvers in zijn beroemde 'Russische Bibliotheek'. Bekende schrijvers in zijn fonds waren ook Gerard Reve en Willem Frederik Hermans, zij vervreemdden later van Van Oorschot.
- Zijn dichtbundels uit de dertiger jaren bleven zonder succes. Deze gedichten in deze bundels waren links-radicaal van inhoud. Zelf was hij in die jaren ook in deze richting politiek actief.
- Geert van Oorschot was actief in de SDAP, later in de PvdA. Begin jaren zeventig stapte hij over naar DS'70. Poltiek was Van Oorschot een navolger en aanhanger van De Kadt. De Kadt kreeg ook ruim de gelegenheid zijn politieke ideeën in 'Tirade' uiteen te zetten. Dit leverde Van Oorschot regelmatig conflicten op met de overige redactieleden.
- 'Twee vorstinnen en een vorst' en 'Mijn tante Coleta' kunnen beschouwd worden als autobiografische roman. Geert van Oorschot werd verliefd op de hoofdrolspeelster, Linda van Dijck en zo eigenlijk voor de tweede keer op zijn tante.
- Hij schreef proza in korte zinnen met plechtige, ouderwets aandoende woorden.
- Uit de briefwisseling met M.Vasalis blijkt dat hij veel van zijn verhalen voor publicatie eerst aan Vasalis voorlegde.
- De publicatie in boekvorm van zijn verhalen zegt niets over de periode waarin hij ze geschreven heeft. In 'De man met de urn' (1981) staan bijvoorbeeld verhalen die in de jaren vijftig in Tirade werden gepubliceerd en wellicht nog eerder werden geschreven.
- Voor Van Oorschot was zijn uitgeverij zijn levenswerk. Zijn literaire werk kwam voor hem op de tweede plaats.
- Guido, zoon van Geert en Hillie (Hilletje) van Oorschot heeft in oktober 1963 zelfmoord gepleegd. Van Oorschot heeft dit nauwelijks kunnen verwerken. Er is wel beweerd dat het gezamenlijk verdriet het huwelijk bijeen hield. Geert van Oorschot heeft een boek over de zelfmoord van zijn zoon geschreven, (Jeroen Brouwers heeft het ooit gelezen) maar het manuscript is niet in zijn nalatenschap aangetroffen.
- Zijn tweede vrouw overleed in 1979.
- Van Oorschot woonde in Loenersloot.
- Bij het veertigjarig jubileum van de uitgeverij (1985) trad hij terug als uitgever. De uitgeverij werd voortgezet door zijn zoon Wouter van Oorschot en Gemma Nefkens.
- Geert van Oorschot leed aan leverkanker.
- Hij werd op 23-12-1987 gecremeerd in Crematorium Westgaarde in Amsterdam. Op 11-02-1988 is zijn as daar ook verstrooid.
Anderen over R.J. Peskens
- Het onbevredigende gevoel dat deze twee boeken van Peskens toch achterlaten, heeft ook te maken met het ontbreken van een voor mij essentieel element. De betrokkenheid van Peskens bij wat hij schrijft is die van een verteller en die is niet minder maar wel anders dan die van een schrijver. (Carel Peeters, VN, 26-12-1976)
- Wie de stem van uitgever Van Oorschot heeft gehoord in de nieuwe Nederlandse speelfilm Twee vorstinnen en een vorst kan weten hoe hij schrijft als R.J. Peskens. Hoekig, korzelig, direct, melancholiek meeslepend, woedend en met een groot gevoel voor timing. (J. Huisman, AD, 09-10-1981)
- Geert van Oorschot. Wat is dat toch een onsympathieke en domme man! Hij misbruikte de uitzending door reclame te maken voor zijn uitgeverij, door bijvoorbeeld zo'n onbeduidende figuur als Alberts naar voren te schuiven. Boenders faalde deerlijk, hij deed geen poging van de eigengereide monoloog een dialoog te maken. (Hans Warren, Geheim dagboek 1984-1987, blz. 133, 18-03-1985)
- De uitgever A.A.M. Stols hield er, als zovele uitgevers, een magazijn op na waar hij niet alleen duizenden onverkochte boekjes bewaarde, maar ook enorme stapels vellen, restant-oplagen die voorzichtigheidshalve nog niet naar de binder waren gestuurd. Op een dag moest zijn secretaresse Annie Suiker iets uit dat magazijn halen. Tot haar schri vernam zij bij het betreden van het donkere pand een onheilspellend geruis. Haar eerste gedachte was lekkage. Zij maakte licht en ontwaarde de vertegenwoordiger Geert van Oorschot, die bovenop een manshoge stapel vellen stond en onbekommerd zijn water liet lopen. (Floris Mansarde en Diederik van Stolberg, Nu wordt het toch tijd voor een borrel, blz. 19)
- Geert van Oorschot hield er zijn eigen omgangsvormen op na, directere die hartveroverend konden zijn, maar menigeen ook dikwijls kopschuw maakten of argelozen vrees inboezemden, zodat zij vluchtneigingen vertoonden. Van die laatste reacties heb ik in mijn langdurige omgang met Geert van Oorschot nooit last gehad. Mijn hart veroverde hij gaandeweg, alle merkwaardigheden, strubbelingen en mystificaties ten spijt. Ik verlies in hem een vriend aan wie ik vele verrassende en vermakelijke uren heb te danken. Het betekent niet dat ik niet soms ook woedend op hem ben geweest. (Adriaan Morriën, Volkskrant, 22-12-1987)
- Hij bezat de gave niet alleen de mensen in zijn naaste omgeving, maar ook de fortuin naar zijn hand te kunnen zetten. Zonder geluk vaart geen uitgever wel, maar hij wist het geluk op de beslissende momenten te mobiliseren. (Jaap Goedegebuure, Tirade 314, januari/februari 1988, blz. 7)
- Geert van Oorschot was iemand die zijn overtuigingen trouw bleef, al zouden ze onder zijn voeten in een brandstapel veranderen. Het vrije woord van de zelfstandig denkende mens, dáár stond hij voor. Dat hij op de koop toe een engel was, mocht je niet verlangen. Trouwens, wat zou hij dan saai zijn geweest! Zo helemaal niet Van Oorschot. (Wim Zaal, Elsevier, 02-01-1988)
- Ronald Giphart schrijft gemiddelde boeken voor gemiddelde jonge mensen. Geert van Oorschot zou zijn werk zeer waarschijnlijk niet hebben uitgegeven. Hij zou het te plat en te onbenullig hebben gevonden. Maar ook Van Oorschot maakte wel eens een fout, hij had niet per definitie gelijk. Zo liet hij het eerste boek van Maarten Biesheuvel aan zijn neus voorbijgaan. Ik hield van Geert van Oorschot. Hij is al bijna tien jaar dood en ik mis hem. (Rogi Wieg, Liefde is een zwaar beroep, blz. 38)
- Maar dit was vroeger, tamelijk lang geleden, - toen hij nog niet de ijdele Bekende Nederlander was geworden en van zijn persoonlijkheid een ingestudeerde en met veel schmiere vertolkte 'karakterrol' had gemaakt. Van deze rol, - Cyrano de Bergerac op z'n narrigst, voor het voetlicht of de tv-camera gebracht door een vermolmde kurkeik met het stemgeluid van een misthoorn, - gaf hij zoveel reprises, dat hij ten slotte zijn eigen cliché was geworden. Ik had veel sympathie voor hem, - maar als hij in het openbaar die 'rol' weer begon te spelen, vond ik hem onuitstaanbaar; hij stelde zich aan, hij was onecht. (Jeroen Brouwers, Gezichten, gestalten, blz. 10)
Mijn favoriete citaat
Ja, kijk es, ik heb nog nooit een bestseller uitgegeven.
En nou wil ik de ene keer dat ik een bestseller uitgeef,
die niet door een andere uitgever in de handel laten brengen.
(G.A. van Oorschot, over 'Twee vorstinnen en een vorst',
geciteerd in 'Het literair eeuwboek. Honderd jaar het boek van het jaar')
Bronnen o.a.
- Lexicon van de moderne Nederlandse literatuur (1978)
- Kritisch Lexicon van de Nederlandstalige Literatuur na 1945 (november 1984/november 1997)
- Spectrum Nederlandstalige auteurs (1985)
- Nederlandse literaire prijzen 1880-1985 (1986)
- Winkler Prins lexicon van de Nederlandse letterkunde (1986)
- Tirade (januari/februari 1988)
- Prisma van de pseudoniemen (1992)
- Uittreksel top-100
- Oosthoek Lexicon Nederlandse & Vlaamse literatuur (1996)
- Hans Heesen e.a., Waar ligt Poot? (1997)
- Mijn tante Coleta (boektopper 2000)
- Schrijvers. 2000 auteurs van de 20e eeuw van A tot Z (2002)
- Website van de Koninklijke Bibliotheek (november 2018)