Kees Stip
Profiel
Achternaam: Stip
Roepnaam: Kees
Voornaam: Cornelis Jan
Geboren: 25-08-1913
Te: Veenendaal
Overleden: 27-06-2001
Te: Winschoten
Pseudoniem(en): Kees Stip publiceerde zijn diergedichtjes onder het pseudoniem Trijntje Fop in diverse kranten. Kees Stip publiceerde ook onder de pseudoniemen Chronos, Katrijn, McMesser, Nike en Tips.
Miljarden jaren ben ik dood geweest,
en ik leef nog geen eeuw of het is alweer zo.
(Kees Stip, Geen punt, blz. 36)
Voor tweedehands boeken | Ook van Kees Stip |
Raban Internet Antiquariaat | Klik hier ! |
Bronzen koppen van Kees Stip, gemaakt door Hanneke Zwart, aan het Kees Stipplein in Veenendaal (sinds september 2013).
Werk
Poëzie
- Bij aankoop van een boek (rijmprent) (1942)
- Dieuwertje Diekema, een lied in dertig verzen waar geen woord Spaansch bij is (1945 - in 1943 al clandestien verschenen)
- The digging Dutchman (rijmprent) (1945)
- De goede herberg (rijmprent) (1945 of 1946)
- Vijf variaties op een misverstand : dat is de droevige geschiedenis van Pyramus en Thisbe behandeld in de trant van enige Nederlandse dichters (1950)
- Ballade van de honderd vrijers (1951)
- De dierkundige dichtoefeningen van Trijntje Fop, Uit Pennewips nalatenschap vergaard (1955)
- Beestachtigheden (1956)
- Zoo zoo: nieuwe beesten van Trijntje Fop (1959)
- Het Testamentum Tudderense of Printing came from Holland (1960)
- Vis à vis: nieuwe beesten van Trijntje Fop (1962)
- De peperbek (1966)
- De peperbek en andere beesten (1967)
- Dieuwertje Diekema/Vijf variaties op een misverstand/Beestachtigheden (verzamelbundel) (1967)
- Op een bok (rijmprent) (1980)
- Beestenboel van Trijntje Fop (verzamelbundel) (1981)
- Dames, dames... tien limericks (bibliofiel, 150 ex.) (1981)
- Mensen wat 'n beesten (1982)
- B is het boekje (bibliofiel, 150 stuks) (1982)
- Drie werelden (bibliofiel, 50 ex.) (1982)
- Van aap tot zevenslaper: het alfabed opgeschud door Trijntje Fop (1983)
- Au! De rozen bloeien: sonnetten van bedreigd geluk (1983)
- Dieuwertje Diekema (met knipsels van Tom van Weerden) (1983)
- Holle bolle Gijs: sonnetten en kwatrijnen op personen en toestanden in Den Haag en op het omliggende platteland opgedragen aan Gijs van der Wiel bij zijn afscheid als hoofdvoorlichter van 's lands verlichte hoofden kort na de idus van maart mcmlxxxiii (bibliofiel, 100 ex.) (1983)
- Een mooie melkkoe en andere beesten (1984)
- Zes variaties op een misverstand: dat is de droevige geschiedenis van Pyramus en Thisbe behandeld in de trant van enige Nederlandse dichters (1984)
- Nu stoppen de muizen op tijd (1985)
- In de vleeshal (rijmprent) (1985)
- De mens in het beest (of omgekeerd): rijm en onrijm over dier en ondier (bibliofiel, 150 ex.) (1985)
- Een kind met kikkerpoten: lof van het moedernaakte vaderland (1987)
- Marche militaire (rijmprent, 75 ex. t.g.v. 75e verjaardag Kees Stip) (1988)
- Het grote beestenfeest: de beste Trijntje Fops aller tijden (bloemlezing) (1988)
- Mag ik uw muze even lenen? (verzamelbundel) (1989)
- Barneveld : Barneveld, Garderen, Kootwijk, Voorthuizen, Kootwijkerbroek, Stroe, Terschuur, Zwartebroek, De Glind : Boeschoten, Essen, Esveld, Garderbroek, Harselaar, Kallenbroek, Wessel, Zeumeren (bibliofiel, 120 ex.) (1989)
- De gnoe (roofdruk, 20 ex.) (1989)
- Op een bok (kaart) (1990)
- Groninger Kwatrijnen (bibliofiel, 50 ex.) (1991)
- Zes reiskwatrijnen (bibliofiele uitgave) (1991)
- Op een leeuw (kaart) (1992)
- Kwatrijn door Katrijn (bibliofiel, dubbelblad, 80 ex.) (1993)
- Lachen in een leeuw (verzamelde gedichten) (1993)
- Het Noorden (1 blad) (1994)
- Advies voor museumbezoekers (kaart) (1994)
- De mens in het beest of omgekeerd (bibliofiel, 150 ex.)
- Hij dicht zo licht, 3 ons gedichten van Kees Stip (afgewogen door Dick Welsink) (1996)
- Van je ras ras ras (vlinderdruk, 75 ex.) (1997)
- Ogotogot en Van je ras ras ras (bibliofiel, 75 ex.) (1997)
- Groningen straks (bibliofiel) (1997)
- Vijf beesten voor Hester V. (bibliofiel, 40 ex.) (2000)
- Het Hanengeschrei (in 'Swingt zaagt & schuurt' van Patty Scholten) (bibliofiel, 75 ex.) (2004)
- Drie levens van Blekebeen (2005)
- Verzamelstip I (2006)
- Bruiloft met stip: 'Zeeuwse' en 'Haagse' diergedichten van Kees Stip (bibliofiel, 10 ex.) (2012)
- In of uit de vleeshal (bibliofiel) (2006)
- Wel de kaart, niet het gebied: kwatrijnen van Kees Stip; en restjes Neerlands Hoop (bibliofiel) (2008)
- Op een big (nieuwjaarswens) (2008)
- Brand punt: de 'Zeeuwse' diergedichten van Kees Stip (biblioifel, 10 ex.) (2011)
- Beestenboel van Trijntje Fop (2013)
- Tongerlo, Den Haag, Parijs: drie plaatsgedichten (bibliofiel, 10 ex.) (2017)
- Puntgaaf: het mooiste en grappigste van Kees Stip samengesteld door Ivo de Wijs en Jaap Bakker (2022)
- Verzamelstip III (2022)
|
Dit is een keerboek, aan de andere kant is het 'Sven de bevrijder', door Drs. P. |
Voor kinderen:
- Sijmen kan rijmen (1985)
- Mijn beesten staan er gekleurd op (illustraties van Katja Stip) (1986)
Proza
- Ezelsoor (1957)
- Olvehpolis (Uitgave: Onderling Levensverzekering Genootschap) (1962)
- Pietje Pelle's ruimtereis (Uitgave: Gazelle) (1963)
- Pietje Pelle, de schildpad en de haas (Uitgave: Gazelle) (1964)
- Geen punt (1998)
Voor kinderen:
- Welvaart. Welzijn. Nietzijn (uitgave van N'70)
- Spoken zijn toch niet zwart (1989)
Toneel
- Deus ex machina (spel in één bedrijf) (1965)
Overige non-fictie
- Het Testamentum Tudderense, of, Printing came from Holland (1960)
- Verzuiling: een Nederlands probleem, al of niet voorzichtig benaderd (met anderen) (1959)
Vertalingen/bewerkingen
- Jeanne Willis, Draakje Daan in een donderbui (1995)
Kees Stip vertaalde met Katja (zijn vrouw) kinderboeken van Dr. Seus:
- Meneer de Bruin doet boe! en hoe! (1974) (oorspr. Mr. Brown can Moo! Can you?, 1970)
- De kat met de hoed (2e druk, 1975) (oorspr. The cat in the hat)
- Visje een, visje twee, visje visje in de zee (2e druk, 1975) (oorspr. One fish two fish red fish blue fish)
- Groene eieren met ham (1972) (oorspr. Green eggs with ham)
- De kat met de hoed komt terug (1973) (oorspr. The cat in the hat comes back)
- Stap op pap (1973) (oorspr. Hop on pop)
- Fokke op sokken (1973) (oorspr. Fox in socks)
- Denk er maar eens lekker op los! (oorspr. Oh, the things you can think!, 1975)
- Slurfje past op het ei (ca. 1974) (oorspr. Horton Hatches the Egg, 1940)
- Xildbad de schildpad en andere verhalen (1973) (oorspr. Yertle the Turtle, 1950/1951)
- Het voetenboek (1974) (oorspr. The Foot Book, 1968)
- Je bent nog niet in Niemandsverdriet (1974) (oorspr. I had trouble in getting to Solla Sollow, 1965)
- Het slaapboek (oorspr. Dr. Seuss's Sleep Book, 1962)
- De fnuiken en andere verhalen (1973) (oorspr. The Sneetches and other stories, 1950)
- De Lorax (1974) (oorspr. The Lorax, 1971)
- Ik heb een Gak in mijn zak! (1976) (oorspr. There's a wocket in my pocket!, 1974)
- Denk er maar eens lekker op los! (1976) (oorspr. Oh, the thinks you can think!, 1975)
Ook vertaalden ze kinderboeken van Stanley en Janice Berenstains
- Beertje hij, beertje zij (1976) (oorpr. He Bear, She Bear, 1975)
- De honing jacht (1974) (oorspr. The Big Honey Hunt, 1962)
- De fietsles (1974) (oorspr. The Bike Lesson, 1964)
- De beren gaan piknikken (1975) (oorspr. The Bears' Picknick, 1966)
- De beren als padvinders (1975) (oorspr. The Bear Scouts, 1967)
- De beren op vakantie (1975) (oorspr. The Bears' Vacation, 1968)
- De speurberen: de zaak van de verdwenen meloen (1976) (oorspr. The Bear Detectives, 1975)
Kees Stip schreef een voorwoord voor
- Charivarius, Rid- en Runders en andere verzen (Bloemlezing) (1986)
- Alexander Pola, 'De Taal der Dingen' (1989)
Kalenders
|
Bloemlezingen
Films
(scenario en/of regie van Kees Stip)- De les van Londen (1948)
- De Staten Generaal (1951)
- Wij leven vrij (1952)
- De les van Londen (1952)
- De Watersnoodramp (1953)
- Il y aura toujours un lendemain (1954)
- De vlag (1955)
- Doe het zelf (1961)
Tijdschriften
- Tijdens zijn studie werkt Stip onder Verschillende pseudoniemen mee aan 'Vivas voco' (tijdschrift van de studentenvereniging Unitas) en U.S.R.Boek (jaarboek van de studentenvereniging Unitas). Hij gebruikt hiervoor o.a. het pseudoniem Tips.
- Kees Stip publiceerde in het tijdschrift 'Columbus', 'Parade der propheten'.
- Kees Stip werkte mee aan 'Podium'.
- Kees Stip publiceerde zijn diergedichtjes van 1952 tot 1982 onder het pseudoniem Trijntje Fop in diverse kranten/tijdschriften, o.a. in 'De Volkskrant', 'Elsevier' en in regionale bladen.
- In het damesweekblad 'De Prinses' stonden zijn versjes als 'Prinsesseboontjes'.
- Onder het pseudoniem Chronos werkte Kees Stip mee aan 'De Tijd'.
- In NRC-Handelsblad verschenen vierregelige versjes van Kees Stip onder de kop 'Versvoetstoots'.
- Kees Stip hoorde (met bijv. Drs. P, Jan Boerstoel, Ivo de Wijs en Jean-Pierre Rawie) bij een groep 'plezierdichters' rond het tijdschrift 'De Tweede Ronde', die met hun light-verse ook in het land optraden.
- Kees Stip schreef cursiefjes (proza dus) voor de bladen van de G.P.D.
- Kees Stip publiceerde o.a. in 'Hermeneus', 'Apollo, 'Parade der profeten', 'Aarts' letterkundige almanak', 'Dietsche Warande & Belfort', de 'Haagse Courant' en 'Elseviers Weekblad'.
Over Kees Stip
- Een hoofdstuk: 'Met en zonder moralistische bedoelingen' in 'Concurreren met de sterren' van Adriaan Morriën (1959)
- 1 hoofdstuk: 'Kees Stip' in 'Het literair pseudoniemenboek' van Wim Hazeu (1987)
- Piet Grijs, 'Vrijdag? Dit moet cultuur zijn! (1989)
- 1 (jeugd)foto met begeleidende tekst in 'De gevoelige plaat', redactie Lisa Kuitert en Mirjam Rotenstreich (1995)
- Dick Welsink, 'Index op aardrijkskundige namen uit Het grote beestenfeest van Kees Stip' (bibliofiel, 11 ex.) (1996)
- 'Vier lichte letterheren' Schrijversprentenboek, onder redactie van Aad Meinderts en Dick Welsink, bijdrage over Kees Stip door Cees van der Pluijm (1999)
- 'Stip R.I.P. : gedichten voorgedragen bij de crematie van Kees Stip te Emmen op 2 juli 2001' (2001)
- Andé van Dijk, 'Aandacht voor: Kees Stip: de in Veenendaal geboren dichter van Dieuwertje Diekema, Trijntje Fop en nog veel meer' (2001)
- Hette Wassenaar, 'In de hoofdrol: Kees Stip', uitgave in eigen beheer, 50 exemplaren (2004)
- Hette Wassenaar, 'Herinneringen aan Kees Stip' (2005)
- Een hoofdstuk over Kees Stip: 'Een Veense relatie' in 'Een Gelders Verhaal. Meester Van de Westeringh en Gelders Veenendaal' van Wout Jansen (2006)
- Hette Wassenaar, 'Kees Stip: de man die een dag met een woord bezig kon zijn en andere verhalen' (in eigen beheer, 2008)
- Petra Boelhouwer en Mats Beek, 'Kees Stip. Leerjaar 2009-2010' (lesbrief voor de 3e klassen VO) (2009)
- Petra Boelhouwer en Mats Beek, 'Op één lijn met Kees Stip' (2010)
- Hette C. Wassenaar, 'Kees Stip, de man die een dag met een woord bezig kon zijn en andere verhalen': gebruitke documentatie
- dossier 1: Overdrukken uit jaarboeken Unitas 1937/1938/1939. Dodeka: verslag van een club van afgestudeerden Klassieke Talen, Universiteit Utrecht (50-jaar Dodeka)
- dossier 2: Kees Stip en films/documentaires: gedetailleerde beschrijving van de documentaires. Overdruk van enkele pagina's van het boek De documentaire film. De wereld van Polygoon, zo fout als wat
- dossier 3: De Ilse Boon-documentatie: het testament Tuddenense (1960). Afscheid Gijs van der Wiel. De Mieke Bloemendal-documentatie
- dossier 4: De Patty Scholten-documentatie. Drs. H.H. Polzer. Ivo de Wijs
- dossier 5: In chronologische volgorde: krantenartikelen en interviews, periode 1920-1988, onder meer: Het Veens volkslied, de dagboeken van Wim Kan, Dr. Seuss/Berenstain-kinderboeken, de zilveren griffel en veel meer
- dossier 6: In chronologische volgorde: krantenartikelen en interviews, periode 1988-2005, onder meer: commentaren op Het grote beestenfeest en Lachen in een leeuw. Het overlijden van Kees Stip: reacties in de pers - 1 hoofdstuk: 'Kees Stip en zijn dierengedichten' in 'het verhaal van Veenendaal. Een ontdekking aan de hand van zeven thema's' van Paul Voogsgerd (2012)
- Gerrit Komrij becommentarieert het gedicht 'Op een lapjeskat' van Kees Stip in 'Tussen hemel en aarde' (2013)
- Hans ter Heijden, 'Ter Apel zien en dan sterven: wandelverhaal over de Groninger jaren van dichter Kees Stip' (bibliofiel, 125 ex.) (2015)
- 1 gedicht: 'Op Kees Stip' in 'Vers gekruid' van Inge Boulonois (2020)
Knipsels van en over Kees Stip
Ik heb mijn Kees Stip-archiefje geïnventariseerd. Het is een te lange lijst om hier tussen te zetten. Daarom staan ze op een aparte bladzijde. Klik hier.
Diversen: (Zonder een schijn van volledigheid)
- 11 gedichten uit 'De dierkundige dichtoefeningen van Trijntje Fop' werden door Johannes Röntgen op muziek gezet: '11 dierkundige dichtoefeningen van Trijntje Fop' (1957)
- In 1962 verscheen een lp met 'Het carnaval der dieren' van Saint-Saëns, met een Nederlandse tekst van Kees Stip gesproken door Ted Logeman.
- Kees Stip noemt in 'Het favoriete personage' (1983) Solvejg uit Peer Gynt als zijn favoriete personage.
- Herman van Veen zingt op zijn LP 'Anne' (1985) het gedicht 'Verliefd' van Kees Stip.
- Kees Stip schreef enkele gedichten voor 'Het literair pseudoniemenboek' van de Bijenkorf (1987)
- Kees Stip schreef een E-triolet op verzoek van Drs. P en Paul Lemmens voor 'Nieuwe vergezichten. Dertien fonkelnieuwe versvormen' (1989)
- Kees Stip werkte mee aan het NOS-radioprogramma 'Wat een
taal'. De versjes die hij hiervoor schreef zijn terug te vinden
in de boekjes die van dit radioprogramma verschenen: 'De tekens'
(1984), 'De dagen' (1984) en
'Het heden' (1984). In 'De tekens' maakte Kees Stip een versje
op elke letter van het alfabet. Bijvoorbeeld:
De G
De harde G, de zachte G,
je zou het niet verwachten,
maar ik, van tussen deze twee,
heb toch geen halve zachte.
- 'Het grote beestenfeest' 6 composities voor drie-stemmig koor en combo van Joop Stokkermans (1990)
- Patty Scholten droeg het gedicht 'De uil' in de bundel 'Ongekuste kikkers' (1997) op aan Kees Stip.
- Op haar CD 'Kalm, kalm en andere Nederlandse liedjes' (1998) zingt Jasperina de Jong vijf diergedichten van Kees Stip, op muziek gezet door Johannes Röntgen.
- Voor het jaar 1998 werd er een scheurkalender uitgegeven met voor/op elke dag een dierversje van Kees Stip.
- 'Allemachtig... Kees Stip LXXXV: aangeboden door collega-dichters, een editeur en een uitvreter' (bibliofiel, 60 ex.) (1998)
- Van april tot september 1999 werd in het Letterkundig Museum in Den Haag de tentoonstelling 'Vier lichte letterheren', van welke vier Stip er één is, gehouden (de anderen zijn Godfried Bomans, Simon Carmiggelt en Kees van Kooten).
- Eind 1999 gaf Calvé bij de sausflesjes vier plastic servetringen met dierenversjes van Kees Stip weg. In de televisiereclame sprak men van 'limericks' wat deze zesregelige dierenversjes natuurlijk niet zijn!
- Uitgeverij Rivendell brengt een T-shirt op de markt, bedrukt met het gedicht 'Haiku' (Wie links of rechts denkt / spaart de helft van zijn hersens / maar het hart zit links) van Kees Stip.
- 'STIP R.I.P.'. Gedichten voorgelezen bij de crematie van Kees Stip te Emmen op 2 juli 2001 (bibliofiel, 75 ex.) (2001)
- De zanggroep 'Pur Sang' uit Etten Leur heeft zich toegelegd op het zingen van poëzie. Ze zingen ook op muziek gezette gedichten uit 'Het grote beestenfeest'.
- Kees Stip leest 4 gedichten op 'Ode aan de Nacht. het beste uit De Nacht van de Poëzie', samenstelling Anneke van Dijk en Koen Vergeer (4 CD's, 2005)
- Henk de Koning zette 5 gedichten op muziek, bestemd voor kinderkoren. De bundel heet: 'Op drie mollen' (2007)
Literaire prijzen
- Dichterswedstrijd van Wed. G. Oud Pz. & Co N.V. 1944 voor 'Heer Bachus'.
- De Nieuwe Clercke-Pico Bello-prijs 1984
- De Tweede Ronde-prijs 1985
- Zilveren griffel 1988 voor 'Mijn beesten staan er gekleurd op'.
- Kees Stip werd in 1995 (28 april) Ridder in de Orde van Oranje-Nassau.
Op deze mooie dag in mei
draaf ik als ridder door de wei
en laat waar ik ook ga of sta
een spoor van riddersporen na.
(Kees Stip, Geen punt, blz. 16)
Kees Stip was lid van de jury voor volgende prijs:
- Dichterswedstrijd van Wed. G. Oud Pz. & Co N.V. 1944.
In 1985 stelde het tijdschrift 'De Tweede Ronde' De Tweede Ronde-prijs in. Hij werd de eerste keer toegekend aan Kees Stip en onmiddellijk omgedoopt in 'Kees Stip-prijs. In 1986 werd deze prijs toegekend aan Drs. P.
Biografische opmerkingen
- Kees Stip werd geboren in Veenendaal, op Nieuweweg 85 (nu 66). Soms wordt als zijn geboorteplaats Ede opgegeven. Formeel klopt dat, want tot 1960 hoorde een gedeelte van de plaats Veenendaal bij de gemeente Ede (Gelders Veenendaal). Zijn vader - Jan Stip - was in Veenendaal boekhouder bij een textielfabriek en voorzitter van de Oranjevereniging. Zijn moeder was Ottolina Johanna Anbeek.
- Kees Stip ging in Veenendaal naar de openbare lagere school. Het gezin verhuisde in 1925 naar de Kerkewijk 131.
- Kees Stip volgde de HBS in Amersfoort. Hij deed eindexamen in 1931.
- Kees Stip schreef een volkslied voor Veenendaal. In zijn boek 'Geen punt' (1998) vertelt hij hoe dit tot stand kwam. In dit boek haalt hij ook andere herinneringen aan zijn geboorteplaats op.
- Kees Stip studeerde klassieke letteren, Sanskriet en Indische talen in Utrecht en was lid van de sociëteit Unitas (hier ontmoet hij o.a. Leo Vroman en Anton Koolhaas). Na het behalen van het kandidaatsexamen stopte hij met deze studie.
- Na het afbreken van zijn studie werd Kees Stip dienstplichtig reserve-officier. Tijdens de mobilisatie (november 1939) werd hij gelegerd in Veenendaal, hij kon dus thuis overnachten.
- In de Tweede Wereldoorlog dook hij onder in Kootwijkerbroek om niet naar Duitsland gedeporteerd te worden. Later heeft hij o.a. in Siddeburen ondergedoken gezeten.
- In Siddeburen werd in 1978 aan de Oudeweg een stenen bok
onthuld, gemaakt door Ton van Dijk. Dit is de bok uit de volgende
'Trijntje Fop':
In Siddeburen was een bok
die machtsverhief en worteltrok.
Die bok heeft onlangs onverschrokken
de wortel uit zichzelf getrokken,
waarna hij zonder ongerief
zich weer in het kwadraat verhief.
Maar 't feit waardoor hij voort zal leven
is, dat hij achteraf nog even
de massa die hem huldigde
met vijf vermenigvuldige.
Al sinds eind jaren zestig stond een ander beeld van een bok (maar zonder verwijzing naar Kees Stip), gemaakt door Andries Najer, bij feestzaal Tivoli in Siddeburen.
Als alle plaatsen die genoemd worden in de gedichten van Kees Stip dit voorbeeld volgen, dan kunnen op heel wat pleinen en straten nog beelden van dieren onthuld worden! - In zijn onderduiktijd schreef hij cabaretliedjes voor Hetty Blok en voor Wim Ibo, zoals de parodieën 'Dieuwertje Diekema' (uitgegeven in 1945, niet als Kees Stip, maar als C. Stip) op 'Maria Lecina' (1932) van Weremeus Buning en 'Vijf variaties op een misverstand' (uitgegeven in 1950) op Herman Gorter.
- Na de Tweede Wereldoorlog werkte Kees Stip bij de legervoorlichtingsdienst. Later bij de Rijksvoorlichtingsdienst. Voor de Rijksvoorlichtingsdienst maakte hij o.a. de anti-Russische film 'Wij leven vrij' (door 'De Waarheid betiteld als 'Wij liegen vrij')
- Hij woonde van 1947 tot 1961 op het Noordeinde in Den Haag.
- Kees Stip was van 1951 tot 1979 redactielid van het Polygoon-journaal. Toen hier getoond werd hoe de paus een grote hoeveelheid bromfietsen zegende op het Sint Pietersplein was het commentaar van Stip daarbij: 'Solex Deo Gloria'.
- Kees Stip trouwde op 21 september 1961 met Katja Weijnen. Het was haar tweede huwelijk.
- Bij het Polygoon-journaal ontmoette hij Joop Lücker, hoofdredacteur van 'De Volkskrant' die hem vroeg zijn versjes voor 'De Volkskrant' te maken. Ze verschenen tot 1964 twee keer per week (de eerste op 07-10-1952). Daarna stonden ze in 'Elsevier' ('Elsevier' betaalde 125 gulden per keer, 'De Volkskrant' met moeite 40 gulden) en in regionale kranten. Zijn (vaak 6-regelige) diergedichten verschenen zo in diverse tijdschriften van 1951 tot 1983.
- Ook in 'De Spiegel' verschenen zijn dierversjes. Hier liet men de laatste regel weg en vroeg de lezers dan, bij wijze van prijsvraag, om suggesties in te sturen. Dit ging Kees Stip te ver. Hij zei hiervan dat hij bij deze wedstrijd zelf nooit in de prijzen viel: 'de lezers maakten leukere, vonden ze'.
- Kees Stip was tot 1967 een vaste leverancier van grappen voor de conferences van Wim Kan.
- Behalve gedichten en cabaretteksten schreef Kees Stip scenario's en reclameteksten. Hij schreef enkele 'Pietje Pelle-boekjes' voor de Gazelle-fietsenfabriek.
- Het pseudoniem 'Trijntje Fop' is ontleend aan Multatuli's
'Woutertje Pieterse', waar meester Pennewip zijn leerlingen gedichten
laat schrijven. Een van die kinderen is Trijntje Fop en zij dicht:
'Trijntje Fop, op haar muts.
Ik heet Trijntje Fop,
En heb een muts op mijn kop.'
Wat haar van meester Pennewip het volgende commentaar opleverde: '- Niet kwaad...maar...laat zien...ja, zo is't beter...die beide laatste woorden verzwakken de indruk van het geheel, door derzelver overtolligheid. (Multatuli, Woutertje Pieterse, blz. 29) - Kees Stip wordt gerekend tot de 'Light-verse' dichters. Dit samen met o.a. Ivo de Wijs, Jean Pierre Rawie en Drs P.
- De kracht van Kees Stip ligt vooral in woordspelingen en verrassende rijmwendingen.
- Zelf vindt Kees Stip zijn sonnetten in 'Au! De rozen bloeien' (1983) zijn beste werk.
- Zijn vrouw Katja schreef ook zelf kinderboeken, bijv. 'Brumas de vreemde vogel' (1989)
- Zijn vrouw Katja overleed in september 1992. Daarna stopte Kees Stip met het geven van lezingen, wat hij de jaren daarvoor steeds samen met haar deed.
- Begin jaren negentig kreeg Kees Stip een klein herseninfarct.
- Kees Stip woonde vanaf 1978 in het Oost-Groningse plaatsje
Sellingen (tussen Laudermarke en Wessingtange) op Veenweg 5.
Stips huis in Sellingen (foto Wim Sanders) - In Sellingen is een uitkijkpunt in de vorm van de coulissen
van een theater: 'het Theater van de Natuur'. Op de traptreden
naar dit 'theater' staan gedichten. Op de eerste trede staat
het volgende gedicht van Kees Stip:
Waterlandschap
Hier bepalen
linealen
van kanalen
niet de loop
levend water
komt en gaat er
nu en later
is er hoop
- De PvdA-fractie in de gemeenteraad van Veenendaal heeft in 1997 voorgesteld een straat in de 'dichtersbuurt' naar Kees Stip te noemen. Dit voorstel werd toen niet aangenomen, maar in reserve gehouden voor "wie-weet-wanneer". De Straatnaamcommissie van Veenendaal stelde in september 2004 voor om het nieuw te bouwen cultuurplein (met o.a. bibliotheek en muziekschool) Kees Stipplein te noemen.
- Kees Stip overleed in het Lucas Ziekenhuis in Winschoten op woensdagavond 27 juni om 23.30 uur. Hij kreeg een hartstilstand, werd gereanimeerd en belandde in een coma, waarna hij overleed.
- Kees Stip werd op 02-07-2001 gecremeerd in Emmen.
Uit mijn weblog: 17 december 2007
Nog elke dag pak ik een paar van de boeken die ik bij Bupp Kuyper kocht. Vandaag was dat o.a. het boekje van Kees Stip: 'Ballade van de honderd vrijers'. Een wel heel vrije bewerking van een Grieks drama. Op de eerste bladzijde zette Stip zijn handtekening en schreef erbij: 'Geschreven 1945, Voorlaatste couplet 1975'. Op die voorlaatste bladzijde schreef hij (hoe waar):
vervuld van eigen mijmerijen,
de nood van zelfs de meest nabijen
en alle tranen die wij schreien
zijn tranen om ons eigen leed.
27 december 2007
|
Oud-collega Rigtje belde vanmiddag. Ze was haar zolder aan het opruimen en of ik een doosje boeken wilde hebben. Daar kan ik geen nee op zeggen. Er zit in ieder geval één verrassing tussen. Een boek met 275 liedjes, spelen en rijmen met al titel 'Het spel van moeder en kind'. De 8e druk, uitgegeven door De Toorts in Haarlem. Het boek is samengesteld door S. Troelstra-Boman de Boer (beter bekend als Nienke van Hichtum) en Jop Pollmann. De verrassing zit hem in de medewerkers: Dien Kes en C.J. Stip. Die laatste moet haast wel Kees Stip zijn. De eerste druk van dit boekje is van 1937. Heeft hij daar al aan meegewerkt, of pas aan een latere druk? Hij heeft tijdens de TweedeWereldoorlog ondergedoken gezeten in het noorden van het land, Heeft hij er toen aan meegewerkt? |
|
29 december 2007
Ik heb Het spel van moeder en kind', waar ik het eergisteren over had, nog eens goed bekeken om te zien waar de medewerking van Kees Stip nou eigenlijk uit bestond. Dat wordt al in het voorwoord duidelijk. Op blz. 15 schrijft Jop Pollmann: Behalve een uitvoerige inhoud hebben wij ook lijsten samengesteld met verklaring van de woorden die in het algemeen Beschaafd Nederlands onbekend zijn. Men leide hier niet uit af, dat het de bedoeling is de "oorspronkelijke" woorden te doen handhaven. We zouden integendeel iedereen willen aanraden met behulp van de woorden-lijsten de liedjes in de eigen taal, waar nodig in het eigen dialect, te transponeren. Het verheugt ons bijzonder, dat Kees Stip voor een aantal liederen heeft willen aantonen, hoe deze "vertaling" geschieden kan. De verzameling liedjes in dit boek is afkomstig uit alle delen van het land. Kees Stip heeft vijf van die kinderliedjes uit het dialect 'vertaald' in het Nederlands. Een voorbeeld. Een aardig voorbeeld bovendien, omdat het afkomstig is uit Veenendaal. Stip zal dus weinig moeite gehad hebben met de 'vertaling' ervan. 'Keintie' lijkt me echt Veens dialect. 'Leit' ook. Het afsluitende 'bee - ji' komt me niet zo Veens voor:
28 februari 2008
|
Recht tegenover het café in 'Graaf Floris' in Utrecht is het straatje het Hanengeschrei. Het is met recht een straatje, want meer dan twintig meter zal het niet zijn. Aan de kant van de Vismarkt hangt een vrij nieuw straatnaambord, met als extra aanduiding Museumkwartier. Aan de kant van de Choorstraat zit een duidelijk veel ouder straatnaambord. Misschien heeft Kees Stip dat bordje nog wel gezien, toen hij hier een zoen gaf aan een meisje dat net garnalencroquetjes had gegeten. |
|
De eigenaar van de winkel op de hoek van het Hanengeschrei heeft op zijn winkel het gedicht van Kees Stip aangebracht, op hout en in een lijstje:
|
En als je dan het gedicht nog eens goed naleest, dan blijkt er het één en ander veranderd te zijn in de loop der jaren. De foto links laat zien dat er in het Hanengeschrei nog steeds gefrituurde zaken worden gegeten. Maar het is nu patat en geen croquetjes meer, laat staan met garnalen.
|
|
Kees Stip krijgt een plein in zijn geboortedorp Veenendaal. Het zit al wat langer in de planning, maar nu is het ook in de officiële papieren voor het nieuwe deel van het stadscentrum 'Brouwerspoort' opgenomen. Hieronder een impressie van het 'Kees Stipplein' uit de folder 'Het nieuwe centrum'. Het Kees Stipplein wordt een plek waar de cultuur hoog in het vaandel staat. De bibliotheek komt er, het plaatselijke museum, de kunstuitleen, de volksuniversiteit, de muziekschool en de historische vereniging. Op de achtergrond staat de bewaarde schoorsteen van de Hollandia-wolfabriek. Op de voorgrond de Brouwersgracht, waarmee het water na tientallen jaren weer terugkeert in het centrum van Veenendaal.
Plaquette op geboortehuis Kees Stip
Op 20 januari 2001 werd op het geboortehuis van Kees Stip (Nieuweweg 66 in Veenendaal) door de huidige bewoonster een plaquette onthuld. Hieronder ziet u drie foto's van die gebeurtenis.
over leven en werk van (de in Veenendaal geboren) Kees Stip.
In de bibliotheek in Veenendaal (aan het Kees Stipplein) staat een door Ivo de Wijs geschreven gedicht over Kees Stip op een muur:
Anderen over Kees Stip
- Een zeer eigen toon in deze tijd wist Kees Stip te vinden, die een parodie heeft geschreven op Maria Lecina van J.W.F. Werumeus Buning. Die parodie Dieuwertje Diekema, een lied in dertig verzen waar geen woord Spaans bij is, heeft op slag succes gehad in ons land en een stencil ging van hand tot hand. Men wist dat de dichter zijn parodie aan Buning had gezonden, die er veel vermaak in schepte en dus werd besloten het gedicht uit te geven met een inleiding van hem. Wat geschied is. De parodie is een weinig beoefend genre in ons land en het moet gezegd dat Stip, naar men zegt een theologisch student, een kostelijk staal in dit genre jeeft geschreven. Buning vertelt in zijn inleiding, dat Stip ook goede verzen heeft geschreven, waar ieder met belangstelling naar uitkijkt. (G.H. 's-Gravesande, Vergeten en gebleven, blz. 42)
- Zeer spiritueel parodieëndichter en humoristisch poëet. (Lectuur repertorium, 1954, blz. 2372)
- De "Trijntje Fop" in de Volkskrant maakt steengoede rijmpjes. Ik las er laatst een waarin: dit komt omdat 'u een cineachals bent.' Het ging over een jakhals die een kromme hals had gekregen. wie is die Trijntje Fop vraag ik mij af. (Jan Hanlo in een brief aan A. Morriën,17-11-1959, Brieven 1931-1962, blz. 341)
- Kees Stip staat in zijn dichterlijke en taalkundige goochelkunst voor niets en hoewel hij ons, in tegenstelling tot echte goochelaars, niet verbergt hoe alles in zijn werk gaat, is onze bewondering er niet minder om. Het resultaat van deze goochelkunst is klinkklare malligheid, een poëzie waarvan men nu eens bij uitzondering graag wil toegeven dat men haar niet hoeft te 'begrijpen' om haar te kunnen genieten. (Adriaan Morriën, Concurreren met de sterren, blz. 66)
- Kees Stip begint met: dag beste jongen, heeft dan veel andere werkzaamheden te verrichten en stuurt uiteindelijk die teksten waarom je niet hebt gevraagd. (Wim Kan, De dagboeken van Wim Kan 1957-1968, blz. 179, 10-12-1962).
- Op Trijntje Fop
Nooit fopte een man natuur zò lekker
als Stip het deed op rijm en maat.
De geest die door zijn verzen gaat,
is die van La Fontaine, maar gekker.
Natura staat bij hem tot Artis
gelijk het water tot het vuur.
Hij rijmt een gat in de natuur
en koldert wit wat anders zwart is.
Wanneer hij zich zojuist ontpopte
als een die Abraham heeft gezien
fopt hij ons dan weer niet, misschien,
zoals hij ons met Trijntje fopte?
(A.C., De Nieuwe Linie, 24-08-1963) - En illuster is onze Kees Stip, van
wie het volgende bericht niet genoeg aangehaald kan worden.
Een geit heeft laatst te Duivendrecht
Een porseleinen ei gelegd.
zo sierlijk, dat het zelfs te Sèvres
beschouwd wordt als 'n oeuf de chèvre
"Ik heb al leggend", zegt zij zacht
'heel diep aan iets heel moois gedacht"
Keur deze tekst op alle vereisten en u zult overal een 10 plaatsen (al zou ik het eerste te graag door in vervangen zien). Ook de pasmaat is onberispelijk. (Drs P., Handboek voor plezierdichters, blz. 8) - KEES STIP, Opperlandicus die de rijke fauna in deze wereld rechtvaardigt. (Battus,Opperlandse taal- & letterkunde, blz. 200)
- Een schitterende pastiche houdt het gekritiseerde werk in stand, want ze is onbegrijpelijk zonder kennis van dat werk. Je moet eerst Maria Lecina lezen, om van Dieuwertje Diekema te kunnen genieten. Als we Maria Lecina niet kenden, zouden we Stips vers waarschijnlijk even vervelend vinden als nu het gedicht van Werumeus Buning. (Kees Fens, Volkskrant, 26-11-1982)
- Hoe kan de naam zijn dichter sturen!
Marsman is kosmisch van allure,
Hooft cerebraal en Donker licht,
Van Deel op de details gericht,
Krol krols en Crul wat overdadig,
Jacques Perk beperkt en lastig Last,
Leeflang een late lettergast,
Ruusbroeck en Schierbeek stadig stromend,
Gezelle van gezelschap dromend,
Hélène Swarth ontzaglijk sip
en geen ooit puntiger dan Stip.
(Willem Wilmink, Gedicht voor Kees Stip, Verzamelde liedjes en gedichten, blz. 531) -
Ik ken hem goed, de allerbeste Kees
Maar steeds weer als ik zijn gedichten lees
Zeg ik tot mijn verkering, ditmaal Loes:
Waarom woont Kees met vrouw en hond en poes
In Sellingen - en dat nu al zo'n poos?
Wat drijft de man? Wat is er met hem loos?
Hij ziet zo graag dat ik eens binnen loop
De fiets neem of een dagretourtje koop ...
Het spijt me, Kees, dat ik zo zelden klop
Mijn reislust zit een beetje in het slop
De reden is, al klinkt het nog zo slap
Die uithoek, waar ik waarlijk niks van snap
O, bard van 'Op een leeuw' en 'Op een snip'
Wat doe je in zo'n godvergeten stip?
(Ivo de Wijs, Nieuwe vergezichten, blz. 50, 1989)Dit gedicht van Ivo de Wijs verdient het iets beter bekeken te worden:
De versvorm is de proteus (door Drs. P in 1989 geïntroduceerd in 'Nieuwe vergezichten', waarin ook dit gedicht te vinden is).
Het rijmschema is aabbcc- enz.
De rijmwoorden hebben hetzelfde aantal letters - vier in dit geval - en er verandert steeds één letter: Kees-lees-Loes-poes-poos-loos- enz. (het principe komt in puzzelboekjes voor als 'woordgolf').
Het eerste en het laatste rijmwoord houden verband met elkaar. In dit geval zijn het de voor- en achternaam van de hoofdpersoon: Kees Stip. Deze twee woorden staan voor de dichter vast als hij aan zijn proteus begint. Hij moet dan - steeds één letter veranderend - van het eerste naar het laatse woord toewerken. - Twee maanden geleden was Kees Stip ernstig ziek (hij is weer geheel zijn oude -87!- zelf, goddank) Toen ik hem op ging zoeken in het ziekenhuis in Winschoten, nam ik een piepklein bundeltje Elsschot voor hem mee, want Kees was nog te moe en zwak om veel te praten. Dus zijn we samen Elsschot gaan lezen. Ik uit het boekje, Kees uit zijn hoofd (waar hij honderden gedichten bewaart) en samen huilden we tranen met tuiten. Maar we genoten. Want huilen om een goed gedicht is genieten. (Patty Scholten, Meander op zondag, 10-06-2001 )
- Ik heb Stip eens in een documentaire in zijn huis in Vlagtwedde zien staan. We keken met hem door de ramen: geen dier te zien. Allemaal verdwenen achter de eindeloze horizon. Hij zelf nu ook. Hij was een bijzonder aardige man, die het ook niet kon helpen dat de taal niet met de werkelijkheid klopt. (Kees Fens, Volkskrant, 30-06-2001)
- Ken je die anecdote van Ivo de Wijs en Kees Stip? Ivo komt op bezoek bij Kees Stip in Sellingen. Ivo begroet Kees, na een lange reis, met de woorden: "Je woont ver weg, Kees." Waarop Kees Stip antwoordt: "Jij ook, Ivo." (C.J. Aarts/Wim Sanders, via email)
- Eind jaren tachtig schreef Kees Stip nog een groot aantal actuele versjes op de Achterpagina van deze krant. Ze waren vaak politiek geëngageerd en gaven blijk van zijn onwankelbare ongeloof. Maar door zijn virtuoze formuleringen bleef hij licht van toon, ook als hij onmiskenbaar boos was. (Website NRC Handelsblad (zie "Links").
- Op een spitsmuis
Een spitsmuis was te Willemskop
een grote fan van Trijntje Fop
en schreef Kees Stip per faxbericht:
'Ik wil zo graag in een gedicht!
O mag ik, meneer Stip, bij deze,
altublieft een stipsmuis wezen?'
'Dàt is', riep toen Stip verblijd,
'een echte spitsmuisvondigheid!'.
(Geintje Kort, archief Riet) - STIP R.I.P.
Wij namen gister afscheid van Kees Stip,
Een dichter die wij allemaal berouwen.
Al was er slechts een handjevol getrouwen
En verder dus geen hond en ook geen kip.Maar lees de poëzie van Trijntje Fop,
Dan staan de dieren uit de dood weer op.
(Driek van Wissen, De laatste jaren, blz. 30)
Mijn favoriete citaat
Hij was niet blauw: hij is zich blauw geschrokken,
de Middellandse Zee bij Benidorm.
Strandmonsters in hun onverhulde vorm,
gebarsten uit hun broeken en hun rokken
(Kees Stip, Benidorm (fragm.), Een kind met kikkerpoten, blz. 14)
Naar een overzicht van citaten van Kees Stip
Het Veens volkslied in het originele typewerk van Kees Stip:
Bronnen o.a.
- Lexicon van de moderne Nederlandse literatuur (1978)
- Querido's letterkundige reisgids van Nederland (1983)
- Spectrum Nederlandstalige auteurs (1985)
- Nederlandse literaire prijzen 1880-1985 (1986)
- Winkler Prins lexicon van de Nederlandse letterkunde (1986)
- De Volkskrant (04-11-1988)
- Prisma van de pseudoniemen (1992)
- Lachen in een leeuw (1993)
- Oosthoek lexicon Nederlandse & Vlaamse literatuur (1996)
- Encarta '98 (1997)
- Spectrum encyclopdie (1997)
- Algemeen Dagblad (05-09-1998)
- 'Vier lichte letterheren' Schrijversprentenboek (1999)
- Schrijvers. 2000 auteurs van de 20e eeuw van A tot Z (2002)
- Hette Wassenaar, In de hoofdrol: Kees Stip (2004)
- Hette Wassenaar, Herinneringen aan Kees Stip (2005)
- Website van de Koninklijke Bibliotheek (augustus 2024)